zondag 26 december 2021

Stalin agressor 1941

 De Amerikaanse historicus Sean McMeekin is wat je noemt een non-conformistische publicist die zich vooral toelegt op Oost-Europa. Zo publiceerde hij enkele jaren geleden een boek over het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, waarin hij haarfijn uitlegt hoe het tsaristische Rusland door Frankrijk gemanipuleerd werd, wat ten slotte leidde tot het voortijdige mobiliseren van het Russische leger. Uiteindelijk leidde dat mobilisatiebevel tot het uitbarsten van de kanonnen van augustus 1914.

Dit jaar publiceerde hij een nieuw boek. Onder de titel Stalin's War schrijft hij een totaal nieuwe versie van de Tweede Wereldoorlog; beschouwd vanuit het standpunt van de Sovjet-tiran Stalin. Op 5 mei 1941 hield hij voor tweeduizend pas afgestudeerde officieren van de militaire academie van Moskou een toespraak, waarin hij verklaarde dat een oorlog tegen het "arrogante en te verslagen" Duitsland onvermijdelijk was geworden. Het Rode Leger was echter dermate uitgerust en versterkt dat de Wehrmacht het onderspit zou delven. Ten laatste in de zomer van 1941 zou het machtige Sovjet-leger, aldus Stalin, toeslaan. 

Enorme logistieke problemen verhinderden echter, aldus de goed gedocumenteerde McMeekin, dat het Rode Leger als eerste kon toeslaan. In deze titanenoorlog was Hitler de uiteindelijke initiatiefnemer. De grootste landstrijdmacht aller tijden kreeg hierbij keiharde nederlagen te incasseren, waarvan ze zich pas in de winter van 1942/1943 ter dege kon herstellen. 

Heel wat aandacht besteedt de US-geschiedschrijver aan de Amerikaans-Sovjet-Russische betrekkingen die vanaf 1933, toen Roosevelt president werd, plots intensiever werden. De Sovjets kregen vanaf die datum enorme technische middelen en leveringen toebedeeld. 

In elk geval geeft het boek van McMeekin ons een heel andere kijk op het uitbreken van de oorlog tussen Duitsland en de Sovjet-Unie (Unternehmen Barbarossa) dan tot nu toe het geval was
. De Duitsers spraken steeds van een preventieve oorlog. De visie van McMeekin brengt deze stelling alvast een stapje nader. Een aantal Russische historici deden dat voordien ook al. Buiten de Angelsaksische wereld werd er nog met geen woord gerept over het nieuwe boek van Sean McMeekin. Of het alvast ophefmakende boek ooit in het Nederlands zal verschijnen?

donderdag 9 december 2021

Hans G. Kresse 100, "Eric de Noorman" 75

 Op 3 december ll. vierden stripliefhebbers de honderdste geboortedag van striptekenaar en illustrator  Hans G. Kresse (Amsterdam, 3 december 1921 en Doorwerth, 12 maart 1992). Tegelijkertijd wordt er een huldedronk uitgebracht op het 75-jarig bestaan van zijn meest bekende stripreeks Eric de Noorman. De eerste verhalen in albumvorm werden door de krant Het Laatste Nieuws uitgebracht. 





Kresse behoorde tot de belangrijkste Nederlandse striptekenaars van de 20ste eeuw. Op het hoogtepunt van zijn roem, midden jaren 1950, werden de in oblongformaat uitgebrachte stripverhalen in oplagen van 75.000 exemplaren uitgegeven. Vertalingen volgden in het Engels, het Frans, het Spaans, het Fries en de Scandinavische talen. Kresse tekende ook voor bladen als Donald Duck en Panorama

Ondanks de veelheid en verscheidenheid van zijn werk verschenen er naar aanleiding van deze verjaardagen geen evenementen of gelegenheidsuitgaven. Alvast een gemiste kans.



donderdag 18 november 2021

Rheinsberg Brandenburg


 Juist terug van een weekje verblijf in het Seehotel in Rheinsberg, deelstaat Brandenburg met als hoofdstad Potsdam en Berlijn omsluitend. De reis was georganiseerd door Samana van de CM dat reizen mogelijk maakt voor mensen met een gebrek. Ik ging mee als begeleider van echtgenote Ann, en maakte er op mijn eentje diverse wandelingen in de bossen. Daarnaast waren er ook uitstappen naar Berlijn en Potsdam.

Brandenburg is even groot als de Belgische staat maar telt amper 2,5 miljoen inwoners. Daarnaast zijn er ook een 200-tal wolven, liet een natuurliefhebber me weten. Maar deze wolven vormen geen gevaar. Mens en wolf leven er in volstrekte harmonie. Immers iedere wolf heeft de beschikking over zo'n honderd vierkante kilometer. Er is voldoende wild (herten, everzwijnen...) beschikbaar voor Isegrim. Schapen en koeien worden door de wolven met rust gelaten. Gedurende mijn wandelingen heb ik evenwel wolf noch everzwijn gezien of gehoord. Weet dat 85 % van Brandenburg -het jachtdomein van gewezen DDR-dictator Honecker ligt er ook- uit meren, moerassen, heide en wouden bestaat. Het was er heerlijk. Ik kon letterlijk de bladeren van de bomen horen vallen. De ansichtkaart toont het Seehotel waar we verbleven. Het werd oorspronkelijk in 1916 ten behoeve van gewonde soldaten opgericht. 

Thans zet ik mijn werk aan mijn opstel over Erich Wichman verder.

zondag 31 oktober 2021

Erich Wichman

 Mijn eerste en tevens laatste blogstukje van deze maand. Op 17 oktober vond in Kontich andermaal de Vlaamse Boekenbeurs plaats. Het werd voor mij en anderen een teleurstelling. Hoewel organisatorisch alles in orde was, viel de verkoop flink tegen. Voor mij was het de zwakste beurs ooit. Het vaste koopgrage publiek was present maar daarnaast heb je veel 'toeristen', die vlug hun ronde doen en zich daarna aan een tafeltje installeren om te schransen en te drinken, meestal in het gezelschap van hun geloofsgenoten. Dat was dan hun beurs. Ik weet wel, ik weet wel. Niet iedere Vlaming koopt boeken. De meerderheid koopt nooit ofte nimmer een boek. Dat is nu eenmaal zo. Deze digitale tijden maken het alleen maar erger. Daarbij komt ook nog eens corona. Daardoor bleven velen liever thuis. Nu, volgend jaar beter hoop ik.

De laatste week ben ik volop bezig me in te lezen in het werk van en over Erich Wichman. Een dwarsligger van eerste orde, geliefd en gehaat, bewonderd en veracht, die lak had aan alles en iedereen. Hij staat ook bekend als een van de eerste Nederlandse fascisten, hoewel hij evenzeer bekendheid geniet als anarchist.  Het ligt in mijn bedoeling om over hem een biografisch
opstel te schrijven dat bestemd is voor Tekos

woensdag 29 september 2021

Citaat uit toespraak van rector Luc Sels, 27 september 2021

"Soms voelen we ook hier de uitwassen van de cancelcultuur: grote groepen mensen die, gestuurd door een ideologie of ideaal, vragen om academici met een uitgesproken mening te cancelen door toegekende prijzen terug te nemen, hun lidmaatschap van bepaalde organisaties in te trekken, tenure te weigeren, etc. Ja, ik word vaker dan u denkt bestookt door mensen die eisen om de een of andere collega te ontslaan of te muilkorven. De pandemie en andere incidenten uit onze recente geschiedenis leren dat wie zijn nek uitsteekt daar soms het gelag voor betaalt. Het aantal academici dat het voorbije jaar politiebescherming kreeg, is niet meer op één hand te tellen".

zondag 19 september 2021

Nietzsche Archiv

 De afgelopen week maakte ik een korte reis naar Weimar-Naumburg-Leipzig in de sporen van Goethe, Schiller en Nietzsche. Het deed deugd om nog eens in Duitsland te vertoeven ondanks de strenge coronamaatregelen. "Maske aufsetzen bitte!" Het hoogtepunt van deze reis was voor me mijn bezoek aan het Nietzsche Archiv. De rest van het gezelschap toog naar het KZ van Buchenwald waar ik vroeger al eens was. Op die hete nazomerse middag was ik de enige bezoeker van het Archiv dat voor mij een openbaring was. Ik kon er rondlopen zonder mondmasker op en de museumbewaakster vertelde honderduit. Ik verliet het pand rijkelijk beladen met ansichtkaarten, bladwijzers, boeken en een redelijk grote buste van Nietzsche. Een afgietsel van de buste die door Max Klinger gemaakt werd. Alom tevredenheid.

Voor de komende weken plan ik artikels voor Bulletin Tweede Wereldoorlog en voor Bühne (een kort opstel over Gretha, de eerste vrouw van Ernst Jünger). Beide uitgegeven door Aspekt. Met de uitgeverij sloot ik tevens een overeenkomst om korte biografieën in boekvorm te schrijven over Pierre Laval en Jacques Doriot. Immers aan de Franse collaboratie wordt hier te lande m.i. te weinig aandacht besteed.



vrijdag 20 augustus 2021

Kaiser Wilhelm II. op het kasteel van Amerongen

 Toen de gewezen Duitse keizer Wilhelm II. zijn land ontvluchtte, kwam hij op 11 november 1918 terecht op het kasteel van Amerongen waar hem gastvrijheid geboden werd door graaf Godard van Aldenburg-Bentinck. Oorspronkelijk bestond keizers gevolg uit 49 personen die na korte tijd gereduceerd werd tot vier personen, waaronder een lijfarts. Vanaf 4 november 1919 was dat dr. Alfred Haehner, die de medische zorg van het keizerlijke echtpaar op zich nam. 


Aan de hand van de dagboeken van dr. Haehner wordt in het voorliggende en rijkelijk geïllustreerde boek een beeld geschetst van hun zes en een halve maand durende verblijf op het kasteel van Amerongen. Het boek, met tal van details, brengt ons een inzicht in het dagdagelijkse leven van de Kaiser en zijn kleine entourage. In mei 1920 vond de verhuizing naar Huis Doorn plaats. Daar verbleef Willem II tot aan zijn overlijden in juni 1941. Het door Ronald Kousbroek deskundig uitgegeven en toegelichte dagboek gaat het in 2015 uitgebrachte dagboek Wilhelm II in Nederland, 1918-1941 van Sigurd von Ilsemann vooraf. Alle in het boek vermelde namen werden van een beknopte levensschets voorzien. Een register ontbreekt evenwel.

Ronald Kousbroek, "Majesteiten zijn nu eenmaal geen gewone stervelingen!" Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 190 blz. Gen., 19.95 €  ISBN 978-94-6424-480-9

maandag 16 augustus 2021

Oorlog in Siberië (1939)

 Khalkin Gol of Halhin Gol in het Nederlands is een dorp gelegen op de grens van Mongolië (in 1939 een Sovjet-satellietstaat) en Mantsjoerije (in 1939 bezet door Japan). Tijdens de zomer van 1939 werd in dat stukje Siberië slag geleverd tussen de Sovjet-Unie en het Japanse keizerrijk. Na een reeks grensschermutselingen tussen het Mongoolse leger en het Japanse Kanto-leger besloot Stalin tussenbeide te komen ten gunste van zijn vazalstaat Mongolië. Eenheden van het Rode Leger onder leiding van de toen nog onbekende Georgi Zjoekov werden naar de grens in de buurt van de Halhinrivier gezonden. Zjoekov slaagde erin om de Japanse soldaten weer over de rivier te jagen richting Mantsjoerije.

Toch bleven de grensincidenten aanhouden en raakten de gemoederen langzaam verhit. Midden augustus was generaal Zjoekov de impasse beu, en besloot tot actie over te gaan. Na extra versterkingen gekregen te hebben, startte hij op 20 augustus 1939 zijn offensief met drie infanteriedivisies, een tankbrigade met ongeveer 500 tanks en 216 artilleriestukken. De Japanse strijdkrachten waren ver in de minderheid en twee divisies werden na korte tijd omsingeld. Een overgave was voor de Japanners compleet ondenkbaar, waarna ze volledig verpulverd werden. Op 31 augustus was de grensoorlog voorbij en op 16 september werd in Moskou de wapenstilstand getekend.

Hoewel het Rode Leger de winnaar was, verloor het meer soldaten en materiaal dat het Japanse Kanto-leger. Vooral de Rode vliegtuigen leden zware verliezen ten opzichte van de Japanse vliegtuigen. Ook de T-26-tank was een makkelijke prooi voor het Japanse anti-tankgeschut. Dat leidde tot de versnelde ontwikkeling van de T-34, die later de Duitse Barbarossa-divisies onaangenaam zou verrassen.

Deze korte oorlog had echter ook strategische gevolgen. Nooit meer zouden de Japanners ten strijde trekken tegen het Rode Leger in Siberië. Daar waar Hitler gehoopt had dat het Japanse leger hem in het Verre Oosten zou steunen, was dat een vergissing van formaat van de Führer. Japan tekende een niet-aanvalsverdrag met Moskou waarop Stalin een aantal Siberische divisies naar het westen kon verplaatsen. Ook na Hitlers oorlogsverklaring aan de Verenigde Staten in december 1941 veranderde er niets. Japan had zich na de zomer van 1939 gefocust op een oorlog in het zuiden. Liever een oorlog met Roosevelt dan met Stalin, redeneerde men in Tokio.

Aldus William Jandrew in zijn goed gedocumenteerde boekje over deze bij ons grotendeels onbekende oorlog. Het bevat ook een aantal nog niet eerder gepubliceerde foto's. Een stel kaartjes maakt het geheel overzichtelijk en verhelderend. Waarom echter bracht uitgeverij Aspekt dit boekje in het Engels uit? Op zijn minst had ik wel een Nederlandstalige samenvatting verwacht. Niet
iedere geïnteresseerde lezer is immers vertrouwd met het Engelse militaire jargon. Maar misschien komt er nog een vertaling?

William C. Jandrew, "The first turn of the wheel: Japan and Russia at Khalkin Gol, 1939". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 91 blz. Gen., 14,95 €  ISBN 978-94-6424-479-3

zondag 15 augustus 2021

Louis-Ferdinand Céline: weergevonden schatten

Het voor mij ongetwijfeld belangrijkste nieuws deze zomer zijn de weergevonden archieven van de Franse schrijver Louis-Ferdinand Céline, en dat zestig jaar na zijn dood. Iedereen achtte ze verloren, vernietigd. Immers in augustus 1944 vluchtte het echtpaar Destouches en hun kat Bébert halsoverkop naar Duitsland en vervolgens Denemarken. Hun appartement in het Parijse Montmartre lieten ze onbeheerd achter. In een mum van tijd werd het leeggeplunderd. Ook Célines papieren en manuscripten verdwenen. Decennialang werd er niets meer over vernomen.

Tot nu. Op 6 augustus verscheen in Le Monde een ophefmakend stuk van drie bladzijden dat de verdwenen gewaande archieven van Céline weer opgedoken waren. Een verwant van een van de plunderaars heeft ze via een tussenpersoon (een journalist) aan het Franse gerecht bezorgd. Deze overhandigde het uiterst belangrijke materiaal aan de wetmatige erfgenamen.

Het archief telt meer dan een kubieke meter en bevat manuscripten van ook onuitgegeven boeken en essays, briefwisseling, tekeningen, foto's... Ook het verloren gewaande volledige manuscript van Casse-pipe, waarvan slechts een fragment bekend was, dook op. Uitgeverij Gallimard, Célines oude uitgever, zal mettertijd alles publiceren. Mij interesseert vooral Célines onuitgegeven briefwisseling met Robert Brasillach, die toen hoofdredacteur van Je suis partout was. Het beloven nog boeiende tijden te zullen worden op het Céline-front. Ook zullen alle bestaande biografieën over hem drastisch herzien moeten worden. Zo wordt nogmaals aangetoond dat geen enkele biografie ooit als de ultieme of de definitieve biografie aanschouwd mag worden. Dat is gewoon prietpraat van uitgevers en hun reclamebureau's.

zondag 8 augustus 2021

De Russische 'oudgelovigen' onder Hitler en Stalin

 De Nederlandse journalist Ardy Beld is onder meer medewerker aan de webstek Doorbraak.be. Tot nu toe publiceerde hij al een viertal boeken bij uitgeverij Aspekt. Zijn nieuwste boek Met Hitler tegen Stalin handelt over de collaboratie van een aantal Russen met de Duitse bezetter. De meeste deden dat uit anticommunistische gezindheid. Onder de Duitse bezetting, 1941-1944 leefden zo'n zeventig miljoen Russen. Hiervan werkte een miljoen actief in Duitse dienst. Tijdens de terugtocht trokken de meeste onder hen mee naar het westen. Velen bleven na 1945 onder een andere naam in Duitsland, werden door Britten en Amerikanen aan Stalin uitgeleverd of slaagden erin naar de Verenigde Staten en elders te emigreren.

Een van de meest merkwaardige opstellen uit de bundel, die uit een tiental korte hoofdstukken bestaat, handelt over de Russische oudgelovigen. Deze oudorthodoxen  bestonden uit traditionele christelijke groeperingen. Ze kwamen los te staan van de Russisch-orthodoxe staatskerk door hun afwijzing van de kerkelijke hervormingen van 1666-1667, en werden daarom vervolgd. Onder de laatste tsaar werden ze gerehabiliteerd en kregen ze een zekere vorm van autonomie toegekend. Maar onder Lenin en Stalin werd hiermee terug komaf gemaakt en stonden ze bloot aan vervolgingen. 

Na de Duitse bezetting in de herfst van 1941 van Polatsk, in het noordoosten van Wit-Rusland, organiseerde de dorpsoudste en oudgelovige van Zaskarki Michail Zoejev, vandaar de naam "republiek van Zoejev", een vorm van zelfbestuur voor zijn dorp en omgeving. De Duitsers stemden hiermee in. Wel diende de dorpsgemeenschap in ruil belasting te betalen in natura (melk, wild, brandhout en hooi). Bovendien eisten ze dat de dorpsbewoners geen steun verleenden aan Sovjet-partizanen. De Duitse veldcommandant was de oudgelovigen goedgezind, en de samenwerking verliep vlot. De Duitsers lieten Zoejev en zijn mensen ongemoeid tot in 1944, toen het front weer dichterbij kwam. Heel wat oudgelovigen trokken samen met de Duitsers mee, en vestigden zich nadien in de Verenigde Staten waar ze ongehinderd hun godsdienstige overtuiging konden belijden. Een voor mij totaal onbekende geschiedenis.

Dat geldt ook trouwens voor de andere bijdragen in dit boek waarin onder meer figuren als Jevgeni Sadowski, Evald Mikson, de auteur Anatoli MacReady, de dichteres van Wit-Rusland Natalja Arsenieva en de tekenaar Leonid Perfetski de revue passeren. Kortom een boekje vol verrassende ontmoetingen. Met uitzondering van generaal Vlasov was er nog maar bitter weinig geweten over Russische collaborateurs tijdens de Duitse bezetting. Het boek van Ardy Beld is zonder meer een aanwinst te noemen.

Ardy Beld, "Met Hitler tegen Stalin: samenwerking met de Duitse bezetter in de Sovjet-Unie". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 101 blz. Gen., 16,95 euro  ISBN 978-94-6424-699-5

vrijdag 6 augustus 2021

Dwarsliggers tweede drukproef

Momenteel ben ik doende met het nakijken van de tweede  drukproef van mijn te verschijnen boek Dwarsliggers. Daar de bundel 912 bladzijden zal tellen, zal ik daar wel enkele weken mee zoet zijn. Tussendoor neem ik boeken tot mij die al een tijdje ongeduldig op lezing zaten te wachten. Eind augustus ga ik dan aan de slag met de eerste drukproef van het Oostfrontersboek gewijd aan Renaat Waterschoot. 

zondag 1 augustus 2021

Webstek verwijderd

 Sinds enige tijd werd mijn webstek door de digitale managers van proximus verwijderd. Hoe kwam het zo ver? Enkele maanden geleden kreeg ik van de heren en dames van proximus te lezen dat ik na meer dan twintig jaar voortaan diende te betalen voor "hun digitale webruimte" die ik gebruikte. Namelijk 350 euro voor de plaatsruimte en maandelijks nog eens 65 euro daar bovenop. Ik ben hier niet willen op ingaan. Zo werd mijn webstek zonder pardon verwijderd. Ja, die gasten trachten uit alles geld te slaan.

Begin volgend jaar zal ik een nieuwe webstek krijgen. Tot zolang stuur ik op vraag een lijst met mijn nog beschikbare publicaties. Mijn verontschuldigingen voor deze gang van zaken maar tegen managers valt er niets te beginnen. Zij denken enkel maar aan kassa, kassa...

maandag 19 juli 2021

Renaat Waterschoot: laatste Oostfronter

 Nu ik het nazicht van de eerste drukproef van mijn te verschijnen Dwarsliggers (915 blz.) achter de rug heb, ben ik begonnen met het schrijven van mijn boek over Renaat Waterschoot. Het wordt het dertiende en laatste deel van de Oostfrontersreeks

Als voorbereiding las ik alvast het zopas verschenen boek van Niels Schmitz, Frans Boven: Trouw tot in den dood dat in eigen beheer (niels_schmitz@outlook.com) verscheen. In dit verzorgd en rijkelijk geïllustreerd boek vertelt hij het korte leven van een van de weinige Vlaamse vrijwilligers die terechtkwamen in het regiment Germania van de 5. Waffen-SS-Panzer Division 'Wiking'. Daartoe bestudeerde auteur alle beschikbare bronnen die hem ter beschikking stonden. De 23-jarige SS-Rottenführer Frans Boven sneuvelde op 18 juli 1943 in de omgeving van de Donetz rivier. 

vrijdag 16 juli 2021

Aleksej Navalny

 Als de maatschappij het vertrouwen verliest in de overheid, gaat de burger op zoek naar alternatieve leiders. In het autocratisch geregeerde Rusland is die leider zonder twijfel Aleksej Navalny. Tegenwoordig zowat de meest geliefde vijand van Vladimir Poetin.

In 2011 richtte de inmiddels 45-jarige jurist Navalny het Fonds voor Corruptiebestrijding op, afgekort FBK. De veertig medewerkers van dit niet-commerciële fonds doen onderzoek naar corruptie in de hoogste etages van de Russische politiek. Het FBK werd inmiddels verboden. Voor zijn gevangenzetting was Navalny hét gezicht van de protestbeweging in Rusland. De overheid trachtte lange jaren zowel hem, alsook alle anderen die met hem in verbinding staan of stonden, door ongegronde veroordelingen, huiszoekingen en andere vormen van staatsterreur het leven zuur te maken.

In augustus 2020 werd Aleksej Navalny zwaar ziek. Eerst werd hij in een provinciaal ziekenhuis in Omsk behandeld. Tevergeefs. Zijn toestand verergerde. Onder internationale druk werd hij naar Duitsland overgevlogen. Daar stelde men vast dat hij met een zenuwgas vergiftigd was. Een dergelijk zenuwgas kon enkel gemaakt worden in speciale Russische militaire laboratoria. Na zijn genezing vloog hij in januari 2021, ondanks alle verzet van zijn vrienden en familie, toch terug naar Rusland, waar hij prompt ingerekend werd op het vliegveld. Hij werd kort daarop veroordeeld tot een gevangenisstraf.

Ruslandkenner Ardy Beld verzamelde sinds de zomer van 2020 alle gegevens omtrent Navalny, en brengt in zijn nieuw boek een beknopt overzicht van de gebeurtenissen en licht deze toe met de nodige achtergrondinformatie, alsook met korte interviews met ooggetuigen. Zijn gezin woont tegenwoordig in Duitsland. "Ik ben slechts een Russisch patriot. Ik wil dat mijn land en mijn volk vrij zijn van dictatuur", laat hij weten.

Ardy Beld, "Vrijheid voor Navalny". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 119 blz. Gen., 16.95 euro ISBN 978-94-6424-756-5

maandag 21 juni 2021

De totale afgang van het Nederlandse leger in mei 1940

 "Die lafaards! Zij hebben zich door de vlucht gered. Zij hebben zich laten overdonderen door een troepje kwajongens van 17 tot 20 jaar", aldus een Nederlandse generaal op 11 mei 1940 over zijn eigen troepen.

Harmen Hoogenboom keek aan de hand van nieuw bronnenmateriaal en met een fris hoofd naar een vraagstuk dat al vanaf de capitulatie van het Nederlandse leger op 15 mei 1940 de gemoederen van militairen, veteranen en historici bezighoudt, en waarover de meest uiteenlopende meningen te berde zijn gebracht: was het Nederlandse leger in mei 1940 voorbereid op zijn verdedigende taak en heeft de Nederlandse militair zich ten volle ingezet toen het Duitse leger het land binnenviel. Zoals te verwachten, luidt het antwoord hierop: neen!

De auteur behandelde op een originele manier deze complexe materie door in te zoemen op een enkel gevecht, namelijk dat om de voorposten gelegen aan de voet van de Grebbeberg op 11 en 12 mei. In dat gevecht kwam alles bij elkaar: een schromelijke onderschatting van de gevechtskracht van de Duitsers, heldenmoed en lafheid, een overmachtige en met moderne wapens uitgeruste tegenstander, falend en effectief leiderschap. En dat alles op een cruciale plek in de Nederlandse verdediging, waar het veldleger de Vesting Holland beschermde tegen de vijandelijke opmars naar het oosten. Na twee dagen oorlog was er van een geordend Nederlands leger geen sprake meer.

Schrijver Hoogenboom heeft het alles zorgvuldig en gedetailleerd onderzocht en neergeschreven in zijn relevante en degelijke studie. Verzorgde en uitvoerig geïllustreerde uitgave met kaartjes in vierkleurendruk. Met eindnoten en bibliografie. Een register ontbreekt.

Harmen Hoogenboom, "Tot de laatste man en de laatste patroon: gevechtsveldgedrag en heldendom, 11 mei 1940". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 287 blz. Gen., 19,95€ ISBN 9789464240917

woensdag 16 juni 2021

Bpost: ellende troef

 Ik ben het beu! Beu, beu en nogmaals beu! Niets dan ellende met die zaak, bpost genaamd. Dit jaar alleen al zijn er twaalf boekenzendingen van me 'verloren' (lees: gestolen door bpost-personeel) gegaan. Toppunt was afgelopen week. Op maandag, 7 juni ll. verzond ik drie pakjes. Geen enkel bereikte zijn bestemming. Klacht neerleggen helpt niet. Dit jaar deed ik dat al vier maal. Telkens luidde het antwoord: "We zullen het onderzoeken en u op de hoogte houden". Daarbij bleef het. Verdere berichten kreeg ik niet. Naar het hoofdkantoor in Brussel bellen, is een zenuwslopende en kostelijke bedoening. Je wordt ettelijke keren doorverbonden en het resultaat blijft hetzelfde: nihil.

Daarom deze beslissing. Aan iedereen die een boek bestelt, laat ik voortaan weten: ofwel het gewone posttarief maar dan wel op eigen risico ofwel een duurdere maar dan wel een aangetekende zending. Het spijt me lezer/lezeres maar ik zie geen andere oplossing meer. We hebben hier jammer genoeg geen post.nl. 

zondag 13 juni 2021

De dictator van Wit-Rusland

 Wit-Rusland, ook Belarus genaamd, telt negen miljoen inwoners. Sinds 1994 wordt de voormalige Sovjet-republiek met harde hand door Aleksandr Loekasjenko geregeerd. Hij is de enige overgebleven dictator van Europa. Nog in mei kwam het land op een biezonder negatieve wijze in het nieuws. Door middel van een ophefmakende vliegtuigkaping werd een passagiersvliegtuig gedwongen in Minsk te landen. Daar werd een Wit-Russisch oppositielid door geheime agenten met geweld van boord gehaald, waarna het vliegtuig weer kon vertrekken. Als voorbeeld van staatsterrorisme kon het voorval alvast tellen.

De Wit-Russische bevolking, die sinds de gefraudeerde presidentsverkiezingen van augustus 2020 massaal op straat kwam om het aftreden van dictator Loekasjenko te eisen, heeft bij dit alles het nakijken. Over Wit-Rusland publiceerde kenner, vertaler en journalist Ardy Beld een verhelderend boek. In Een land om te leven, aldus de titel van zijn boek, brengt ons onder meer een portret van de Wit-Russische dictator, die ooit door zijn toenmalige chefs aan een psychiatrisch onderzoek onderworpen werd, en van de belangrijkste oppositieleden. Na een historische schets van het land brengt Beld ons een reeks interviews met Wit-Russen uit zowat alle geledingen van de maatschappij: van popmusici tot topsporters, van journalisten tot een voormalige schoonheidskoningin. Allen belandden ze tussen 9 augustus en 16 november 2020 in de gevangenis. In amper drie
maanden werden meer dan 20.000 Wit-Russen gearresteerd en veroordeeld. Op die wijze wordt de willekeur van een dictatuur en de huidige uitzichtloosheid op treffende wijze getoond. Achter dat alles staat de schaduw van het Kremlin. 

Ardy Beld sloot de redactie van zijn indringend boek in februari af.

Ardy Beld, "Een land om te leven: honderd dagen protest in Wit-Rusland". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 186 blz. Gen., 18,95 euro ISBN 978-94-6424-100-6

Frantz van Dorpe-colloquium in Sint-Niklaas

Gisteren woonde ik in Sint-Niklaas de eerste grotere bijeenkomst binnen de Vlaamse Beweging bij sinds het uitbreken van het coronavirus. De organisatie was in handen van de lokale heemkundige kring, het ADVN en de Stad Sint-Niklaas. In de hoofdstad van het Waasland tekenden een zeventigtal personen present om in de Collegekerk het Frantz van Dorpe-colloquium bij te wonen; alleen al 37 familieleden van de gewezen burgemeester van Sint-Niklaas waren erbij. 

Een achttal sprekers hielden een referaat over diverse aspecten uit het leven van de gewezen leidsman van het Verdinaso. Beklijvend waren de lezingen van Vincent Stuer, Dieter Vandenbroucke, Jan Creve en Frank Judo. Geregeld kwam ook het antisemitisme van Van Dorpe aan bod. Een antisemiet was hij inderdaad maar een systematische jodenhater was hij niet. Zo getuigde hij ook een tijdlang van zijn fascistische gezindheid (zeker geen nazi!).  Van Dorpe was een zeer ambitieus man maar ook een moedig man, die moeilijkheden niet uit de weg ging. Tijdens de vragenronde waren er opmerkelijke interventies van Nelly Maes, Nico van Campenhout en Kurt Ravyts.

Rond 16u was het afgelopen en keerde eenieder huiswaarts. Gezien de covidmaatregelen kon burgemeester Lieven Dehandschutter -een oude vriend van me uit de periode van onze medewerking aan het tijdschrift Nieuw Vlaanderen- tot zijn spijt geen afscheidsreceptie aanbieden. De diverse referaten en interventies zullen volgend jaar in boekvorm verschijnen.

vrijdag 11 juni 2021

Nieuwe bevindingen over de Duits-Poolse oorlog van 1939

 Op 1 september 1939 vielen diverse Duitse legers Polen binnen, gevolgd door het Rode Leger op 17 september. Enkele dagen nadien verklaarden de Britten en de Fransen Duitsland de oorlog. Binnen de kortste keren lagen de Poolse strijdkrachten op apegapen. Einde september was de jonge Poolse republiek voltooid verleden tijd. Tot hier toe het gangbare beeld. In zijn nieuw boek De Poolse oorlog voegt uitgever-schrijver Perry Pierik hier ettelijke nieuwe bevindingen aan toe. Hij kon dat doen aan de hand van nieuwe vondsten in Duitse archieven, die onlangs door Rusland vrijgegeven werden.

Bijvoorbeeld over de hoogmoed en de arrogantie van de Poolse bewindvoerders ten opzichte van de Duitsers. De Polen wilden helemaal geen onderhandelingen met de Duitsers voeren in de zomer van 1939. Zij voelden zich gesterkt door de Britse garantie. De Polen waren oprecht de mening toegedaan dat zij in staat waren om gedurende twee jaar tegen de Duitsers stand te houden, en dat ondanks alle Britse waarschuwingen. Zo schatte een Britse generaal dat de Polen nauwelijks een week konden standhouden tegen de Duitse legers. Hoewel de Polen zo'n 40 % van hun budget aan het leger besteedden, was het grotendeels verouderd. Verder waren de Fransen in 1933 bereid om hun steun aan Polen te laten vallen in ruil voor vrede. Hitler was niet geïnteresseerd omdat hij het hele verdrag van Versailles  geschrapt wilde zien. Nieuw is bijvoorbeeld ook het harde optreden van de Polen tegenover de Oekraïense minderheid binnen hun grenzen. Naast honderden Volksduitsers werden er in september 1939 ook enkele duizenden Oekraïeners door Polen vermoord. Wist u dat bij het Verdrag van München in september 1938 ook Polen stukken grondgebied van Tsjechoslowakije inpalmde? En dat na de bezetting van Praag door de Duitsers in maart 1939 Polen al overging tot een gedeeltelijke mobilisatie? Dat en nog veel meer kunt u lezen in het nieuwe boek van Perry Pierik dat een volledig nieuw beeld brengt van het
begin van de Tweede Wereldoorlog.

Een ander zwaartepunt vormen de paar honderd foto's -waarvan de meeste hier voor het eerst gepubliceerd worden- die het boek bevatten. De hamvraag blijft uiteraard waarom de Britten en de Fransen op 17 september ook niet de oorlog verklaarden aan de Sovjet-Unie, toen dat land Polen binnentrok? Daarvoor is het wachten op het openen van de desbetreffende Britse archieven in 2039, honderd jaar na datum. Nu is er alvast het boek van Pierik met nieuwe info. 

Perry Pierik, "De Poolse oorlog: nieuwe feiten rond diplomatie, onderdrukking, oorlog, spionage en slachtofferschap". Amersfoort, Aspekt, 2021. Ill., 417 blz. Gen., 34,95 euro ISBN 978-94-6338-297-7

maandag 31 mei 2021

Een Waffen-SS commandant vertelt


In het begin van de jaren 1990 houden twee jonge, pas afgestudeerde, historici (ze noemen zichzelf “twee anarcho liberale historici”) halt in de Beierse stad Bad Reichenhall. Beide historici Marcel Reijmerink en de latere uitgever-publicist Perry Pierik zijn wars van het politieke correcte denken, dat toen al de meningsvrijheid domineerde, en zijn van plan om de andere zijde van de geschiedenis te laten tonen. “Het was onvoorstelbaar en onwenselijk dat je Duitsers met een nazi-verleden, zonder openlijke excuses van hun kant, interviewde om hun kant van het verhaal te laten vertellen” (p. 8).

Met het opzet “The other side of the hill” weer te geven, maakten ze afspraak met Karl Ullrich, een van de meest succesvolle frontcommandanten van de Waffen-SS, en de laatste bevelhebber van de 5de SS-pantserdivisie ‘Wiking’, waartoe ook een aantal Nederlanders en Vlamingen behoorden. Gedurende twee dagen interviewde het duo Ullrich over zijn wedervaren aan vooral het Oostfront. Maar ook de holocaust en de jodenvervolging komen aan bod.

Een dergelijk lang uitgesponnen gesprek is tevens voor de verteller een vorm van autobiografie en dient dus met de nodige kritische voorzorg gelezen te worden. Toch vormt het geheel een leesbaar en bijwijlen leerrijk document. Nergens staat evenwel vermeld waarom het auteursduo zo lang gewacht heeft met de publicatie van hun Ullrich-gesprekken. De man overleed immers al op 8 mei 1996. Het rijke beeldmateriaal uit het bezit van de geïnterviewde vormt een welgekomen aanvulling bij de tekst. De eerste druk van het boekje verscheen in 2015.

Perry Pierik en Marcel Reijmerink, “Het soldatenleven zat ons in het bloed: Karl Ullrich de laatste commandant van ‘Wiking’, een bekentenis”. Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 142 blz. Gen., 12,50 euro   ISBN  978 94 6153 674 7

vrijdag 21 mei 2021

Osprey-boekje over Vlaamse en Waalse Oostfronters

In november ll. kondigde uitgeverij Osprey aan dat er in haar Men-at-Arms-reeks in mei een deeltje zou verschijnen over de Belgian Waffen-SS Legions & Brigades, 1941-1944: Wallonie, Wallonien, Flandern & Langemarck. Gisteren dan mocht ik precies op tijd het boekje in ontvangst nemen. 

Het boekje telt 48 blz. (register inbegrepen) en is van de hand van Massimiliano Afiero die al menig Osprey-publicatie op zijn naam heeft staan. Inhoudelijk bevat het werkje niets nieuws maar het zwaartepunt van de reeks betreft telkens weer de illustraties en vooral dan de magnifieke tekeningen in vierkleurendruk van de hand van Ramiro Bujeiro. De getekende soldaten staan zowel in zomer- als in winteruniform afgebeeld. Ook enkele tekeningen van leden van de Dietsche Militie/Zwarte Brigade werden opgenomen.

Eerder al verschenen er deeltjes gewijd aan de Nederlandse en Noorse Oostfrontvrijwilligers. Een mooie aanwinst voor de Oostfrontbibliotheek. Aantrekkelijk uitgegeven.

zondag 16 mei 2021

Over Mussert en de Dwarsliggers

Afgelopen week kon ik een exemplaar aankopen van de oudste biografie van NSB-leider Anton Mussert. Het boek Over Mussert verscheen in 1934 en is van de hand van P.H. Ritter, de journalist die zich in de jaren 1920 nog ingelaten heeft met de Vlaamse ontvoogdingsstrijd. Ik ben thans bezig met mijn Mussert-literatuur wat aan te vullen. Trouwens dezer dagen vul ik met de lectuur van het tweede deel van de NSB-trilogie van de hand van Edwin Klijn en Robin te Slaa. Een mooie dikke turf van 999 blz. Wat een ongemeen rijke inhoud en schitterend gedetailleerd! Evenals het eerste deel een onovertroffen magnifieke partijgeschiedenis en dan moeten de oorlogsjaren nog verschijnen. Of dat in een enkel deel zal kunnen?

Tussendoor kijk ik de eerste proeven na van mijn Dwarsliggers. Het boek zal meer dan duizend pagina's tellen en zo'n 335 illustraties bevatten, allen in vierkleurendruk. Ik voorzie een beperkte oplage en hoop vurig dat ik voldoende belangstellenden zal vinden. Al schrijf ik het zelf het boek zal mooi uitgegeven worden maar ook niet goedkoop zijn. Als alles vlot verloopt verschijnt het boek in het vroege voorjaar van 2022.

woensdag 5 mei 2021

Luchtazen van de keizer

 Het voorliggende boek, samengesteld door Gerbrand Kip en Perry Pierik, is een herziene en aangevulde tweede druk van het boek dat oorspronkelijk in 2019 verscheen.

In een inleidend hoofdstuk maken we kennis met de geschiedenis van de Duitse militaire luchtvaart. Voor het Duitse luchtwezen is de pionier Otto Lilienthal van onbeschrijflijk belang. In 1874 slaagde hij erin om als eerste vijftien meter ver te vliegen. Het waren ook de Duitsers die als eersten het belang van vliegtuigen voor militaire doeleinden inzagen. Toch waren zij niet de eersten die gebruik maakten van militaire vliegtuigen. Die 'eer' komt de Italianen toe die in 1912 

op primitieve wijze bombardementen uitvoerden tijdens raids over de Noord-Afrikaanse woestijn in Tripolitanië. 

Tijdens de eerste jaren van de Eerste Wereldoorlog hadden de Duitsers een wezenlijke voorsprong op hun vijanden. Dankzij de ontdekkingen van ingenieur Fokker slaagden ze er bijvoorbeeld in om met een machinegeweer doorheen een draaiende propeller te schieten. Het grootste deel van het boek bestaat uit een reeks boeiende biografische portretten van Duitse luchtazen geschreven door diverse auteurs. De geportretteerden zijn: Oswald Boelcke, Max Immelmann, Hermann Göring, Manfred en Lothar von Richthofen, Ernst Udet, Gunther Plüschow en Werner Voss.

Een verzorgd en rijkelijk geïllustreerd boek.

Gerbrand Kip en Perry Pierik, "Luchtazen van de keizer". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 241 blz. Gen., 22.95 euro ISBN 9789463385657 

maandag 26 april 2021

Duitse vertaling 'Karstjäger'

Tot mijn aangename verrassing ontving ik vandaag een paar exemplaren van de Duitse vertaling van mijn boek Karstjäger, dat oorspronkelijk begin vorig jaar bij uitgeverij Aspekt verscheen. De Duitse titel luidt: Karstjäger: die kurze Geschichte der 24. Waffen-SS-Gebirgsbrigade en telt 102 blz. Uiteraard ben ik ermee in mijn nopjes. Ik had er zelfs helemaal geen rekening mee gehouden dat er nog een vertaling zou verschijnen. Alvast leuk om te ontvangen in deze coronatijden.

vrijdag 23 april 2021

Sandschak-moslims streden aan Duitse zijde

Enkele dagen geleden verscheen het veertiende Bulletin Tweede Wereldoorlog bij uitgeverij Aspekt (ISBN 9789464241471 24,95 euro) met daarin twee korte artikels van mijn hand. De eerste bijdrage is gewijd aan de Graf Zeppelin, het enige Duitse vliegdekschip dat ooit voor de Kriegsmarine gebouwd werd. Hoewel het voor 90 % voltooid was, werd het tijdens de oorlog nooit ingezet. Na de oorlog viel het 262,50 meter lange schip in Sovjet-Russische handen die het eerst als kazerne en daarna als testobject voor bommenwerpers gebruikten. Het wrak ligt verzonken in de Oostzee.

Mijn tweede bijdrage is gewijd aan de korte geschiedenis (1943-1944) van het SS-Polizei Selbstschutz-Regiment 'Sandschak', dat voor een groot deel uit moslims afkomstig uit Sandschak of Sandzak bestond, een regio in het zuidwesten van Servië en het noorden van Montenegro. Deze doorgaans slecht opgeleide en bewapende moslimeenheid schitterde door gebrek aan discipline en militaire ervaring. Bij het eerste treffen met de Tito-partizanen ging het grootste deel van hen meteen op de loop om hun eigen haard en dorp te verdedigen. Zichzelf verdedigen (Selbstschutz) was inderdaad letterlijk te nemen. 

zondag 11 april 2021

De inbeslagname van Nederlandse schepen in 1918 in Amerika

In Nederland geniet de Aspekt-reeks over de Eerste Wereldoorlog onder de titel De Grote Oorlog in kennerskringen algemene bekendheid. In ons land is dat vooralsnog niet het geval. Tal van boekhandels, vooral dan de keten van Standaard Boekhandels, hebben geen titels uit de reeks in voorraad of erger kennen het bestaan ervan niet. Dat volledig ten onrechte.

Heel recent verscheen deel 42 in de sinds begin deze eeuw opgestarte reeks. Vooral het artikel over de 'schepenroof' of de inbeslagname van Nederlandse schepen in Amerikaanse havens in 1918 van de hand van Elise Burggraaf vraagt om de aandacht van de lezer. Nergens anders las ik hierover. Daarnaast zijn er ook bijdragen over de geneeskunde tijdens de oorlog, over de laatste offensieven in 1918 aan het westfront, over het lot van uit Duitse krijgsgevangenschap ontsnapte Russen die in het Nederlandse Heerlen een veilig heenkomen zochten, en over de Duitse kolonie tijdens de oorlog in Antwerpen. Artikel van de hand van de Antwerpse historicus Antoon Vrints van wie we al een en ander mochten lezen. 

Het meest in het oog springende artikel is dat van Ad van der Logt die tachtig bladzijden besteedde aan twee Nederlandse antioorlogsromans uit het interbellum: Henri van Boven, De scheiding (1919) en Willem Lenglet (ps. Edouard de Nève), Muziek voorop (1935). Een alleszins intrigerend en boeiend stuk. Wijlen C. Smit besteedt in twee korte artikels aandacht aan de relaties tussen België en Nederland voor en na de wapenstilstand van 1918. Zijn bijdragen zijn duidelijk gedateerd. Immers zij verschenen in 1973. Kortom de historisch geïnteresseerde lezer komt ook in dit boekdeel aan zijn trekken.

"De Grote Oorlog: kroniek 1914-1918: essays over de Eerste Wereldoorlog, deel 42". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 271 blz. Gen., 25 €  ISBN 978-94-6424-092-4

vrijdag 9 april 2021

Mark Grammens

 Sinds een tijdje ben ik doende met het schrijven van een ruim opgevat

Links Koenraad Elst, in het midden Els Grootaers (foto Herwig Vereycken)


biografisch artikel over journalist-uitgever Mark Grammens. Samen met enkele andere pennenridders werk ik mee aan een boek dat zal verschijnen naar aanleiding van de vijfde sterfdag van onze gewezen strijdvaardige journalist, die zijn onuitwisbare stempel zette op het geestelijke leven van Vlaanderen tijdens de tweede helft van de vorige eeuw. Het boek zal door uitgeverij DoorbraakBoeken komende herfst uitgegeven worden.

donderdag 8 april 2021

Sterke vrouwen rond Thomas Mann


 In 1905 huwde Thomas Mann met de acht jaar jongere en vrijgevochten Katia Pringsheim. Mann had heel wat moeite moeten doen om haar voor zich te winnen. Zo had hij haar eis moeten inwilligen en afzien van een kerkelijk huwelijk, daar ze zich voor een altaar te veel als een offergave zou voelen. Enkele jaren tevoren had Thomas Mann zelf een diepe crisis moeten overwinnen, en zijn homoseksuele gevoelens onderdrukt. Hiervoor uitkomen zou zijn maatschappelijke dood betekend hebben. Tijdens hun huwelijksleven zou Mann nog regelmatig te kampen hebben met deze gevoelens, en ze telkens onderdrukken. Katia was hiervan op de hoogte. Het grote publiek zou er pas kennis mee nemen in 1975 toen Manns dagboeken gepubliceerd werden.

In haar succesrijke Mann-reeks publiceerde Margreet den Buurman zopas een nieuw deel; ditmaal handelend over Vrouwen rond Thomas Mann. Het boek bevat geen slaapkamergeheimen over het intieme huwelijksleven van Katia en Thomas Mann, wel gaat auteur dieper in op de vrouwen, die invloed uitoefenden op het leven van de latere Nobelprijswinnaar. We denken hierbij in de eerste plaats aan zijn moeder, schoonmoeder, de feministe en schrijfster Hedwig Dohm, zijn dochter Erika en de Amerikaanse Agnes Meyer, die ervoor zorgde dat de Manns naar de Verenigde Staten konden emigreren. Stuk voor stuk sterke vrouwen met elk een eigen boeiend verhaal. In het voorliggende boek brengt Margreet den Buurman hen weer tot leven. Enige vertrouwdheid met de familiegeschiedenis vormt een pluspunt maar is geen vereiste om het boek vlot te kunnen lezen.

Margreet den Buurman, "Vrouwen rond Thomas Mann". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 185 blz. Gen., 19,95 euro ISBN 978-94-6424-102-0

vrijdag 2 april 2021

De strijd om de Duitse Afrikaanse koloniën

 Het voorliggende boek handelt over de ongelijke strijd tijdens de Eerste Wereldoorlog om de Duitse koloniale bezittingen in Afrika. Naast zijn Aziatische bezittingen bezat Duitsland in 1914 in Afrika: Oost-Afrika, Zuidwest-Afrika, Kameroen en Togo. Duitsland was de mening toegedaan dat Europese landen die met elkaar in oorlog raakten, deze niet moesten uitvechten in hun kolonies daar de inheemse volkeren hiermee niets te maken hadden, en tevens geen getuige dienden te zijn hoe blanken (toch hun meesters!) elkaar bevochten. Dat was toch geen zicht, meenden ze. De geallieerden (Groot-Brittannië, Frankrijk, België en Portugal) hadden hier geen oren naar en waren tuk op de Duitse koloniale bezittingen. Zo makkelijk kregen ze echter de Duitse kolonies niet in handen. Dat blijkt alvast uit het leesbare boek van Bas de Groot, die al menig boek over de grote wereldbrand op zijn palmares heeft staan.

Veelal konden de geallieerden een veelvoud aan troepen inzetten en waren de Duitsers en hun zwarte hulptroepen, de gevreesde Askari telkens in de minderheid. De Duitse militairen hadden echter drie grote troeven in handen: ze vochten uiterst flexibel, de Askari waren zeer betrouwbaar en hun medische dienst was de beste van Afrika. In Duits Oost-Afrika (het huidige Zambia) vocht de briljante Duitse generaal Lettow-Vorbeck met zijn 14.000 manschappen jarenlang succesvol tegen 130 à 160.000 geallieerden. Op een bepaald moment vocht de Schutztruppe, aldus de naam van de Duitse koloniale strijdmacht, in de Britse en Portugese kolonies. Pas einde november 1918 gaf hij zich over.

In Zuidwest-Afrika (thans Namibië) stonden 2000 Duitsers (waaronder een compagnie dromedarissen-cavalerie) tegenover 50.000 Britten en Zuid-Afrikanen. Deze laatsten hadden in oktober 1914 met een zware rebellie af te rekenen. Zowat een vierde van de gemobiliseerde Boeren weigerde tegen de Duitsers te vechten. Ze deserteerden of liepen naar de Duitsers over. Pas in juli 1915 kwam er een einde aan de ongelijke strijd.

In Kameroen beschikte de Schutztruppe over dertig Duitse officieren en onderofficieren en 1650 Askari-troepen. Wegens gebrek aan paarden verplaatsten de Duitsers zich op ossen. Een foto getuigt hiervan. Tegenover hen stond een overmacht aan Britse en Franse koloniale troepen. Toch konden de Duitsers het nog tot februari 1916 volhouden eer ze zich overgaven. De strijd in het kleine Togo duurde nauwelijks enkele weken. De kleine Duitse politiemacht aldaar was niet in staat om veel weerstand aan de geallieerden te bieden.

Het boek van Bas de Groot laat zich vlot lezen en drijft voor een aanzienlijk deel op verslagen, brieven en documenten van de Duitsers. Deze geven een goed beeld van de omstandigheden waarin diende gevochten en geleefd
te worden. Steeds weer was er een gebrek aan munitie, wapens, voedsel... Vooral de troepen van von Lettow-Vorbeck konden rekenen op de onvrijwillige mildheid van de Britten. Een minpunt is echter dat het boek, met tal van onbekende illustraties, voor een deel ontsierd wordt door nogal wat druk- en schrijffouten.

Bas de Groot, "De strijd om de Duitse Afrikaanse koloniën: Oost-Afrika, Zuidwest-Afrika, Kameroen, Togo: 1914-1918". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 451 blz. Gen., 29,95 €  ISBN 978-94-6424-077-1

vrijdag 26 maart 2021

Een geviseerde burgemeester

 Karl Lueger (1844-1910) was burgemeester van Wenen van 1897 tot aan zijn overlijden in 1910. Hij maakte van de hoofdstad van de Donaumonarchie een moderne metropool. Omwille van zijn antisemitische uitspraken en overtuiging wordt hij vandaag geviseerd door de extreemlinkse militanten van BLM en de woke-pers. 

Over hem schreef ik tijdens de afgelopen weken een biografisch opstel om een en ander duidelijk te maken. Zo was zijn antisemitisme enkel een middel om aan de macht te komen. Trouwens het antisemitisme was toen schering en inslag in de meeste Europese landen. Het artikel zal eerlang in het tijdschrift Tekos verschijnen.

maandag 15 maart 2021

Der Vierjahresplan: moedig initiatief van uitgeverij Aspekt


 Terecht stelt Perry Pierik in zijn inleiding dat de Vierjahresplannen van de nationaalsocialistische economie een onderbelicht en verwaarloosd thema in de NS-geschiedschrijving vormen. Nog steeds geldt het boek van Dieter Petzina, Autarkiepolitik im Dritten Reich als het standaardwerk bij uitstek. Dat boek verscheen echter al in 1968... Het hele plan kwam voort uit het feit dat de nazi's begrepen dat zij een stabiele oorlogseconomie nodig hadden. De lessen uit de Eerste Wereldoorlog speelden hierbij een belangrijke rol. Duitsland toonde zich toen kwetsbaar. Een nieuwe oorlog diende aan deze kwetsbaarheid een einde te maken en voor stabiele grenzen te zorgen. 

Aan de basis vandeze plannen lag de autarkische gedachte, waardoor Berlijn geen kolonies nodig zou hebben en onafhankelijk zou zijn van de  Angelsaksische wereld (World Island). Vanaf 1933 werd er steeds nauwer samengewerkt tussen industrie en de strijdkrachten. Feit dat een belangrijke invloed zou hebben op de Duitse militaire successen vanaf de nazomer van 1939. De plannen brachten wapens en materiaal voort om de Blitzkrieg maximaal te kunnen laten draaien. Ook waren de successen voor een groot deel te danken aan het feit dat geen enkele Blitzkrieg langer dan zes weken duurde. Pas met Unternehmen Barbarossa, het mega-offensief tegen Sovjet-Rusland, liep het mis. Een snelle overwinning bleef uit en de Duitse oorlogseconomie was te onstabiel voor een langdurige oorlog. Pas met de komst van Albert Speer, begin 1942, zou de hele economie op oorlogsvoet geschoeid worden. Maar de resultaten op het slagveld waren pas vanaf het voorjaar van 1943 toonbaar. Toen was het Vierjahresplan allang voorbijgestreefd. De Duitse legers hadden al geruime tijd te kampen met twee grote nadelen: te weinig (soldaten, bevoorrading en wapens) en te laat (aan het front). Bovendien was de Duitse oorlogseconomie niet voorzien op een meerfrontenoorlog en had ze meer en meer te lijden onder de bombardementen. 

Eerder al verschenen bij Aspekt de jaargangen 1938 en 1939 van Der Vierjahresplan in facsimiledruk. Thans volgen de jaargangen 1940 en 1941. Uitgever Perry Pierik heeft heel wat moeite ondernomen om een zo goed als volledige collectie (hier en daar ontbreekt een nummer) op de kop te kunnen tikken. De meeste nummers vond hij in de stadsbibliotheek van Trier. Samen geeft de collectie een goed beeld van een van de grondpijlers van de nationaalsocialistische leer; namelijk het verkrijgen van Lebensraum in Europa. 

Het tijdschrift zelf werd heel verzorgd uitgegeven met heel veel geïllustreerde (sommige zelfs in kleur) advertenties waarin vooral allerhande wapentuig en landbouwmachines aangeprezen worden. Het tijdschrift staat ook vol statistieken. Der Vierjahresplan was het naamkaartje van de Duitse industrie dat over de hele wereld indruk diende te maken. Ideaal voor studenten en publicisten die de nazi-economie nader onder de loep willen nemen. De letterlijk gewichtige boekdelen zijn op het eerste gezicht weliswaar prijzig te noemen maar gezien hun omvang is dat wel gerechtvaardigd. Bedenk dat een enkel nummer algauw antiquarisch 15 à 20 euro kost. De boekwerken werden bovendien op zuurvrij papier gedrukt. 

Der Vierjahresplan 1940 (1100 blz., 89,95 euro) en 1941 (956 blz., 99,95 euro), Soesterberg, Aspekt, 2020. Telkens met een inleiding van de hand van Perry Pierik.

donderdag 11 maart 2021

Idiotisme ten top

 De verengelsing van onze universiteiten neemt dagelijks toe. Zo brengt de gewezen Utrechtse professor en publicist Maarten van Rossem het meest extreme voorbeeld dat hij ooit beleefde, naar voren.

Hij legt er de nadruk op dat ie het niet uit zijn duim zoog. Het middeleeuwse gedicht Van den vos Reynaerde, dat aan een Nederlandstalige universiteit in het Engels werd gedoceerd, inclusief voorzien van een Engelstalige vertaling. Moet er nog zand zijn? Wetende dat zulke wantoestanden ook aan 'Vlaamse' universiteiten bestaan. 

dinsdag 23 februari 2021

Nogmaals Leo Vindevogel

 In het laatste nummer van het Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis van 2020 analyseert de gerespecteerde directeur en historicus van het Soma, Nico Wouters het proces Leo Vindevogel - het artikel telt 35 blz. De ondertitel is veelbetekenend: Historische waarheid en beeldvorming over de repressie in Vlaanderen. De auteur stelt dat "puur juridisch is het onderzoek robuust en zijn de tegenargumenten zwak". 

Nico Wouters fileert op een zeer leesbare wijze het strafdossier tegen Vindevogel en merkt op dat de toenmalige strafrechters zich niets te verwijten hebben omdat er een solide bewijslast tegen de beklaagde Vindevogel bestond. Meer de beklaagde had zichzelf aan de galg gepraat vermits hij bij zijn standpunten (onder meer pro-Duitse gezindheid en het aangeven van verzetslui) gebleven was. Eigenlijk had hij zijn doodvonnis aan zichzelf te wijten vermits hij zichzelf onmiddellijk na de bevrijding bij de rijkswacht had aangegeven, en niet mee met zijn familie naar Duitsland gevlucht was. Indien hij een of twee jaar later voor de repressierechtbank had gestaan, dan zou hij er met een veroordeling van vijf of tien jaar vanaf zijn gekomen. Daarbij moeten we, aldus historicus Wouters, ook wijzen op de zwakke verdediging van Vindevogel. Zijn advocaten hebben niet het onderste uit de kan gehaald om zijn vel te redden. De Soma-directeur geeft wel toe dat "niet duidelijk is welke feiten nu uiteindelijk hebben doorgewogen" om hem tot de doodstraf te veroordelen, en is het proces "relatief snel" afgehandeld. 

Alle argumenten (onder andere het stenografisch verslag) die door de tegenpartij aangevoerd wo(e)rden om de oorlogsburgemeester van Ronse te verdedigen, worden door de auteur afgewimpeld als 'beeldvorming'. Ook mijn zorgvuldig gedocumenteerde Vindevogel-biografie ondergaat dat lot. Niet in het minst omdat ik het door wijlen Jan Verroken zorgvuldig opgestelde stenografisch verslag gebruikte en er geen kritische reflecties bij stelde. 

Wouters besluit op eerder sombere wijze: "Ik ben daarom sceptisch: dit artikel verlegt hoogstens een steentje. Geschiedschrijving zal de koers van een rivier niet meer veranderen wanneer de bedding van een beeldvorming is uitgegraven". Het is wel mooi gezegd/geschreven. Ik vraag me daarbij af waarom Nico Wouters in zijn monumentaal boek over de oorlogsburgemeesters uit 2004 met geen woord rept over Vindevogel? Hij had toen immers de uitzonderlijke gelegenheid om een en ander naar voren te brengen,
wat hij dus verzuimde. Een gemiste kans. 

Ere wie ere toekomt. Nico Wouters maakte voor zijn onderzoek gebruik van een bron die ik voor mijn biografie niet raadpleegde omdat ik het bestaan ervan niet wist: het Archief Correctionele Rechtbank van Oudenaarde dat zich in het Rijksarchief van Gent bevindt.

donderdag 18 februari 2021

Nieuwe foto Karstjäger

 Een tiental dagen geleden kon ik op een Duitse digitale veiling een originele Duitse persfoto uit 1943 verwerven. Het betreft een foto afkomstig uit het archief van Weltbild Berlin, en stelt een batterij lichte bergartillerie voor, gedragen door muilezels. Typisch voor de Karstjäger of de 24. Waffen-SS- Gebirgsbrigade was dat de begeleiders van de dieren van Bosnische afkomst waren. Deze zeldzame en unieke foto draagt als datum 21 december 1943.

Door corona is mijn boek over de Karstjäger: de korte geschiedenis van de 24. Waffen-SS-Gebirgsbrigade/Division 'Karstjäger' in Noordoost-Italië en Slovenië, 1943-1945, verschenen begin 2020, nog niet veel in de belangstelling kunnen komen. Het boek is bij mij verkrijgbaar en kost 15 euro en 3 euro verzendingskosten.


vrijdag 12 februari 2021

Over nitwits en negativisten

 Enige weken geleden verscheen er een speciaal nummer van het tijdschrift Newsweek Vlaanderen gewijd aan het vijftigjarig bestaan van het Vlaamse parlement. Het is een verzorgd en kleurrijk uitgebracht nummer. Voor zover niets aan de hand. Toch was deze speciale editie aanleiding tot een heleboel heibel vanwege een resem moderne Vlaamse historici, waarvan de meeste geen kaas gegeten hebben van de geschiedenis van de Vlaamse Beweging, laat staan van het Vlaams-nationalisme. Zij wilden enkel provoceren. Vooral de commentaren van 'dagbladhistoricus' Marc Reynebeau en de ULB-docent Peter Lagrou, kleinzoon van de gewezen seminarist en Vlaamse SS-leider René Lagrou vielen hierbij in het oog.

Beide heren behoren tot het soort figuren die al braakneigingen krijgen bij het horen alleen al van de woorden 'Vlaams', 'Vlaanderen', 'Vlaams-nationalisme' of Vlaamse Beweging in het algemeen. Het zijn pure negativisten. Zij willen alles wat betrekking heeft op Vlaanderen, de Vlaamse Beweging zoveel mogelijk schade berokkenen. Hoeven we ons ook maar iets aan te trekken van de mening van beide heerschappen? Hoegenaamd niet. Zij kregen immers al kansen genoeg. Binnenkort vertrekt Reynebeau sowieso met pensioen, en Lagrou jr. heeft de kans gemist om ook maar enig werk van nut, nl. een betrouwbare en informatieve biografie van zijn grootvader, te schrijven.

Het is tegenwoordig opvallend dat een aantal poco-historici er tegenwoordig een gewoonte van maken om alles wat betrekking heeft tot de Vlaamse Beweging zoveel mogelijk schade te berokkenen. Zij krijgen hierbij volop de steun van de media. Vlaamse Bewegers staan tegenover deze tendens nagenoeg machteloos wegens gebrek aan eigen media (met uitzondering dan van Doorbraak.be).

Overigens was heel de hetze rond de brochure 50 Jaar... niets meer of minder dan een storm in een glas water. Toch is het voldoende om er een aparte paragraaf aan te wijden in mijn biografie over Staf de Clercq in wording.

woensdag 10 februari 2021

Keizer Wilhelm II. en het Derde Rijk

 Jacco Pekelder schreef samen met Joep Schenk en Cornelis van der Bas het boekje De keizer en het Derde Rijk. In opdracht van het Museum Huis Doorn en in samenwerking met de universiteit van Utrecht maakte uitgeverij Aspekt er een mooi, kleurrijk en aantrekkelijk boekje van met tal van illustraties, dat in de eerste plaats als museumgids in het laatste huis van Kaiser Wilhelm II. dienst zal moeten doen.

Het trio auteurs brengt in beeld hoe Wilhelm II. en zijn nazaten zich verhielden tot het nationaalsocialistische regime. De verbannen keizer zelf, zijn zonen Wilhelm en August Wilhelm en zijn favoriete kleinzoon Louis Ferdinand staan daarbij centraal. Deze leden van de Hohenzollernfamilie gingen na de Eerste Wereldoorlog op zoek naar hun plek in de nieuwe maatschappij, al bleven de meesten hopen op de restauratie van de keizerlijke monarchie.

De keizer had evenwel grotendeels de realiteit uit het oog verloren. Velen namen het hem kwalijk dat hij in 1918 Duitsland had verlaten en zijn heil in Nederland gezocht had. Bovendien hield hij vast aan elitaire politieke denkbeelden, en zag hij niet in dat moderne leiders afhankelijk waren van het volk. De meeste Duitsers aanzagen zijn oudste zoon, kroonprins Wilhelm als een schertsfiguur en rokkenjager, en zijn oudste kleinzoon verloor door een huwelijk beneden zijn stand zijn aanspraak op de troon. Daarenboven was Hitler helemaal niet geïnteresseerd in een herstel van de monarchie. De Hohenzollerns verloren hun politieke relevantie.

J. Pekelder, J. Schenk en C. van der Bas, "De Keizer en het Derde Rijk: de familie Hohenzollern en het nationaalsocialisme". Soesterberg, Aspekt, 2020. Ill., 76 blz.,
Gen., 14.95 €  ISBN  9789463389365

dinsdag 9 februari 2021

Hans Oster: verrader of weerstander?

 Hans Oster (1887-1945) was een Duitse generaal die een leidende functie had binnen de Abwehr, de Duitse contraspionage waarover admiraal Wilhelm Canaris het bevel voerde.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog was Oster als officier verbonden aan de generale staf. In 1929 werd hij wegens zijn verhouding met de echtgenote van een hoge ambtenaar gedwongen om het leger te verlaten. Zes jaar later werd hij door Canaris voor de Abwehr gerekruteerd, en werd na een tijdje diens rechterhand. Beiden stonden afwijzend ten opzichte van het nationaalsocialisme. 

Oster raakte in de jaren 1930 nauw bevriend met majoor Bert Sas, de Nederlandse militaire attaché in Berlijn. Geleidelijk aan bracht Oster zijn vriend op de hoogte van allerhande militaire geheimen, zoals de datum van de preventieve Duitse aanval op Denemarken en Noorwegen. Het meest belangrijke 'wapenfeit' van Oster was dat hij de juiste datum liet weten van het grote Duitse offensief tegen Nederland, België en Frankrijk. Hierover handelt een groot deel van de zopas verschenen korte feitenbiografie van de Nederlandse historicus en publicist Emerson Vermaat. 

Na een tijdje werd Oster ervan verdacht militaire geheimen verraden te hebben maar zijn chef Canaris hield zijn hand boven zijn hoofd. Steeds weer was Oster betrokken in allerlei militaire complotten tegen Hitler. In 1943 werd hij uit de dienst ontslagen wegens hulp aan joden. Na de aanslag op Hitler op 20 juli 1944 werd de Abwehr-generaal aangehouden en op 9 april 1945 in de gevangenis van Flossenbürg opgehangen.

Vermaats boek is stevig gedocumenteerd en bevat een bibliografie en illustraties maar jammer genoeg geen register.

Emerson Vermaat, "Hans Oster: de Duitse inlichtingenofficier die Nederland waarschuwde". Soesterberg, Aspekt, 2020. Ill., 166 blz. Gen., 18.95 €  ISBN  9789464240030

maandag 25 januari 2021

Het nooit eindigende verhaal van de Eerste Wereldoorlog

 De Eerste Wereldoorlog wordt ook wel de "Urkatastrophe des 20. Jahrhunderts" genoemd. De oorlog was inderdaad van een onvoorstelbare omvang zoals de wereld die nog niet eerder gezien had. Ook de gevolgen ervan, die tot op de dag van vandaag nog niet zijn uitgewerkt, waren en zijn enorm. Toch bestaan er nog steeds veel mythen over deze oorlog, die door toedoen van een aantal historici en publicisten een hardnekkig bestaan blijven leiden. Gelukkig is daar de grote boekenreeks De Grote Oorlog van uitgeverij Aspekt die sinds 2002 verschijnt en voldoende weerwerk levert, en zopas het 41ste boekdeel afleverde.

Dit deel bevat vier grote artikels die op zichzelf staan. Hans Terpstra schetst op vlotte wijze het leven van de Zuid-Afrikaanse generaal Jan Smuts, en gaat vooral in op diens rol tijdens de Eerste Wereldoorlog. In eigen land was Smuts bij de Boeren alles behalve geliefd. Zij beschouwden zijn leven als een tragische mislukking omdat hij zich ten dienste van de gehate Britten had gesteld, en niets had gepresteerd voor zijn volk. Vele Boeren beschouwden hem als een verrader en zelfs moordenaar van zijn volk. Dat had uiteraard alles te maken met Smuts' rol tijdens de Boerenoorlog (1899-1902), en zijn handelen tijdens de eerste maanden van het uitbreken van de wereldoorlog. Samen met generaal Botha had Smuts een Boerenrebellie met geweld neergeslagen, en had hij niet gepleit voor clementie voor de ter dood veroordeelde rebellenleider Jopie Foeri. Auteur Terpstra gaat hier nader op in, en beklemtoont vooral de verdiensten van Smuts op internationaal gebied. Dankzij Smuts won Zuid-Afrika weer aan prestige.

De andere bijdragen handelen over de historie van de Britse Marinevliegdienst, en zijn Duitse tegenstander het Marineflugwesen. Expert Bas de Groot levert ons een gedegen en rijk geïllustreerd artikel van meer dan honderd pagina's. Eric Wils beschrijft de lotgevallen van de Schotten tijdens de oorlog. Zo'n 550.000 Schotten maakten deel uit van de Britse strijdkrachten; zo'n 100.000 sneuvelden of een op de vijf. Tot slot onderzoekt Yency Rodenburg de invloed van de onbeperkte duikbootoorlog op de Nederlandse koopvaardij in 1917. Met veel aandacht las ik vooral de artikels over veldmaarschalk Smuts en de lotgevallen van de Schotten gedurende de vijf oorlogsjaren.

"De Grote Oorlog: kroniek 1914-1918: essays over de Eerste Wereldoorlog, deel 41". Soesterberg, Aspekt, 2020. Ill., 243 blz. Gen., 25 €   ISBN  9789463389399

woensdag 20 januari 2021

Verdun

 Samen met de slag aan de Somme behoort de slag bij Verdun in 1916 tot de bekendste en bloedigste veldslagen die aan het westelijke front tijdens de Eerste Wereldoorlog plaatsvonden. De gevechten duurden bijna een jaar en de tragedie van zoveel slachtoffers op zo'n relatief klein gebied was en is indrukwekkend. De Duitsers begonnen de slag in februari met de bedoeling om de Franse divisies te laten leegbloeden. Eenmaal dat ze murw geslagen waren, zouden ze -zo dacht het Duitse opperbevel- wel bereid zijn om met Duitsland een aparte vredesovereenkomst te sluiten. Immers de Duitsers beschouwden de Britten als hun grootste vijand en wilden het volledig isoleren van hun bondgenoten. Zoals we weten, is het nooit zo ver gekomen.

Tom van Hooff schreef in het verzamelwerk De Grote Oorlog: kroniek 1914-1918 diverse bijdragen over de slag van Verdun en de voorgeschiedenis ervan. Deze heeft hij thans lichtjes herwerkt en gebundeld in het voorliggende Verdun 1916. De meeste belangstelling in zijn toegankelijk boek gaat uit naar de derde fase van de veldslag of de maanden juni tot en met augustus 1916, toen de slag in een beslissende fase kwam. De Duitsers voerden nieuwe divisies aan en het aantal stormaanvallen werd opgevoerd; dat met als doel om een permanent verdedigbare positie te bereiken, uit te bouwen en te verdedigen. Het resultaat was dat de aanvallen einde augustus stilvielen omdat beide partijen op apegapen lagen. Na een grootse Franse tegenaanval in de herfst stonden beide partijen weer op hun uitgangsposities van februari.

De auteur onderzoekt ook een aantal individuele levens van gesneuvelden en trekt de lijn door tot op vandaag
. Voor de liefhebbers: leerrijke lectuur

Tom van Hooff, "Verdun 1916: artikelen over de slag". Soesterberg, Aspekt, 2020. Ill., 151 blz. Gen., 19.95 €  ISBN 9789464240221

dinsdag 19 januari 2021

De jarige uitgeverij Aspekt en Theo van Gogh

 Bühne is een door uitgeverij Aspekt halfjaarlijks uitgegeven tijdschrift in boekvorm en gewijd aan literatuur en cultuur. In het pas verschenen nummer 13 wordt in de eerste plaats aandacht besteed aan de 25ste verjaardag van de in Soesterberg gevestigde uitgeverij Aspekt. Margreet den Buurman bespreekt het reilen en zeilen van de uitgeverij aan de hand van de eerste fictiebundels die de uitgeverij in 1996 uitgaf. Nieuw poëziewerk van uitgever Perry Pierik sluit hierop aan. Henk Vaessen schreeft een korte maar gevatte hulde en Sylvia Kamerbeek, de doe-het-al en de voortdurende bezige bij van de uitgeverij, geeft een prettig leesbaar inkijkje vanuit haar vaste standplaats op kantoor.

Verder bevat de bundel zoals steeds een selectie aan essays, kortverhalen en jazzgedichten van onder meer Dorian d'Oliveira, Ruud Alers, Wim Huijser, Anneke Mooi en Maran Olthoff. In zijn artikel haalt Bert van Galen onder meer herinneringen op aan de vermoorde Theo van Gogh. Op de vraag hoe lang "zal je strijd duren tegen het politiek correcte denken", kreeg de interviewer het volgende antwoord van Van Gogh: "Dat is nog een lange weg en dat is goed. Heerlijk om al die naïeve sukkels op de kast te jagen. Vooral in de grachtengordel kom je dit soort types voortdurend tegen. Ze zijn zo links en bewogen, dat is echter direct afgelopen als er een zwerver voor de deur ligt te slapen. Dan wordt er direct bij een bevriende rechter een dwangbevel geregeld. Terwijl als oom Jan last van zijn verslaafde buren heeft hij direct als fascist wordt neergezet". Het gebrek aan dergelijke non-conformisten in onze maatschappij laat zich thans meer dan ooit voelen.

"Bühne nr. 13". Soesterberg, Aspekt, 2020. Ill., 136 blz. Gen., 9.95 €  ISBN 9789464240191

vrijdag 8 januari 2021

Het Hongarije van Miklos Horthy

 Door het verdrag van Trianon van juni 1920 werd de Donaumonarchie ontbonden en werd Hongarije tot zowat de helft van zijn grondgebied herleid. De rompstaat was nauwelijks nog leefbaar en werd door vijanden omringd. In sommige nieuwe grensstreken vormden Hongaren de meerderheid maar toch werd het aan een nieuwe staat toegewezen. Dat veroorzaakte uiteraard de nodige wrevel. Menigeen zag hierin een smerige streek van de Fransen die in het verdrag de hoofdtoon hadden gevoerd. Niet te verwonderen dat tal van Hongaren wraak tegen dit verdrag koesterden. Zo ook de oorlogsheld en enige admiraal van de voormalige Habsburgse oorlogsvloot Miklos Horthy.

In zijn aantrekkelijk uitgegeven boekje beschrijft uitgever-historicus Perry Pierik het levensverhaal van Horthy, gekoppeld aan de geschiedenis van Hongarije tijdens het interbellum. Hij doet dat met veel verve en met oog voor het detail. In november 1918 kwam Horthy terecht in een land dat vervallen was tot anarchie en chaos. Hongarije verkeerde in een ontredderde toestand en in maart 1919 pleegde de communist Bela Kun, met steun van Lenin, een staatsgreep. Gedurende drie maanden heerste in het land een rode terreur. Daarop werd Horthy gevraagd om het communistische bewind te breken. Met een nationaal leger bestaande uit betrouwbare eenheden en met Roemeense regimenten werd het regime van Bela Kun verslagen en het land uitgejaagd. Daarna volgde een moeizaam herstel. Antisemieten beschuldigden er, niet ten onrechte, de joodse minderheid van om hand- en spandiensten aan Bela Kun verleend te hebben. De weggejaagde keizer Karl I (koning Karel IV in Hongarije) poogde in het begin van de jaren 1920 tot twee maal toe zijn troon terug in bezit te nemen. Regent Horthy verzette hemel en aarde om hem diets te maken dat zoiets onmogelijk was. De geallieerden en een aanzienlijk deel van de Hongaren zouden hier nooit mee instemmen.

Vervolgens leidt schrijver Pierik ons de Tweede Wereldoorlog in. Dat Hongarije aan Duitse zijde tegen de Sovjet-Russen streed, was tegen de zin in van Horthy. Deze had zijn land het liefst buiten de oorlog gehouden maar moest buigen voor zijn generaals. In oktober 1944 wilde hij zijn land overgeven aan de oprukkende Sovjets maar de Duitsers verhinderden dat. Horthy werd opgesloten en de fascistische Pijlkruisers van Ferenc Szalasi namen met Duitse bescherming het land over. Daarop werd de hoofdstad door het Rode Leger ingesloten en volgde er een maandenlange beleg. 

Na de oorlog viel Horthy in Amerikaanse handen en sleet hij zijn laatste jaren -hij overleed in 1957- in ballingschap in Portugal. Pas in 1993, na de implosie van het communisme, konden zijn stoffelijke restanten naar Hongarije overgebracht worden. Op het einde van zijn boekje vergelijkt Pierik Horthy, als dader en slachtoffer van de geschiedenis, met Viktor Orban. Deze vergelijking valt flink in het nadeel van de eerste uit. 

Perry Pierik, "Horthy en de strijd om de Hongaarse natiestaat". Soesterberg, Aspekt, 2021. Ill., 123 blz. Gen., 16,95 blz.  ISBN  978-94-6424-057-3

donderdag 7 januari 2021

Verpakt en verzonden

 De afgelopen dagen heb ik me hoofdzakelijk bezig gehouden met het inpakken en verzendingsklaar maken van mijn nieuw boek over Reimond Tollenaere en de brochure, de laatste in de Altringer-reeks, over de naoorlogse Oostfrontersherdenkingen. De verzending zelf zal enige tijd in beslag nemen. Immers het Kortrijkse postkantoor aanvaardt slecht vijftien pakjes tegelijk per persoon. Gevolg is dat ik zowat dagelijks alle brievenbussen in mijn omgeving bezoek en naar twee postpunten ga. Dat kost tijd want ik doe alles te voet. Een auto hebben we niet meer.

Maar tegen begin volgende week zullen alle pakjes gepost zijn.