Chartres, ten zuidwesten van Parijs, 16 augustus 1944 kort na de middag. De beroemde Amerikaanse oorlogsfotograaf Robert Capa neemt een foto van een joelende menigte die een kaalgeschoren, jonge vrouw met haar baby op de arm naar de gevangenis begeleidt. De onbevooroordeelde kijker krijgt onmiddellijk medelijden met de hulpeloze vrouw te midden van het gepeupel. Die foto groeide uit tot een van de iconen van Frankrijk na de bevrijding. Het is een foto die typerend voor de wilde repressie of "l'épuration sauvage" is.
Nader onderzoek leverde volgende resultaten op. De kaalgeschoren vrouw is de toen 23-jarige Simone Touseau met haar in mei 1944 geboren baby. De man die voor haar loopt met een bundel over zijn schouder, is haar vader, een onberispelijk Frans patriot. Halfverdoken achter zijn schouder stapt zijn vrouw, ook kaalgeschoren. Simone werkte vanaf 1941 als vertaalster en bibliothecaresse voor de Wehrmacht. Tijdens haar werk komt ze in contact met de twaalf jaar oudere Duitse Feldwebel Erich Götz. Beiden raken verliefd op elkaar en verloven zich. Een huwelijk tijdens de oorlog is evenwel uitgesloten. Duitsers mochten niet met een française in het huwelijksbootje stappen. Een tijdlang woont Simone bij de ouders van Erich in. Na haar terugkomst in Chartres wordt ze lid van de Parti Populaire Français. In februari 1943 worden de buren van de Touseau's aangehouden wegens het luisteren naar de BBC. Het duurt niet lang eer moeder en dochter Touseau van verklikking verdacht worden. Tijdens zijn laatste verlof brengt Erich een bezoek aan zijn verloofde. Van zodra vader Touseau verneemt dat zijn dochter zwanger is, mag ze het huis niet meer uit. Zes weken na de geboorte van het kind sneuvelt Erich Göz aan het Oostfront maar Simone zal dat droevige nieuws pas in 1947 vernemen.
Na de bevrijding worden moeder en dochter onmiddellijk opgepakt en samen met andere van collaboratie verdachte meisjes en vrouwen kaalgeschoren. Als enige wordt Simone met een gloeiende staaf gebrandmerkt. Twee cirkels worden op haar kale schedel gebrand. Steeds houdt ze haar kind bij zich. De moeder van Simone wordt kaalgeschoren niet omwille van de zogenaamde horizontale collaboratie, maar wel omdat ze vermoedelijk haar buren verklikt heeft. Ook haar dochter wordt hiervan verdacht.
In 1947 wordt Simone tijdens haar proces vrijgesproken maar verliest ze voor tien jaar haar burgerrechten. Na haar vrijlating raakt ze maatschappelijk aan de grond. Ze krijgt een ernstig drankprobleem en sterft in 1966 aan de gevolgen ervan. Ze is dan 45 jaar.
Bron: Philippe Frétigné en Gérard Leray, La tondue, 1944-1947. Parijs, 2011.
Vermelden we tot slot nog dat op de kaft van het pas verschenen september-oktober nummer van het tijdschrift La Nouvelle Revue d'Histoire een foto staat van moeder en dochter Touseau.