dinsdag 14 juli 2020

Haatprediker

Het woord 'haatprediker' sloeg oorspronkelijk op extreme moslims en imans die haat predikten en nog altijd prediken tegen het Westen, de westerse beschaving en het katholicisme. Na verloop van tijd werd het woord hier te lande misbruikt door linkse activisten en dito media.
Een mooi voorbeeld hiervan is het opiniestuk dat de gewezen BRT-journalist Marc van de Looverbosch gisteren in de krant De Standaard publiceerde. Hij heeft het daar over "En het waren geen goedgelovige pastoors die opriepen om aan het oostfront te gaan vechten tegen het goddeloze bolsjewisme. Het waren haatpredikers". Het staat daar 'haatpredikers'. Ja, goed maar tegen wie? Zeker, zij predikten haat tegen het communisme. Wat is daar nu verkeerd aan, tenzij Marc van de Looverbosch een aanhanger van het communisme is? Zowat de hele toenmalige katholieke kerk predikte haat tegen het communisme. "Rome of Moskou" luidde de boodschap. Vlaams-nationale priesters als Jozef van Opdenbosch, Cyriel Verschaeve, de paters Callewaert en Stracke, Modest van Assche... deden dat. Zoals heel wat moslims thans haat prediken tegen het Westen, predikten katholieke en andere priesters toen haat tegen het communisme.
Anti-Vlamingen misbruiken vandaag maar al te graag het woord om hun haat en afkeer tegen de Vlaamse Beweging en het Vlaams-nationalisme te spuien. Daarom hanteren ze het woord 'haatpredikanten' als ze het over Vlaamsgezinde priesters hebben. Vandaar dan ook het 'haatartikel' van Marc van de Looverbosch tegen 11 juli.

zondag 12 juli 2020

Andrej Hlinka

Na mijn biografisch opstel over Jozef Tiso schreef ik dit weekeinde een artikel over priester Andrej Hlinka (1864-1938). Hij was een van de eerste en meeste bekende Slowaakse nationalisten, en lag mee aan de basis van het Slowaakse autonomiestreven binnen Tsjechoslowakije (1918-1939). Tevens was hij de bijzonderste leermeester van Jozef Tiso. Hlinka zorgde op zijn ziektebed ervoor dat deze laatste tot zijn opvolger benoemd werd. Terwijl Hlinka zich vooral richtte tot de Slowaakse fabrieksarbeiders, zocht Tiso in de eerste plaats zijn aanhang onder de boeren en de bedienden.
Mijn eerder beknopt artikel -ik diende mij te beperken tot een opgelegd aantal woorden- over priester Hlinka zal verschijnen op doorbraak.be. Zo voltooide ik mijn tweeluikje over deze twee prominente Slowaakse nationalisten.

woensdag 1 juli 2020

Lode Wils (2)

Vandaag staat mijn lezersbrief in verband met het interview van Lode Wils over Leo Vindevogel in het nieuwe nummer van Knack. Grote stukken van mijn blogstukje werden erin opgenomen.

dinsdag 23 juni 2020

De mythe Lode Wils

De hoogbejaarde maar nog steeds vinnige professor Lode Wils heeft weer eens van zich laten horen. Naar aanleiding van een 'nieuw' boek Op zoek naar een natie: het ontstaan van Vlaanderen binnen België gaf hij een interview aan Walter Pauli (Knack, 17 juni 2020). Het boek is vooral een compilatie van eerder verschenen werk met hier en daar een aanvulling. Maar dit stukje is alvast niet bedoeld als een recensie.
Eerst: met Lode Wils kon ik al menig aangenaam gesprek voeren. Maar als er over het Vlaams-nationalisme gesproken wordt dan steigert hij, en staat ie op zijn gelijk. Voor hem is het Vlaams-nationalisme een etterbuil dat zo vlug mogelijk weggesneden dient te worden. Daar valt volgens hem niets goeds van te verwachten. In een andere publicatie schreef hij ooit dat wanneer de Vlaams-nationalisten aan de macht zouden komen, we hier Joegoslavische toestanden zouden kennen. Nu tot zover deze door Lode Wils gecreëerde mythe.
In het interview met journalist Pauli verwijst Wils ook naar mijn biografie over Leo Vindevogel. Ik heb het daar inderdaad over een "gerechtelijke moord" en een 'showproces'. Maar dat was het ook. De oorlogsburgemeester van Ronse stond er voor een jacobijnse volksrechtbank dat maar een straf kende: de doodstraf. Heeft de gewezen Leuvense professor ooit het door Jan Verroken uitgebrachte stenografisch verslag van dat proces gelezen? Las hij ooit de vele artikelen van wijlen journalist Louis de Lentdecker over het proces Vindevogel? Ik neem aan van niet. Anders zou hij niet beweren dat Vindevogel de doodstraf kreeg omdat hij tijdens de Tweede Wereldoorlog soldaten ronselde. Neen, daarvoor kreeg hij niet de doodstraf.
De communistische weerstand van Ronse en omgeving eiste zijn kop, en de toenmalige katholieke partij, de CVP, met mannen als Gaston Eyskens en Frans van Cauwelaert -de 'lieveling' van Wils- lieten Vindevogel als een baksteen vallen. Hij werd letterlijk opgeofferd om de rust in de regio te doen weerkeren. De uit Buchenwald teruggekeerde socialistische vooroorlogse burgemeester van Ronse, Eugène Soudan bewoog hemel en aarde om het vel van Vindevogel te redden. Tevergeefs. De CVP toonde geen interesse. Alle details met bronvermelding staan in mijn biografie vermeld. Ook de jurist en professor Hendrik Vuye, die de biografie in september 2013 in Ronse voorstelde, bevestigde de thesis dat Vindevogel gerechtelijk vermoord werd.
De voormalige ACW-man, die Wils ooit was, wil maar niet toegeven dat Vindevogel door zijn partij onheus behandeld werd.
Kortom. Lode Wils die er nog steeds prat op gaat dat hij een lange reeks Vlaams-nationale mythes bestreden heeft, creëert graag zijn eigen mythes; als hij het niet eens is met bepaalde feiten die indruisen tegen zijn katholiek belgicisme, dan is hij de spreekwoordelijke struisvogel die zijn kop in het zand steekt.

maandag 15 juni 2020

Jozef Tiso

Door omstandigheden -mijn pc diende een onderhoudsbeurt te krijgen en de daarmee gepaard gaande moeilijkheden bij de heropstart- kon ik mijn blog niet verzorgen. Hopelijk zijn deze thans van de baan. Intussen heb ik niet stilgezeten. Naast enkele recensies schreef ik een uitgebreid biografisch opstel over monseigneur Jozef Tiso, de eerste president van Slowakije (1939-1945). De bijdrage zal in het najaar verschijnen bij uitgeverij Aspekt, in een bundel met als voorlopige titel "Kleine potentaten in het interbellum". Zo zullen ook de leiders van de Baltische staten, Oostenrijk, Finland, Joegoslavië, Albanië... aan bod komen. Figuren die tot op heden nog maar weinig aan bod kwamen.
Deze week begin ik aan mijn brochure over de naoorlogse Oostfrontersverenigingen in Vlaanderen te werken. Het zal het laatste deeltje zijn dat in de Altringer-reeks zal verschijnen.

woensdag 27 mei 2020

Abbeville 1940 - 2020

In het laatste nummer van het Duitse conservatieve weekblad Junge Freiheit (nummer van 15 mei 2020) staat er een artikel over het lot van de groep van Joris van Severen en gezellen, die naar Abbeville gedeporteerd werden. Op 20 mei 1940, thans tachtig jaar geleden, werden 21 mensen van deze groep op 'grauenhafter' wijze vermoord, onder wie ook Joris van Severen en zijn vertrouwensman Jan Ryckoort.
Het artikel van de hand van Hans-Jürgen Wünschel bevat een neutrale beschrijving van de lijdensweg van deze groep Europeanen (21 Belgen, 18 joden, 14 Duitsers, 6 Nederlanders, 3 Luxemburgers, 9 Italianen, 1 Fransman, 2 Zwitsers, 1 Spanjaard, 1 Deen, 1 Oostenrijker, 1 Tsjech en ook 1 Canadees), en de vervolging van hun moordenaars.
Het waren eenheden van de 57ste Duitse infanteriedivisie onder Generalleutnant Oskar Blümm die de slachtoffers aan de kiosk van Abbeville vonden.

maandag 18 mei 2020

Vlaamse DRK-zusters in de belangstelling

Met vertraging ontving ik het laatste nummer van het non-conformistische tijdschrift The Axis Forces van februari 2020. Het Engelstalige tijdschrift (drie of vier nummers per jaar) verschijnt sinds 2017 en is volledig aan de As-strijdkrachten en hun bondgenoten gewijd.
Het laatste nummer (nr. 13) bevat onder meer een artikel van ruim twintig pagina's, volledig gewijd aan de vrijwilligsters die dienst deden bij het Deutsches Rotes Kreuz (DRK) tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het artikel van de hand van Andrei Samcevich wijdt vooral aandacht aan de Noorse, Nederlandse en Vlaamse meisjes die zich als vrijwilligster opgaven. Ik las onder meer dat de Vlaamse meisjes en jonge vrouwen het grootste contingent vrijwilligers uit de Germaanse landen (Duitsland uiteraard niet meegerekend) vormden. De meeste waren tussen de twintig en de vijfentwintig jaar. In het kort worden ook de frontbelevenissen van Lucie Lefever, Martha Clement en Maria van Aerden (zie ook mijn Leesfolder nr. 5) geschetst. Voor het overige niets dan lof voor het artikel. Het blijft echter wachten op een monografie over de Vlaamse DRK-Schwester.