dinsdag 11 juli 2023

Laatste Nederlandse oud-NSB'er Jacob Luitjens overleden.

Op 103-jarige leeftijd overleed op 14 december vorig jaar Jacob Luitjens. Oom Jaap, zoals hij bekend stond, was het enige lid van de Nationaal Socialistische Beweging van Anton Mussert die nog in leven was. Thans zijn er geen ooggetuigen van deze beweging meer in leven. Het levenspad van Jacob Luitjens was tumultueus te noemen.

Hij was een overtuigd NSB-man en nationaalsocialist. Tijdens de Duitse bezetting meldde hij zich als Oostfrontvrijwilliger bij de Waffen-SS. Hij werd afgekeurd omwille van een onvolgroeide arm. Jaap, Jacob sloot zich dan aan bij de Landwacht, de gewapende tak van de NSB. Deze Landwachters waren nu niet bepaald brave koorknapen, die oude vrouwtjes de straat hielpen oversteken. Het waren doorgaans ruwe kerels met jachtgeweren die voornamelijk ingezet werden bij de bewaking van gebouwen, het controleren van tassen -steeds tuk op het in beslag nemen van goederen-, het nagaan van persoonsbewijzen en het uitvoeren van arrestaties, huiszoekingen en lijfonderzoeken. In het noorden van Nederland kwam Luitjens bekend te staan als een wrede Landwachter. Hij spoorde nogal wat onderduikers, deserteurs en verzetslui op, en stuurde mensen naar een villa in Drenthe, waar ze ondervraagd en gefolterd werden indien ze "niet wilden meewerken". Ook was Oom Jaap betrokken bij twee moorden, wat achteraf niet waar bleek te zijn.

Na de oorlog gaf hij zichzelf aan en werd opgesloten in het kamp van Westerbork, waar tijdens de bezetting joden werden ondergebracht. In 1946 ontsnapte Luitjens samen met zijn zwager naar Duitsland. Onder valse Duitse namen verdwenen ze naar Paraguay dat toen als zeer Duitsvriendelijk (lees nazivriendelijk) bekend stond. Daar sloot Ome Jaap zich aan bij een Duitse mennonietenkolonie: gesloten, Duitstalige gemeenschappen van doopsgezinden, die meestal gevlucht waren uit de Sovjet-Unie. Hij leerde er een jonge Duitse vrouw, Olga kennen en huwde met haar.

In 1961 emigreerde Jacob Luitjens met zijn gezin naar Canada, waar hij plantkunde doceerde aan de Universiteit van Brits-Columbia. Begin jaren 1980 werd hij door de Friese journalist, Jack Kooistra of de Friese Simon Wiesenthal opgespoord. Na de oorlog was Luitjens in Nederland tot levenslang veroordeeld. Vooralsnog weigerde Canada hem uit te leveren. Pas in 1991 verloor hij zijn Canadese nationaliteit toen bleek dat hij gelogen had bij het verwerven ervan. Hij had namelijk leugens verteld over zijn verleden. Eind 1992 werd hij naar Nederland uitgewezen, waar de media in rep en roer stonden. Zijn familie had tot dan als een graf over hem gezwegen. De hele familie was namelijk tijdens de bezetting NSB-gezind geweest, en dat wilde ze maar al te graag doen vergeten. De teruggekeerde Ome Jaap was een diepgelovig man met een zwaar Duits accent en ouderwetse dictie, die wilde praten over Hannah Arendt, en beweerde nooit iemand gedood te hebben.

Jacob Luitjens bracht uiteindelijk twee jaar en vier maanden door in de gevangenis van Groningen. In 1995 kwam hij op 75-jarige leeftijd vrij. Olga -zij overleed in november 2022- woonde toen ook een tijdlang in Nederland en zijn kinderen kwamen regelmatig op bezoek. Als statenloos man -Nederland weigerde hem een uitreisvisum te bezorgen- woonde hij in het Friese Lemmer waar zijn familie voor hem zorgde. 

Historicus David Barnouw van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie noemde Jacob Luitjens een symbool waarop het Nederlandse oorlogsverleden werd geprojecteerd. Daarmee werd Oom Jaap niet alleen verantwoordelijk gehouden voor zaken die hij niet gedaan heeft, maar in zekere zin ook voor al het slechts uit de oorlog. Zo werden de misdrijven van de "beruchte oorlogsmisdadiger Jacob Luitjens", naarmate de tijd vorderde, alsmaar groter. Zijn bijnaam als de "Schrik van Roden" ontstond pas decennia na het einde van de oorlog.

Met dank aan P.W.; De Groene Amsterdammer, 1 juni 2023.

maandag 26 juni 2023

De "Criminele saken" van Jan Timmermans


Jan Timmermans (1901-1962) studeerde een tijdlang aan de Sorbonne in Parijs en in Berlijn. Als vrijzinnige behaalde hij zijn doctoraat in de rechten aan de Vrije Universiteit van Brussel. In 1926 vestigde hij zich als advocaat in zijn geboortestad Antwerpen. Hij werd gemeenteraads- en provincieraadslid voor Het Vlaamsche Front en was vanaf 1934 actief binnen het VNV, waarvoor hij als arrondissementsleider en gouwleider optrad. Bij de verkiezingen van april 1939 werd Timmermans tot volksvertegenwoordiger gekozen. Tijdens de bezetting was hij drie jaar lang (1941-1944) havenschepen. Begin 1944 werd zijn grootste ambitie waarheid: in opvolging van burgemeester Delwaide werd hij eerst waarnemend en vanaf 20 juli officieel burgemeester van de metropool. Timmermans was door en door een man van de Nieuwe Orde en trouwe VNV-gevolgsman. Hiervoor werd hij na de oorlog in september 1945 tot de doodstraf veroordeeld, ook in beroep en in cassatie. In 1951 werd hij omwille van zijn slechte gezondheidstoestand vrijgelaten.

Jan Timmermans was een gecultiveerd man. Frans van der Elst noemde hem in zijn in memoriam een "intellectueel van hoog gehalte, een waarachtig humanist, verstandelijk zeer begaafd" (Wij, 14 april 1962). Tijdens Timmermans' verblijf in de gevangenis vertaalde hij het belangrijkste boek van de 17de eeuwse Spaanse jezuïetenpater Balthasar Gracian, Handorakel en kunst der behoedzaamheid uit het Spaans. Het boek verscheen in 1950 bij de uitgeverij Die Poorte. Onder de naam van zijn echtgenote Lena Delen voorzag hij het boek van een accurate inleiding. Handorakel is een bijwijlen amoreel, machiavellistisch en cynisch geschrift. Het werd bijzonder gewaardeerd door onder meer Nietzsche en Voltaire. Schopenhauer vertaalde het boek in het Duits.

Daarna publiceerde Timmermans in 1961 in de reeks Vlaamse Pockets het boekje Van criminele saken ende quaede feyten. Ernst en zotternij in het oud recht. Het boekje kreeg als motto: "Een advocaat laat zich door beide partijen betalen". Zowel Elias als Van der Elst kregen een gesigneerd presentexemplaar aangeboden. In het eerste schreef de auteur als opdracht: "Voor Rik, dit lichte opusje" (datum 27 september 1961) en in het exemplaar bestemd voor Van der Elst: "Aan mr. Fr. van der Elst, in dankbare herinnering aan vele door hem bewezen diensten!" (datum 28 september 1961). Merkwaardig is tevens dat beide werken vermeld staan in de Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (auteur Frans van der Elst) maar niet meer in de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (auteur Bruno de Wever).

Met dank aan wijlen Wim van der Elst.

zaterdag 24 juni 2023

Oekraïense vlag voor paus

Tijdens een audiëntie op 6 april ll. in Vaticaanstad kreeg paus Franciscus een oude Oekraïense vlag als geschenk overhandigd. Deze bijzondere vlag kreeg hij aangeboden
door overlevenden uit de Oekraïense stad Boetsja. Naar aanleiding van deze gebeurtenis brachten de Vaticaanse posterijen een speciale postzegel in omloop, zie afbeelding. De postzegel is mee een initiatief van de postdienstvereniging PostEurop, waar 55 nationale postdiensten zijn bij aangesloten. Hun slogan voor dit jaar luidt: "Vrede, de grootste waarde van de mensheid".

zaterdag 27 mei 2023

De Russische genocide van de Circassiërs

Op 29 mei 1864 verklaarde de Russische tsaar Alexander II dat de decennialange oorlog tussen de Circassiërs en Russen tot het verleden behoorde. De Circassiërs waren een bergvolk in het noorden van de Kaukasus, maar Rusland beschouwde hen als rebellen omdat ze zich niet vrijwillig lieten inlijven in het Russische rijk. De tsaar wilde het gebied innemen en weigerde Circassië of Tsjerkessië als onafhankelijke regio te erkennen.

Tijdens de slag bij Qbaada op 27 mei 1864 moesten de resterende Circassiërs het opnemen tegen een veel groter Russisch leger. De Circassiërs verloren deze veldslag, waarna de Russische troepen dorpen plunderden, alle vrouwen en meisjes tussen tien en tachtig jaar die ze in handen kregen, verkrachtten en/of vermoordden, landbouwgrond platbrandden, vee doodden en tienduizenden burgers deporteerden. Een deel van de Circassiërs werd
naar het Ottomaanse rijk verdreven. Een aantal krijgsgevangen genomen Circassiërs werd bij de kozakken ingelijfd. Een Russische volkstelling van 1897 telde nog 150.000 oorspronkelijke inwoners in het woongebied van de Circassiërs in Krasnador en de aangrenzende berggebieden van de noordelijke Kaukasus. Een halve eeuw eerden woonden er nog vier miljoen mensen. Deze periode kwam later bekend te staan als de Circassische genocide. Op 21 mei herdenkt de Circassische diaspora deze gebeurtenissen. Het leed hen aangedaan werd nooit erkend.

zaterdag 13 mei 2023

Nieuwsbericht biografie Staf de Clercq

Nadat ik het eerste boekdeel van de tweedelige biografie in wording van Staf de Clercq eerder kon afsluiten, schreef ik in april/mei hoofdstuk XVI. Gisteren, in de late namiddag, kon ik er een punt achter zetten. Het nieuwe hoofdstuk is uitsluitend gewijd aan het ontstaan van het Vlaamsch Nationaal Verbond (VNV). Ondanks het feit dat hierover al een en ander verscheen, kon ik er een aantal onbekende feiten aan toevoegen die voor een deel nieuwe ontdekkingen bevatten. 

De komende vier dagen zal ik ter ontspanning wat lezen. Daarna begin ik met hoofdstuk XVII dat hoofdzakelijk zal handelen over de ideologische spanningen binnen het VNV en de rol van Staf hierin. Met mijn schrijfplan zit ik nog steeds op schema.

zondag 16 april 2023

Musserts uitgeverij

 Onlangs verscheen het boek van Harold Makaske, Zwarte propaganda. Een politieke documentaire over Anton Musserts Nederlandsche Nationaal-Socialistische Uitgeverij (NENASU)). En kanjer van haast 500 bladzijden (eindnoten, bibliografie en register inbegrepen). Deze kroniek is een onthullend boek over Musserts uitgeverij met heel wat onbekende informatie over schrijvers en illustratoren die bij NENASU publiceerden en werkten. Mussert verdiende met Nenasu een fortuin. Auteur Makaske verzamelt al lange jaren drukwerk van de Nederlandse politieke partijen. Met zijn boek Zwarte propaganda maakt hij zijn debuut. Zonder meer zal het mettertijd uitgroeien tot een standaardwerk naast de magistrale NSB-trilogie -deel 3 verschijnt in 2025- van de historici Edwin Klijn en Robin te Slaa.

Er is echter een groot nadeel aan het boek dat schier uitsluitend handelt over de geschiedenis van een uitgeverij met nogal wat uitgaven. Het boek kost 44.50 euro maar bevat geen enkele illustratie. Hoe is dat toch mogelijk? We leven thans in 2023 en de auteur verwijst de lezer naar een webstek, waar de illustraties staan die in het boek hadden moeten worden opgenomen. Het boek zou te duur geworden zijn, beweert schrijver. Te duur? Ja, het boek had wellicht tien euro meer gekost. Echt geïnteresseerde papieren boekenlezers hadden deze tien euro extra graag betaald. Thans lijkt het boek onaf. Deze kroniek beschrijft aan een stuk door de uitgaven van NENASU, maar de lezer (hij of zij)  zou dan steeds een pc of laptop bij de hand moeten hebben om naar de cover van een uitgave te kunnen
kijken. Toch wel een gemiste kans. Jammer. Het boek bevat ook geen ISBN-nummer. Bestellen kan dus enkel via internet (www.makaske.nl/nenasu).

maandag 3 april 2023

Sonderkommando Dora

 Met het begin, einde mei 1942, van het nieuwe offensief van het Duitse Afrikakorps of Panzerarmee Afrika onder commando van de latere Generalfeldmarschall Erwin Rommel, werd er ook meer aandacht besteed aan de zuidelijke flank van het As-leger. Zeker toen op 21 juni de Duitse woestijnvossen de strategisch belangrijke havenstad Tobroek innamen, en hun opmars verderzetten richting Alexandria en het Suezkanaal. 

De generale staf van Rommels pantserleger besloot een speciale verkenningseenheid (Sonderkommando) uit te rusten om de zuidelijke flank, diep in de Sahara, te verkennen. Immers de kans bestond dat de geallieerden vanuit Tsjaad, toen nog een Franse kolonie, een aanval zouden lanceren om de aanvoerlijnen van de As-troepen te onderbreken. Ook wilden de Duitsers de drukke west (Golf van Guinea) - oost (Rode Zee) verbinding verkennen om deze op haar beurt te verstoren. 

Eind juni was het dan zover. Vanuit Tripolis vertrok het Sonderkommando Dora onder leiding van Oberstleutnant (luitenant-kolonel) Herbert Haeckel. Het konvooi vertrok in drie kolonnes richting het zuiden. 'Dora' was uitstekend uitgerust met voor de tropen geschikt materiaal. De schorpioen werd als embleem op alle voertuigen aangebracht. De eenheid zou vanuit de lucht bevoorraad worden. Tevens werden er verkenningsvluchten uitgevoerd. Naast een peloton Brandenburger commando's bestond de speciale eenheid ook uit geografen, wiskundigen, een medische ploeg, topografen -doel was ook nieuwe kaarten aan te maken-, geologen en een etnoloog die diverse Arabische dialecten sprak. Contacten leggen met de lokale stammen was van cruciaal belang. 

Begin januari 1943 was het Sonderkommando Dora terug in Tripolis. Men had heel wat wetenschappelijke en topografische vondsten meegebracht. In totaal had de expeditie meer dan 4000 km door de woestijn afgelegd. Conclusie was dat gezien de eerder beperkte mogelijkheden van de Duitsers in Noord-Afrika, het onmogelijk was om de zuidelijke verbindingen van de geallieerden te onderbreken. Intussen was de oorlogssituatie compleet veranderd. Enkele dagen na hun aankomst bezetten de Britten Tripolis. Merkwaardig was dat het Sonderkommando Dora nooit door de vijand ontdekt werd. Ook de lokale moslimstammen hadden de Duitsers niet aan de Fransen verraden.