Eerder deze maand, op 17 mei, overleed op 94-jarige leeftijd, de Amerikaanse historicus Richard Pipes in Cambridge (Massachusetts). In de Vlaamse pers vonden we hierover geen gebenedijd woord.
Hij werd geboren op 11 juli 1923 in het Poolse deel van de Duitse provincie Silezië. Op 16-jarige leeftijd beleefde hij de bezetting van Warschau door Duitse militaire eenheden. Tevens het signaal voor zijn ouders, van joodse komaf, om hun heil elders te gaan zoeken. Via Italië kwam de familie in de Verenigde Staten terecht waar ze in 1943 allen tot Amerikaanse staatsburgers beëdigd werden.
Richard studeerde geschiedenis aan de Harvard universiteit waar hij later, tussen 1958 en 1996, een benoeming als professor kreeg.
Professor Pipes specialiseerde zich in de Russische geschiedenis en het communisme waarover hij zo'n twintigtal gezaghebbende boeken schreef. Hiervan werden er slechts twee in het Nederlands vertaald. Steeds betoogde hij dat het Sovjet-communisme gewoon een voortzetting was van het tsarenregime maar met andere middelen en personen. Met deze stelling kwam hij onder meer in botsing met de schrijver Alexander Solzjenitsyn, die een duidelijke breuk zag tussen beide stelsels. Ook voorspelde Pipes al in de jaren 1950 de ondergang van het Sovjet-systeem. In 1980 werd hij tot speciaal adviseur inzake de USSR van president Ronald Reagan benoemd. Pipes' gloriemoment kwam in 1991 toen de Sovjet-Unie implodeerde.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten