Posts tonen met het label collaboratie. Alle posts tonen
Posts tonen met het label collaboratie. Alle posts tonen

woensdag 13 november 2024

Rex ter zege boven de doopvont

Gisteravond woonde ik in het ADVN in Antwerpen de voorstelling bij van het kersverse boek van de verdienstelijke Bruno Cheyns, Rex ter zege. Léon Degrelle en Rex in Vlaanderen, 1935-1945 (uitgeverij Ertsberg). Tijdens het nogal lang uitgevallen panelgesprek met Chantal Kesteloot, Bruno de Wever, Karl Drabbe (moderator) en de schrijver kwamen er enkele nieuwigheden tot uiting. 

(Foto FDS)
Tot nu toe was de geschiedschrijving over Rex-Vlaanderen een blinde vlek. Binnen Rex-Vlaanderen bestond er een tegenstelling tussen de Vlaamsgezinde rexisten en de franskiljonse aanhang. In steden als Gent, Oostende en Antwerpen bezat Rex meer aanhangers dan bijvoorbeeld het VNV. Historicus De Wever vond het ledenaantal van 33.000 (dixit Cheyns) in Vlaanderen nogal overdreven en nuanceerde. Na de ontbinding van Rex-Vlaanderen op 10 mei 1941, bleven afdelingen als Leuven doodleuk verder werken. Over de rol van rexisten in het verzet. Dat zijn maar een paar elementen uit het interessante boek die gisteren aan bod kwamen.

Binnenkort lees ik het boek. Ik was alvast blij erbij geweest te zijn, samen met een zeventigtal andere personen. Het boek kost 44.95 euro en het is mooi vormgegeven.

woensdag 18 september 2024

Operatie Zwarte Tulp 1946

Na de Tweede Wereldoorlog moesten niet alleen collaborateurs het in Nederland ontgelden. Wraakgevoelens werden er geuit tegenover alle Duitsers, zelfs tegen die mensen die er al decennialang woonden. De Nederlandse regering besloot hen allen het land uit te zetten. Op 11 september 1946 ging hiertoe Operatie Zwarte Tulp (Black Tulip) van start.

Gelukkig kwam er meteen kritiek los. In de eerste plaats van de katholieke kerk, die vond dat het beleid in strijd was met de christelijke naastenliefde. Ook de westerse geallieerden in de westelijke bezettingszones van Duitsland opperden grote bezwaren tegen het Nederlandse voornemen.

In het licht van alle onvrede werd het beleid iets bijgesteld. Duitse vrienden van Nederland en Duitsers die aan het verzet hadden deelgenomen, mochten blijven. Maar de geallieerden bleven weigeren en stelden aan de Nederlandse overheid harde voorwaarden. Een hiervan was dat Duitsers die uitgezet zouden worden een adres in Duitsland moesten hebben waar ze terecht konden.

Uiteindelijk werden 3691 Rijksduitsers uit het land gezet van de oorspronkelijk geplande 17.000. Op 26 juli 1951 werd de staat van oorlog met Duitsland beëindigd en waren Duitsers officieel geen vijanden meer van de Nederlandse staat. In elk geval was Operatie Zwarte Tulp geen daad waar de Nederlandse overheid veel eer voor kreeg.

(Bron: Historisch Nieuwsblad)

zondag 28 juli 2024

Pétain-postzegels in Franse kolonies


Na de Duitse verovering van Frankrijk in mei-juni 1940 werd in het zuiden van het land de zogenaamde Vichy-zone ingericht, waar maarschalk Pétain het staatshoofd van werd. De Fransen hadden het er voor het zeggen tot aan de Duitse inval van november 1942 toen geheel Frankrijk bezet werd. Aanleiding hiervan waren de geallieerde landingen, diezelfde maand, in Frans Noord-Afrika. 

Frankrijk bezat in 1940 nog een groot koloniaal imperium. Slechts enkele van deze kolonies kozen toen de zijde van generaal Charles de Gaulle, die voor de meeste Fransen nog een grote onbekende was. Trouwens een militair gerecht had tegen hem de doodstraf uitgesproken. De meeste van deze Franse kolonies bleven in de periode 1940-1942 trouw aan het Vichy-regime. In deze gebieden werden er ook postzegels met Pétain-motief uitgebracht. Hiervan tonen we u enkele voorbeelden.





woensdag 24 april 2024

Björn Rzoska: voorstelling boek

Gisteravond woonde ik de voorstelling in het ADVN in Antwerpen bij van het boek dat politicus Björn Rzoska, onder de titel Gedeelde grond (uitgeverij Ertsberg), over zijn beide grootvaders schreef. Een goede 85 belangstellenden, vrienden en kennissen woonden de interessante vernissage bij. Het is een boek waarbij Dichtung und Wahrheit beide aan bod komen. 

Schrijver stak zijn verbijstering niet onder stoelen of banken toen hij geconfronteerd werd met de waarheid. De ene grootvader was een Oostfronter en diste bij leven allerlei verhaaltjes op, die achteraf niet bleken te kloppen. Hij was in de eerste plaats een nationaalsocialist zonder enige connectie met de Vlaamse Beweging. Integendeel: voor de oorlog was hij lid van Rex en tijdens de bezetting van de Algemene-SS-Vlaanderen. Zijn andere grootvader was helemaal niet die Poolse vrijheidsstrijder voor wie hij zich uitgaf. Als katholiek en gewezen seminarist wilde hij uit schrik voor het communisme niet meer in Polen blijven wonen. Militair was hij nooit geweest. Uit puur levensbehoud kwam hij in België terecht, waar hij
integreerde en een gezin stichtte.

Het was in ieder geval een leerzame avond. De receptie achteraf moest ik echter voortijdig verlaten, gezien ik de laatste trein naar Kortrijk diende te halen.

donderdag 25 januari 2024

Brinckman-leugens over Staf de Clercq

Bart Brinckman is een van de vele journalisten die werkzaam zijn bij de door de overheid gesubsidieerde krant De Standaard. U weet wel de krant die zichzelf durft een kwaliteitskrant te noemen. In het spoor van zijn leermeester Marc Reynebeau pleegt deze Brinckman zo af en toe een stuk over het Vlaams-nationalisme. Zijn gebrek aan kennis en scholing verstopt hij door het beweren van allerlei valse voorstellingen, fakenieuws en andere verdraaiingen van de geschiedenis.

Afgelopen woensdag, 24 januari was het weer zover. Onder de titel Waarom extreemrechtse flaminganten samenleggen om een praalgraf te kopen publiceerde hij een stuk vol roddels en kwaadsprekerij. Hierin werden de mensen van de Werkgroep Kesterheide in een verdacht daglicht geplaatst. Zelf kregen ze niet de kans om te reageren in het artikel. Hun mening was van geen tel. Neen, journalist Brinckman, u weet wel werkzaam bij een krant die zichzelf een kwaliteitskrant noemt, was voor geen zier geïnteresseerd in hun opinie. 

Brinckman was deze keer vooral gebeten op Staf de Clercq, de leider-stichter van het VNV. In zijn sensatiestuk, want meer is het niet, verkocht DS-journalist de meest grote onzin over deze historische figuur. Zo zou de VNV-leider in zijn partijkrant geschreven hebben dat de "joden geen recht hebben zich onder ons voor te doen als gelijkgerechtigden. Waar zij op straat, in de rijen voor de winkels, in de middelen van vervoer het woord willen nemen, moet hen het zwijgen worden opgelegd, niet alleen omdat zij principieel ongelijk hebben doch omdat zij joden zijn en geen stem in het kapittel hebben". Dit citaat zou dus van de hand van Staf de Clercq zijn, en verschenen zijn op 20 november 1941 in Volk en Staat. Nu dat klopt. Alleen is het citaat niet afkomstig uit de koker van de VNV-leider maar wel van de hand van Joseph Goebbels, Hitlers minister van Propaganda. Eenieder kan dit citaat terugvinden op de gedigitaliseerde versie van de krant op de webstek van de Koninklijke Bibliotheek (KBR-belgicapress) - met dank aan Johan Daelman van de Werkgroep Kesterheide

En dat De Clercq, als gevolg van de weigering van het Brusselse stadsbestuur om de joden een Davidsster te laten dragen zoals de bezetter dat eiste, woedend reageerde en tot een jacht op joden en verklikking bij de SS opriep, is ook een onwaarheid. Niet alleen was de SS de doodsvijand van de VNV-leider tijdens de bezetting maar Lieven Saerens, toch wel de specialist ter zake, maakt er nergens melding van in zijn boeken.

Het is de eerste en tevens laatste keer dat we hier aandacht besteden aan deze Brinckman en zijn leugens. We hebben wel wat beters te doen. Als straf zou Brinckman verplicht moeten worden enkele boeken van Goebbels te lezen. Van deze boer Brinckman lust ik alvast geen eieren meer. 


zondag 14 januari 2024

Ans van Dijk

 Vandaag 76 jaar geleden werd Ans van Dijk op 14 januari 1948 in Fort Bijlmeer (Bijbelmeer) terechtgesteld. De 42-jarige was de enige Nederlandse vrouw die na de oorlog voor het vuurpeloton kwam te staan. 

Ze werd geboren in Amsterdam als dochter van joodse ouders, en verraadde tussen het voorjaar van 1943 en het voorjaar van 1945 vermoedelijk zevenhonderd mensen. Zelf hield ze tijdens de twee rechtszaken in 1947 vol dat het aantal veel lager lag. Zo rond de honderd gaf ze toe. Op Paasdag 1943 deed de Amsterdamse Sicherheitsdienst (SD) een inval bij de woning in de Amsterdamse Marco Polostraat waar Ans van Dijk ondergedoken zat. Om haar eigen veiligheid te beschermen, liet ze zich overhalen om in dienst van de SD te treden, en vormde ze een groep vrouwelijke collaborateurs. De vrouwen deden zich voor als leden van het verzet, en leverden hun slachtoffers uit aan de SD met alle gevolgen van dien.

(Bron: Historisch Nieuwsblad Scheurkalender)

woensdag 27 december 2023

Opnieuw aan de slag met Staf de Clercq en Joanne 'Kathleen' Rowling

Na een veertiendaagse onderbreking ben ik vandaag opnieuw aan de slag gegaan met mijn biografie over Staf de Clercq. Het nieuwe hoofdstuk XXVI zal handelen over de groei, de totstandkoming en de perikelen rond de Eenheidsbeweging VNV in de lente van 1941. Het liep niet bepaald allemaal van een leien dakje maar zover zijn we nog niet.

's Avonds lees ik dan in de nieuwe detective van Robert Galbraith, ps. van de non-conformistische schrijfster en dwarsligger J.K. Rowling. Auteur van onder meer de Harry Potter-reeks. Haar Cormoran Strike-detectives vind ik van de bovenste plank. Het zijn allen heerlijke dikkerds en vergen wel enig doorzettingsvermogen van de lezer. Ze zijn allen vlot geschreven en heerlijk spannend om lezen. Het zevende deel Stromend graf is met zijn 1120 pagina's haar dikste tot nu toe. Iedere avond -het zijn tegenwoordig ook lange avonden- lees ik honderd pagina's. Wat een genot!

zaterdag 28 oktober 2023

Repressie in de Oostkantons

Kort na de Belgische capitulatie van 28 mei 1940 werden de Oostkantons (sinds 1919 Belgisch) terug bij Duitsland gevoegd. Het betrof de kantons Eupen, Malmedy en Sankt-Vith. De inwoners werden Duitse burgers met als gevolg dat enkele duizenden jonge mannen dienst deden bij de Wehrmacht. In totaal vochten 8700 Oostkantonnezen in de rangen van de Wehrmacht (inclusief Waffen-SS). Na de bevrijding van het Belgische grondgebied werden deze onvrijwillige soldaten door de Belgische repressiewetten als militaire collaborateurs vervolgd. Tegen bijna een vierde van de bevolking van de terug bij België ingelijfde Oostkantons opende het militaire gerecht een onderzoek naar collaboratie.

Van de 15.623 verdachten kwamen er 3201 voor de rechter. Het militaire gerecht maakte duidelijk onderscheid tussen de gedwongen inlijvingen van de Duitstalige Belgen en de vrijwillige dienstnemingen van Vlamingen en Walen. Ongeveer de helft (1503) werd gestraft, de rest ging vrijuit. In totaal werd 2,4 % van de bevolking van de Oostkantons veroordeeld wegens collaboratie met de vijand (die eigenlijk geen vijand was), of vier keer meer dan het Belgisch gemiddelde van 0,6 %. In 90,8 % van deze strafdossiers kregen de veroordeelden een gevangenisstraf van minder dan vijf jaar, maar tegen minstens tien bewoners werd de doodstraf uitgesproken. Deze doodvonnissen werden echter allen omgezet in levenslange dwangarbeid of hechtenis. 

Onder de begenadigden bevonden zich lokale mandatarissen van de NSDAP, een spion van de Geheime Feldpolizei en enkele medewerkers van de Sicherheitsdienst. Allen dankten ze hun leven aan het eerder late tijdstip waarop



hun zaak behandeld werd, en niet aan de specifieke context van de Oostkantons. In acht op de tien dossiers dateert het genadebesluit namelijk uit de jaren 1948-1951. Indien hun zaak vroeger behandeld was geworden, dan waren enkelen onder hen ongetwijfeld aan de executiepaal gestorven. 

Bron: De laatste 242. De terechtstelling van collaborateurs na de Tweede Wereldoorlog. Tielt, Lannoo, 2023, p. 34-35.

donderdag 28 september 2023

Zwart toerisme: de Muur van Mussert

 Afgelopen week bevonden we ons in Lunteren aan de rand van het natuurdomein en wandelgebied de Veluwe. Neen, wolven kregen we niet te zien of te horen. Wel brachten we onder meer een bezoek aan de Muur van Mussert die zich in het bosrijke Lunteren bevindt. Op lokale wegenkaarten staat het gewoon aangegeven. Maar het is wel even zoeken geblazen eer je de ruïne vindt. Hij staat te midden van een bungalowpark uit de jaren 1950. Zoals op de foto te zien is, bevindt dit stuk zwart erfgoed zich in nogal verregaande staat van verbrokkeling. Geld wil de overheid er niet aan besteden, en een privé-initiatief om geld in te zamelen voor de restauratie ervan, zie ik ook nog niet onmiddellijk gebeuren. 

Als men dit symbool van de Nederlandse collaboratie verder zal laten verkommeren, zal het beslist geen "monument voor de eeuwigheid" worden, zoals NSB-leider Anton Mussert het ooit zag. Na juni 1940 vonden er overigens geen manifestaties meer plaats. Vroeger gingen er stemmen op om er een monument van te maken als symbool van de Nederlandse collaboratie. Maar thans is het muisstil rond de Muur. Overigens werd de Muur van Mussert in de omgeving van Lunteren gebouwd omdat zich daar het geologisch middelpunt van Nederland bevindt. 

dinsdag 11 juli 2023

Laatste Nederlandse oud-NSB'er Jacob Luitjens overleden.

Op 103-jarige leeftijd overleed op 14 december vorig jaar Jacob Luitjens. Oom Jaap, zoals hij bekend stond, was het enige lid van de Nationaal Socialistische Beweging van Anton Mussert die nog in leven was. Thans zijn er geen ooggetuigen van deze beweging meer in leven. Het levenspad van Jacob Luitjens was tumultueus te noemen.

Hij was een overtuigd NSB-man en nationaalsocialist. Tijdens de Duitse bezetting meldde hij zich als Oostfrontvrijwilliger bij de Waffen-SS. Hij werd afgekeurd omwille van een onvolgroeide arm. Jaap, Jacob sloot zich dan aan bij de Landwacht, de gewapende tak van de NSB. Deze Landwachters waren nu niet bepaald brave koorknapen, die oude vrouwtjes de straat hielpen oversteken. Het waren doorgaans ruwe kerels met jachtgeweren die voornamelijk ingezet werden bij de bewaking van gebouwen, het controleren van tassen -steeds tuk op het in beslag nemen van goederen-, het nagaan van persoonsbewijzen en het uitvoeren van arrestaties, huiszoekingen en lijfonderzoeken. In het noorden van Nederland kwam Luitjens bekend te staan als een wrede Landwachter. Hij spoorde nogal wat onderduikers, deserteurs en verzetslui op, en stuurde mensen naar een villa in Drenthe, waar ze ondervraagd en gefolterd werden indien ze "niet wilden meewerken". Ook was Oom Jaap betrokken bij twee moorden, wat achteraf niet waar bleek te zijn.

Na de oorlog gaf hij zichzelf aan en werd opgesloten in het kamp van Westerbork, waar tijdens de bezetting joden werden ondergebracht. In 1946 ontsnapte Luitjens samen met zijn zwager naar Duitsland. Onder valse Duitse namen verdwenen ze naar Paraguay dat toen als zeer Duitsvriendelijk (lees nazivriendelijk) bekend stond. Daar sloot Ome Jaap zich aan bij een Duitse mennonietenkolonie: gesloten, Duitstalige gemeenschappen van doopsgezinden, die meestal gevlucht waren uit de Sovjet-Unie. Hij leerde er een jonge Duitse vrouw, Olga kennen en huwde met haar.

In 1961 emigreerde Jacob Luitjens met zijn gezin naar Canada, waar hij plantkunde doceerde aan de Universiteit van Brits-Columbia. Begin jaren 1980 werd hij door de Friese journalist, Jack Kooistra of de Friese Simon Wiesenthal opgespoord. Na de oorlog was Luitjens in Nederland tot levenslang veroordeeld. Vooralsnog weigerde Canada hem uit te leveren. Pas in 1991 verloor hij zijn Canadese nationaliteit toen bleek dat hij gelogen had bij het verwerven ervan. Hij had namelijk leugens verteld over zijn verleden. Eind 1992 werd hij naar Nederland uitgewezen, waar de media in rep en roer stonden. Zijn familie had tot dan als een graf over hem gezwegen. De hele familie was namelijk tijdens de bezetting NSB-gezind geweest, en dat wilde ze maar al te graag doen vergeten. De teruggekeerde Ome Jaap was een diepgelovig man met een zwaar Duits accent en ouderwetse dictie, die wilde praten over Hannah Arendt, en beweerde nooit iemand gedood te hebben.

Jacob Luitjens bracht uiteindelijk twee jaar en vier maanden door in de gevangenis van Groningen. In 1995 kwam hij op 75-jarige leeftijd vrij. Olga -zij overleed in november 2022- woonde toen ook een tijdlang in Nederland en zijn kinderen kwamen regelmatig op bezoek. Als statenloos man -Nederland weigerde hem een uitreisvisum te bezorgen- woonde hij in het Friese Lemmer waar zijn familie voor hem zorgde. 

Historicus David Barnouw van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie noemde Jacob Luitjens een symbool waarop het Nederlandse oorlogsverleden werd geprojecteerd. Daarmee werd Oom Jaap niet alleen verantwoordelijk gehouden voor zaken die hij niet gedaan heeft, maar in zekere zin ook voor al het slechts uit de oorlog. Zo werden de misdrijven van de "beruchte oorlogsmisdadiger Jacob Luitjens", naarmate de tijd vorderde, alsmaar groter. Zijn bijnaam als de "Schrik van Roden" ontstond pas decennia na het einde van de oorlog.

Met dank aan P.W.; De Groene Amsterdammer, 1 juni 2023.

maandag 26 juni 2023

De "Criminele saken" van Jan Timmermans


Jan Timmermans (1901-1962) studeerde een tijdlang aan de Sorbonne in Parijs en in Berlijn. Als vrijzinnige behaalde hij zijn doctoraat in de rechten aan de Vrije Universiteit van Brussel. In 1926 vestigde hij zich als advocaat in zijn geboortestad Antwerpen. Hij werd gemeenteraads- en provincieraadslid voor Het Vlaamsche Front en was vanaf 1934 actief binnen het VNV, waarvoor hij als arrondissementsleider en gouwleider optrad. Bij de verkiezingen van april 1939 werd Timmermans tot volksvertegenwoordiger gekozen. Tijdens de bezetting was hij drie jaar lang (1941-1944) havenschepen. Begin 1944 werd zijn grootste ambitie waarheid: in opvolging van burgemeester Delwaide werd hij eerst waarnemend en vanaf 20 juli officieel burgemeester van de metropool. Timmermans was door en door een man van de Nieuwe Orde en trouwe VNV-gevolgsman. Hiervoor werd hij na de oorlog in september 1945 tot de doodstraf veroordeeld, ook in beroep en in cassatie. In 1951 werd hij omwille van zijn slechte gezondheidstoestand vrijgelaten.

Jan Timmermans was een gecultiveerd man. Frans van der Elst noemde hem in zijn in memoriam een "intellectueel van hoog gehalte, een waarachtig humanist, verstandelijk zeer begaafd" (Wij, 14 april 1962). Tijdens Timmermans' verblijf in de gevangenis vertaalde hij het belangrijkste boek van de 17de eeuwse Spaanse jezuïetenpater Balthasar Gracian, Handorakel en kunst der behoedzaamheid uit het Spaans. Het boek verscheen in 1950 bij de uitgeverij Die Poorte. Onder de naam van zijn echtgenote Lena Delen voorzag hij het boek van een accurate inleiding. Handorakel is een bijwijlen amoreel, machiavellistisch en cynisch geschrift. Het werd bijzonder gewaardeerd door onder meer Nietzsche en Voltaire. Schopenhauer vertaalde het boek in het Duits.

Daarna publiceerde Timmermans in 1961 in de reeks Vlaamse Pockets het boekje Van criminele saken ende quaede feyten. Ernst en zotternij in het oud recht. Het boekje kreeg als motto: "Een advocaat laat zich door beide partijen betalen". Zowel Elias als Van der Elst kregen een gesigneerd presentexemplaar aangeboden. In het eerste schreef de auteur als opdracht: "Voor Rik, dit lichte opusje" (datum 27 september 1961) en in het exemplaar bestemd voor Van der Elst: "Aan mr. Fr. van der Elst, in dankbare herinnering aan vele door hem bewezen diensten!" (datum 28 september 1961). Merkwaardig is tevens dat beide werken vermeld staan in de Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (auteur Frans van der Elst) maar niet meer in de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (auteur Bruno de Wever).

Met dank aan wijlen Wim van der Elst.

zondag 16 april 2023

Musserts uitgeverij

 Onlangs verscheen het boek van Harold Makaske, Zwarte propaganda. Een politieke documentaire over Anton Musserts Nederlandsche Nationaal-Socialistische Uitgeverij (NENASU)). En kanjer van haast 500 bladzijden (eindnoten, bibliografie en register inbegrepen). Deze kroniek is een onthullend boek over Musserts uitgeverij met heel wat onbekende informatie over schrijvers en illustratoren die bij NENASU publiceerden en werkten. Mussert verdiende met Nenasu een fortuin. Auteur Makaske verzamelt al lange jaren drukwerk van de Nederlandse politieke partijen. Met zijn boek Zwarte propaganda maakt hij zijn debuut. Zonder meer zal het mettertijd uitgroeien tot een standaardwerk naast de magistrale NSB-trilogie -deel 3 verschijnt in 2025- van de historici Edwin Klijn en Robin te Slaa.

Er is echter een groot nadeel aan het boek dat schier uitsluitend handelt over de geschiedenis van een uitgeverij met nogal wat uitgaven. Het boek kost 44.50 euro maar bevat geen enkele illustratie. Hoe is dat toch mogelijk? We leven thans in 2023 en de auteur verwijst de lezer naar een webstek, waar de illustraties staan die in het boek hadden moeten worden opgenomen. Het boek zou te duur geworden zijn, beweert schrijver. Te duur? Ja, het boek had wellicht tien euro meer gekost. Echt geïnteresseerde papieren boekenlezers hadden deze tien euro extra graag betaald. Thans lijkt het boek onaf. Deze kroniek beschrijft aan een stuk door de uitgaven van NENASU, maar de lezer (hij of zij)  zou dan steeds een pc of laptop bij de hand moeten hebben om naar de cover van een uitgave te kunnen
kijken. Toch wel een gemiste kans. Jammer. Het boek bevat ook geen ISBN-nummer. Bestellen kan dus enkel via internet (www.makaske.nl/nenasu).

dinsdag 21 februari 2023

Nederlandse historicus Paul van de Water overleden

 Zopas verscheen bij uitgeverij Omniboek het nieuwe boek van historicus dr. Paul van de Water, De Landwacht. Paramilitaire terreur in bezet Nederland. Het was zijn vijfde boek over de Nederlandse collaboratie. Binnen in het boek las ik tot mijn niet geringe verbazing dat het zijn laatste zou zijn. Immers op 8 december 2022 was de schrijver in zijn woonplaats in Almere na een langdurige ziekte overleden. Hij was amper 69 jaar geworden. Tot op het laatste ogenblik heeft hij aan het voorliggende boek gewerkt. Het verschijnen ervan heeft hij echter niet meer mogen beleven.

Enkele maanden tevoren, in september 2022, was Paul nog aan de universiteit van Amsterdam gepromoveerd op zijn doctorale dissertatie over extremistische collaboratie tijdens de bezetting. Het lijvige proefschrift verscheen nadien in boekvorm onder de titel Collaboratie en geweld. Eerder dat jaar publiceerde hij zijn boek Foute vrouwen waarin ook Vlaamse vrouwen aan bod kwamen; dat was ook zo in zijn bundel Langs de lijn (2021), waarin hij het 'zwarte' verleden van een aantal sportbeoefenaars tijdens de Duitse bezetting onder de loep nam.

Met zijn overlijden hebben de Lage Landen een verdienstelijke, enthousiaste en getalenteerde historicus en publicist verloren. Al zijn boeken verschenen bij uitgeverij Omniboek. 

vrijdag 21 oktober 2022

In memoriam Staf de Clercq, 1942-2022


Morgen zal het tachtig jaar geleden zijn dat de taalgrensactivist, vakbondsman, Fronter en de stichter-leider van het Vlaamsch Nationaal Verbond Staf de Clercq op donderdag, 22 oktober 1942 in Gent overleed. Hij stierf aan de gevolgen van een al lang aanslepende hartkwaal. Thans kunnen we daar ook aan toevoegen dat de stress hem teveel werd. De gevolgen van zijn vergaande collaboratie en de blijvende tegenwerking van de bezettingsautoriteiten groeiden hem boven het hoofd. Daarbij kwam ook nog het toenemende besef dat het "tweede activisme" tot mislukken gedoemd was. De verdeeldheid binnen de Raad van Leiding van het VNV sprak hieromtrent boekdelen. Met het overlijden van de VNV-leider ging een van de meest prominente Vlaams-nationalisten uit de eerste helft van de 20ste eeuw heen.

zondag 2 oktober 2022

Biografie Staf de Clercq (3)

Momenteel ben ik met Staf de Clercq te midden van de Eerste Wereldoorlog verzeild geraakt. Hoewel het bronnenmateriaal hierover eerder schaars te noemen is, zullen de oorlogsbelevenissen van sergeant-majoor De Clercq toch een cyclus van drie hoofdstukken beslaan. Intussen ben ik nog steeds op zoek naar een foto van hem zonder baard. Het ligt immers in mijn bedoeling om de cover van boekdeel een te voorzien van een baardloze Staf; dit om de nadruk te leggen op het belang van zijn biografie vóór de Eerste Wereldoorlog. Dergelijke foto's zijn eerder zeldzaam te noemen. Vanaf de Grote Wereldbrand liet hij zijn baard groeien. Tegenwoordig denk ik ook al aan de periode na het verschijnen van de Staf de Clercq-biografie. Zo ben ik me aan het inkopen over Ante Pavelic. Het ligt in mijn bedoeling om een korte biografie te wijden aan de meest beruchte Europese collaborateur. Pavelic was de leider van Kroatië tijdens de jaren, 1941-1945 en geldt als de meest zwarte van alle collaborateurs. Boek dat mettertijd zal verschijnen bij uitgeverij Aspekt.

donderdag 26 mei 2022

Zeldzame dichtbundel van Steven Barends gekocht

 Groot was mijn vreugde toen ik onlangs antiquarisch de hand kon leggen op een quasi onvindbare dichtbundel van de 'foute' Steven Barends, die in Nederland een eminent collaborateur, journalist, auteur en vertaler (onder meer van Mein Kampf in het Nederlands) was. Immers van Hart, mijn hart uit 1944 zijn er maar enkele exemplaren overgebleven. In het najaar van 1944 werd het grootste deel van de oplage naar Duitsland gebracht waar de voorraad verloren ging. Ik zocht al jaren naar een exemplaar van de bundel die bij De Amsterdamsche Keurkamer verscheen
.

Thans zoek ik nog naar zijn tweede dichtbundel Bitter brood die in de reeks Voorteekens verscheen. Ik liet me zeggen dat deze bundel nog moeilijker om vinden is. Een biografisch opstel van Steven Barends werd opgenomen in mijn nieuwste boek Dwarsliggers

zaterdag 2 april 2022

Hamme

 Gisteravond mocht ik in Hamme in een taverne, onder meer de geboorteplaats van Renaat Waterschoot, mijn twee nieuwe boeken komen voorstellen. In mijn uiteenzetting had ik het ook over een non-conformistische geschiedschrijving en de terreur van de zogenaamde woke-historici, die ook bij ons meer en meer hun opwachting maken.

Er was een heel geïnteresseerd publiek komen opdagen dat achteraf menig boek, vooral dan de Dwarsliggers en Renaat Waterschoot, kocht en liet signeren. Tevreden en uitverkocht kon ik in de late avond huiswaarts keren. Met dank aan J.d.B. en R.P. Foto's FDK.


vrijdag 11 februari 2022

Album Jam/Paul Jamin gevonden

Vorige week kon ik op een veiling een van de eerste albums van Jam, pseudoniem van Paul Jamin die na de oorlog als Alidor onder meer als cartoonist meewerkte aan de krant De Standaard, aankopen.

Het verworven album draagt als titel Beaux jours de l'Oasis en werd in 1937 uitgegeven door de Editions Rex, waarvan Léon Degrelle directeur was. Jamin zelf was een overtuigd rexist. Het boek, 115 blz. rijk,  bevat voornamelijk politieke karikaturen die nauw op de toenmalige actualiteit spelen. 

Over Paul Jamin schreef en publiceerde ik in 2015 onder de titel Jam-Alidor, alias Paul Jamin (5€) een brochure in de Altringerreeks. Enkele exemplaren zijn nog verkrijgbaar.

Zie: https://pieterjanverstraete.be  

 

zondag 19 september 2021

Nietzsche Archiv

 De afgelopen week maakte ik een korte reis naar Weimar-Naumburg-Leipzig in de sporen van Goethe, Schiller en Nietzsche. Het deed deugd om nog eens in Duitsland te vertoeven ondanks de strenge coronamaatregelen. "Maske aufsetzen bitte!" Het hoogtepunt van deze reis was voor me mijn bezoek aan het Nietzsche Archiv. De rest van het gezelschap toog naar het KZ van Buchenwald waar ik vroeger al eens was. Op die hete nazomerse middag was ik de enige bezoeker van het Archiv dat voor mij een openbaring was. Ik kon er rondlopen zonder mondmasker op en de museumbewaakster vertelde honderduit. Ik verliet het pand rijkelijk beladen met ansichtkaarten, bladwijzers, boeken en een redelijk grote buste van Nietzsche. Een afgietsel van de buste die door Max Klinger gemaakt werd. Alom tevredenheid.

Voor de komende weken plan ik artikels voor Bulletin Tweede Wereldoorlog en voor Bühne (een kort opstel over Gretha, de eerste vrouw van Ernst Jünger). Beide uitgegeven door Aspekt. Met de uitgeverij sloot ik tevens een overeenkomst om korte biografieën in boekvorm te schrijven over Pierre Laval en Jacques Doriot. Immers aan de Franse collaboratie wordt hier te lande m.i. te weinig aandacht besteed.



zondag 15 augustus 2021

Louis-Ferdinand Céline: weergevonden schatten

Het voor mij ongetwijfeld belangrijkste nieuws deze zomer zijn de weergevonden archieven van de Franse schrijver Louis-Ferdinand Céline, en dat zestig jaar na zijn dood. Iedereen achtte ze verloren, vernietigd. Immers in augustus 1944 vluchtte het echtpaar Destouches en hun kat Bébert halsoverkop naar Duitsland en vervolgens Denemarken. Hun appartement in het Parijse Montmartre lieten ze onbeheerd achter. In een mum van tijd werd het leeggeplunderd. Ook Célines papieren en manuscripten verdwenen. Decennialang werd er niets meer over vernomen.

Tot nu. Op 6 augustus verscheen in Le Monde een ophefmakend stuk van drie bladzijden dat de verdwenen gewaande archieven van Céline weer opgedoken waren. Een verwant van een van de plunderaars heeft ze via een tussenpersoon (een journalist) aan het Franse gerecht bezorgd. Deze overhandigde het uiterst belangrijke materiaal aan de wetmatige erfgenamen.

Het archief telt meer dan een kubieke meter en bevat manuscripten van ook onuitgegeven boeken en essays, briefwisseling, tekeningen, foto's... Ook het verloren gewaande volledige manuscript van Casse-pipe, waarvan slechts een fragment bekend was, dook op. Uitgeverij Gallimard, Célines oude uitgever, zal mettertijd alles publiceren. Mij interesseert vooral Célines onuitgegeven briefwisseling met Robert Brasillach, die toen hoofdredacteur van Je suis partout was. Het beloven nog boeiende tijden te zullen worden op het Céline-front. Ook zullen alle bestaande biografieën over hem drastisch herzien moeten worden. Zo wordt nogmaals aangetoond dat geen enkele biografie ooit als de ultieme of de definitieve biografie aanschouwd mag worden. Dat is gewoon prietpraat van uitgevers en hun reclamebureau's.