De Nederlandse koningin Wilhelmina beweerde dat ze van niets wist, toen de Duitse keizer Wilhelm II in november 1918 in haar land asiel vroeg. Ook later ontkende ze iedere betrokkenheid. Nu blijkt uit nieuw archiefonderzoek van de verdienstelijke historica en hoogleraar geschiedenis van internationale betrekkingen, Beatrice de Graaf dat dit een bewuste leugen was. Wilhelmina was wel degelijk en van nabij actief betrokken met de komst van de Duitse keizer naar haar land. Zij zorgde ervoor dat haar kabinet alles regelde en hem een waardig onderdak verleende.
Ook al tijdens de oorlog probeerde Wilhelmina met de Duitsers in Den Haag vredesbesprekingen te organiseren. Zo zorgde zij na de wapenstilstand van 11 november 1918 ervoor dat de Kaiserin naar Nederland kon komen om haar echtgenoot te vervoegen. Wilhelmina, aldus professor De Graaf, wist wel degelijk op voorhand dat de Kaiser naar Nederland zou komen.
Haar omvangrijke biografie van de hand van Cees Fasseur is alvast op dat vlak achterhaald. Fasseur steunde zich te veel op haar herinneringen die uit 1959 dateren. Daarin ontkende Wilhelmina iedere betrokkenheid bij de komst van de Duitse keizer. Ze wist helemaal van niets, liet ze toen weten. De Tweede Wereldoorlog zorgde ervoor dat haar memoires flink gekleurd waren. Fasseur nam Wilhelmina's stelling te vlug voor waarheid aan. Nu weten we, dankzij het kritische werk van professor De Graaf, dat de rol van Wilhelmina ondergewaardeerd werd.