maandag 30 september 2024

Jef François op de bus

Vanmorgen bracht ik al de folders van Jef François naar de Masspost. Vandaar uit vertrekken ze naar hun bestemming, waar ze normaal op woensdag of donderdag zullen aankomen. En dan is het wachten op intekenaars. Hopelijk wordt het een succes, en kan ik aantonen dat de Vlamingen nog in boeken geïnteresseerd zijn.

Intussen werk ik verder aan mijn Staf de Clercq. Thans ben ik bezig met het verzorgen van het illustratiemateriaal en het schrijven van de onderschriften. De twee boekdelen samen zullen meer dan honderd bladzijden illustraties bevatten. Daarna volgt het register. Eenmaal dat dit achter de rug is, komen de drukproeven eraan. Ann en ik weten onze dagen te vullen.

woensdag 18 september 2024

Operatie Zwarte Tulp 1946

Na de Tweede Wereldoorlog moesten niet alleen collaborateurs het in Nederland ontgelden. Wraakgevoelens werden er geuit tegenover alle Duitsers, zelfs tegen die mensen die er al decennialang woonden. De Nederlandse regering besloot hen allen het land uit te zetten. Op 11 september 1946 ging hiertoe Operatie Zwarte Tulp (Black Tulip) van start.

Gelukkig kwam er meteen kritiek los. In de eerste plaats van de katholieke kerk, die vond dat het beleid in strijd was met de christelijke naastenliefde. Ook de westerse geallieerden in de westelijke bezettingszones van Duitsland opperden grote bezwaren tegen het Nederlandse voornemen.

In het licht van alle onvrede werd het beleid iets bijgesteld. Duitse vrienden van Nederland en Duitsers die aan het verzet hadden deelgenomen, mochten blijven. Maar de geallieerden bleven weigeren en stelden aan de Nederlandse overheid harde voorwaarden. Een hiervan was dat Duitsers die uitgezet zouden worden een adres in Duitsland moesten hebben waar ze terecht konden.

Uiteindelijk werden 3691 Rijksduitsers uit het land gezet van de oorspronkelijk geplande 17.000. Op 26 juli 1951 werd de staat van oorlog met Duitsland beëindigd en waren Duitsers officieel geen vijanden meer van de Nederlandse staat. In elk geval was Operatie Zwarte Tulp geen daad waar de Nederlandse overheid veel eer voor kreeg.

(Bron: Historisch Nieuwsblad)

maandag 19 augustus 2024

Een onbekende 'Afrikaner' republiek of de kortstondige Republiek van Klipdrift

Na de vondst in de jaren 1860 van diamant in de Zuid-Afrikaanse regio West-Griekwaland, kwam er hoofdzakelijk vanuit Natal en de Kaap, een ware diamond rush op gang. Britse mijnwerkers spoedden zich naar de stad Kimberley, en claimden de mineraalrechten door op 30 juli 1870 de onafhankelijke Diamond Diggers Republic uit te roepen. Beter bekend onder de naam Klipdrift Republic. 

Aan het hoofd stond de kleurrijke president Stafford Parker. Hij was een tijdlang schilder een een groot paardenliefhebber. Daarom werd ook een paard als embleem in de vlag van de nieuwe republiek opgenomen. De enige bekende afbeelding van deze vlag is nog steeds te zien in het Africana Museum van Johannesburg.

President Parker was beslist een vreemde kerel. Een Brits journalist noemde hem een "swagger citizin" of een zwierige burger. Hij ging zeer ostentatief gekleed en was te herkennen aan zijn hoge witte hoed, die hij steeds droeg. Hij inde belastingen met getrokken pistool en handhaafde de wet op nogal ruwe wijze over zijn tienduizend onderdanen. Wel stond hij bekend als meesterverteller.

Een lang leven was de Klipdrift Republiek evenwel niet beschoren. Al in februari 1871, na een kleine zeven maanden dus, hielden Parker en de zijnen het voor bekeken. Zij deden dat niet vrijwillig. Het Verenigd Koninkrijk, sterk geïnteresseerd in de diamantvondsten, nam de autoriteit over het gebied in handen. Parker zelf verhuisde naar Transvaal en werd er als lid van de Volksraad (parlement) verkozen.

zondag 28 juli 2024

Pétain-postzegels in Franse kolonies


Na de Duitse verovering van Frankrijk in mei-juni 1940 werd in het zuiden van het land de zogenaamde Vichy-zone ingericht, waar maarschalk Pétain het staatshoofd van werd. De Fransen hadden het er voor het zeggen tot aan de Duitse inval van november 1942 toen geheel Frankrijk bezet werd. Aanleiding hiervan waren de geallieerde landingen, diezelfde maand, in Frans Noord-Afrika. 

Frankrijk bezat in 1940 nog een groot koloniaal imperium. Slechts enkele van deze kolonies kozen toen de zijde van generaal Charles de Gaulle, die voor de meeste Fransen nog een grote onbekende was. Trouwens een militair gerecht had tegen hem de doodstraf uitgesproken. De meeste van deze Franse kolonies bleven in de periode 1940-1942 trouw aan het Vichy-regime. In deze gebieden werden er ook postzegels met Pétain-motief uitgebracht. Hiervan tonen we u enkele voorbeelden.





donderdag 25 juli 2024

Trump, een iconische foto?

Zal deze foto van presidentskandidaat Donald Trump, onmiddellijk na de aanslag van 13 juli in het Amerikaanse Butler, ooit een iconografische betekenis krijgen?



zondag 7 juli 2024

Vakantie!

Thans neem ik veertien dagen vakantie. Neen, een reis zit er dit jaar niet in. Wel samen met Ann een paar daguitstappen ondernemen. De veertien dagen zal ik in hoofdzaak gebruiken om bij te lezen. Zo dringen boeken als een geschiedenis van de Friese uitgeverijen, een nieuw Helgolandboek en het boek over de geschiedenis van Ostpreussen unter der Zarenherrschaft, 1757-1762 (door Jörg Ulrich Stange) zich op. Daarnaast ook nog ontspanningsboeken (detectives) van Hjorth Rosenfeldt (De schuld) en Liz Nugent (De donkere kant van Sally Diamond). 

Uiteraard zal ik ook de politieke actualiteit niet uit het oog verliezen. Immers de actualiteit vult nu eenmaal onze geschiedenis voor de toekomst.

Daarna zet ik mijn verhaal over Staf de Clercq verder.

zaterdag 29 juni 2024

Theo van Gogh, een oerhollandse vrijdenker

Dezer dagen las ik de ambachtelijke biografie van Jaap Cohen over Theo van Gogh (De bolle Gogh. Querido, 686 blz.). Een monumentale en schitterende biografie. Een danig leven van een dwarsligger van het gehalte van Theo van Gogh, achterneef van de beroemde schilder, las ik nog niet. Hij nam de vrijheid van woord en geschrift tot in het extreme, ja, zelfs tot op het onbeschofte, recalcitrante en persoonlijke waar. En dat wilde wat zeggen in het Amsterdam  van de jaren tachtig en negentig van vorige eeuw. Deze outsider en relschopper kende geen heilige huisjes. Alles en iedereen moest eraan geloven. Ook de vader van de biograaf die een tijdlang burgemeester van Amsterdam was. De steeds tegendraadse Theo van Gogh schrok er niet voor terug om vertrouwelijke informatie openbaar te maken. En toch had deze treiteraar van Amsterdam ook een zachte kant. Tegenover sociaal behoeftigen stond hij, de extreme non-conformist, dag en nacht klaar, vriendschappen koesterde hij.

"De bolle Van Gogh" -op een bepaald moment woog hij 130 kg; alcohol, drugs en ongezond eten waren hiervoor verantwoordelijk- was een gevreesd columnist, een daadkrachtige cineast maar ook een geliefd interviewer. Hij bezat het talent dat door hem geïnterviewde personen hun ziel op tafel legden, hij voelde zijn gesprekspartners aan en leefde met hen mee. 

De Nederlandse staat liet hem begaan tot op het moment dat het botste met radicale moslims, die niet gediend waren met uitspraken als 'geitenneukers' en dergelijke lieftalligheden. Toen liep het verkeerd. Op een sombere ochtend begin november 2004 werd hij op klaarlichte dag in een drukke straat door een fanatieke moslim ritueel vermoord, afgeslacht. Tienduizenden Amsterdammers kwamen op straat om hun medeleven te betuigen. 's Avonds volgde er een 'lawaaiconcert'.

Eerder las ik de Hugo Claus-biografie van Mark Schaevers. In zijn jonge jaren ging hij nogal eens rebels te keer maar algauw opteerde hij voor een braaf burgerlijk bestaan. De burgerman Claus had na een tijdje slechts twee obsessies: mooie vrouwen in zijn bed krijgen en kassa, kassa. Beide heerschappen hadden enkel hun passie voor vrouwen gemeen.

donderdag 20 juni 2024

Japanners bezetten in 1942 Amerikaans grondgebied

Wist u, lezer, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog een Japanse strijdmacht Amerikaans grondgebied bezette? Ten zuiden van Alaska strekt zich als een pannensteel een resem eilanden uit van in totaal 1900 km. Deze eilandenketting Aleoeten genaamd, bezitten een strategische waarde en zijn Amerikaans grondgebied. De schaarse bewoners leefden er vooral van de jacht op zeedieren. 

De Amerikanen hadden de Aleoeten militair
schromelijk verwaarloosd toen op 7 juni 1942 een Japanse invasiemacht van 1140 soldaten door een vloot aan land werd gezet. Ze bezetten drie eilanden namelijk Attu, Agattu en Kiska. Op deze drie Aleoeten-eilanden woonden alles samen een honderdtal mensen, in hoofdzaak vissers en jagers. Later werd de Japanse krijgsmacht tot 7500 man opgevoerd. De Japanners beschouwden de bezetting als een afleidingsmaneuver voor de zeeslag die tegelijkertijd rond Midway woedde. Hierin slaagden ze ten volle.

Een inwoner van de Aleoeten
In de Verenigde Staten was men woedend dat Amerikaans grondgebied door de vijand bezet was. Men eiste onmiddellijke tegenmaatregelen. Makkelijker gezegd dan gedaan. We schreven al dat de Amerikanen de verdediging van de Aleoeten volkomen genegeerd hadden. In het begin werden de Japanners op de bezette eilanden bestookt door enkele vliegboten die vanuit Alaska vertrokken. Door de grillige weersomstandigheden kon men vaak niets uitvoeren. Pas geleidelijk aan legden de Amerikanen op de nabij gelegen eilanden vliegvelden aan. De Japanners waren daartoe niet in staan omdat het hen aan de nodige technische middelen en knowhow ontbrak. Groot was dan ook hun verrassing toen ze vanaf de late zomer van 1942 vanaf de naburige eilanden door Amerikaanse en Canadese vliegtuigen bestookt werden. De Japanners hadden noch vliegvelden, noch vliegdekschepen in de buurt.

Op 30 augustus landden de eerste Amerikaanse troepen op het Aleoeten-eiland Adak niet ver van Kiska. In april 1943 kwam de 7de Amerikaanse infanteriedivisie aan land op Attu. Daarmee was de herovering van de bezette Aleoeten-eilanden ingezet. Het kwam er tot hevige gevechten. Toen op 15 augustus 1943 Amerikaanse en Canadese regimenten op het laatste bezette eiland Kiska landden, troffen ze er niemand meer aan. De Japanners hadden veertien dagen eerder in alle stilte het eiland ontruimd. Daarmee kwam na een goed jaar een einde aan de bezetting van een deel van de Aleoeten.

zondag 9 juni 2024

21% BTW

Het nieuwe Nederlandse kabinet dat onder meer door Geert Wilders tot stand is gekomen, is van plan om vanaf volgend jaar de btw op boeken, kranten en tijdschriften tot 21 % te verhogen. Dat is hetzelfde tarief als luxegoederen. Alsof boeken luxegoederen zijn. De boekensector heeft het zo al moeilijk genoeg in een maatschappij waar ontlezing troef is. Ik heb het uiteraard over het papieren boek dat een deel van onze vrijheid uitmaakt. Een boek dat vandaag 20 euro kost, zal vanaf volgend jaar 24 à 25 euro kosten zonder rekening te houden met de alsmaar stijgende papierkosten.

Als schrijver en uitgever voel ik me persoonlijk geviseerd. De boeken die ik schrijf behoren nu eenmaal niet tot het keuken-, huis-, sport- en tuingenre die vlot over de toonbank gaan. Ik vrees dat de nieuw te vormen regering hier het Nederlandse voorbeeld zal volgen en de btw voor boeken en tijdschriften fors naar omhoog zal jagen. Tot nu toe gold de 6 % regel. Heel wat Nederlandse uitgeverijen bezitten filialen in Vlaanderen, en ik denk niet dat men in Nederland een lagere prijs zal aanrekenen voor boeken die bij ons verkocht zullen worden. In ieder geval ben ik er niet gerust in. 

Boeken over bijvoorbeeld de Vlaamse en de Friese Beweging (zie afbeelding) zullen het dan nog moeilijker hebben, dan vandaag al het geval is.

maandag 20 mei 2024

Bernard Pivot

De boekenpaus Bernard Pivot was 89 jaar toen hij op 6 mei overleed. Hij las minstens tien uur per dag. Hij was nieuwsgierig, goed van de tongriem gesneden, gemoedelijk en vol empathie. Van 1975 tot 2001 ontving de Franse "roi lire" in zijn boekenprogramma Apostrophes en de opvolger (vanaf 1991) ervan Bouillon de Culture honderden auteurs, die deel uitmaakten van de toenmalige literatuur. Enkele namen Alexander Solzjenitsyn, Marguerite Yourcenar, Milan Kundera, Hella Haase, Denise Bombardier, Patrick Modiano, François Mitterand die toen nog geen president was, Charles Bukowski die na drie flessen wijn van het podium verwijderd werd, Marguerite Duras die over haar drankverslaving vertelde. Vladimir Nabokov stelde twee voorwaarden voor zijn medewerking. Vooraf diende hij de vragen te ontvangen en tijdens de uitzending moest er een theepot voor hem klaarstaan, gevuld met... goede whisky. 

Pivot bracht met zijn vrijdagse literaire hoogmis op de publieke tv-zender Antenne 2 de literatuur naar een breed publiek. De dag na zijn uitzending was er telkens een stormloop naar de boekhandel om de besproken boeken aan te kopen. Of iets dergelijks vandaag nog mogelijk is? Het programma trok jarenlang gemiddeld twee miljoen kijkers. In 1983 stelde men vast dat een derde van de boekenverkoop in Frankrijk voortkwam uit Apostrophes. 

Eerder werkte hij zestien jaar lang mee aan het dagblad Le Figaro waarvoor hij literaire kritieken schreef. In 1975 richtte hij het literaire magazine Lire op. Dertig jaar lang (tot 2022) verzorgde hij ook een literaire column voor Le Journal de Dimanche. Tot 2019 was Pivot tevens voorzitter van de Académie Goncourt, die de gelijknamige prestigieuze literaire prijs verleende. Zoveel als mogelijk volgde ik zijn vaak geanimeerde uitzendingen. Thans kennen de meesten zijn naam niet meer.

donderdag 16 mei 2024

Bezoek koninklijke serres Laken

Dinsdag ll. bezochten Ann en ik de koninklijke serres van Laken. Die dag was speciaal ingericht voor rolstoelgebruikers. Een groep militairen (m/v) stond ter beschikking om hulp te bieden bij hellingen en afdalingen. Niets dan lof voor die mensen. Overigens was al het personeel ter plekke uitermate vriendelijk. De meesten waren van Vlaamse komaf. Als het goed is, mag dat ook wel eens beklemtoond worden. 

Na de middag was er ook een grotere groep kinderen van het Nederlandstalig onderwijs in Brussel aanwezig. Het was een gemengde groep bestaande uit diverse nationaliteiten maar allen spraken ze degelijk Nederlands. Overigens zijn de serres zelf het bezoeken meer dan waard. En te bedenken dat dat alles eigendom is van een familie van eerder beperkte omvang. Al dat moois was gedurende meer dan honderd jaar hermetisch afgesloten voor het gewone volk. Gelukkig kan sinds enkele jaren het 'plebs' een bezoek brengen aan de serres en een deel van het park.
Zo'n serre zou ik graag willen schenken aan mijn echtgenote. Het mag ook een kleinere uitvoering wezen. 

donderdag 9 mei 2024

In de geest van W.B. Yeats, een nieuwe Ierse partij

William Butler Yeats (1865-1939) was een telg van een artistieke Anglo-Ierse familie, en groeide uit tot de dichter van het Ierse nationalisme en onafhankelijkheid. Dankzij onder meer zijn gedicht The Lake Isle of Immisfree en ander prachtig dichtwerk kreeg hij in 1923 voor zijn poëzie de Nobelprijs voor Literatuur. Yeats was tevens actief op politiek terrein en zetelde in de jaren 1920 een tijdlang als senator in het Ierse parlement. In de jaren 1930 flirtte hij een tijdlang met het fascisme. Kort voor de uitbreken van de Tweede Wereldoorlog overleed Yeats in Monaco. Na de oorlog werden zijn stoffelijke resten naar Ierland overgebracht.

In de geest van Yeats werd eind 2023 een nieuwe politieke partij opgericht, de Independent Ireland. De stichters ervan zijn een groepering van onafhankelijke kamerleden uit het zuiden en westen van het katholieke eiland. De nieuwe rechts-conservatieve partij richt zich vooral tot boeren en andere traditioneel ingestelde plattelands- en kleinsteedse kiezers, voor wie de moderniseringen van de afgelopen decennia iets te snel zijn gegaan. De groeiende immigratie is een andere steen des aanstoots. De nieuwe partij is niet te spreken over de nieuwe jonge (de jongste ooit in Ierland) premier Simon Harris, tevens leider van Fine Gael.

De Independent Ireland zal haar kiezers vooral moeten zoeken in de aloude graafschappen, het land waar Yeats over dichtte.

Bron: De Groene Amsterdammer van 4 april 2024.

maandag 6 mei 2024

Iran was ooit Duitsgezind

Op 5 augustus 1941 trokken troepen van het Britse Gemenebest en de Sovjet-Unie het Duitsgezinde Iran binnen, en dat ondanks het feit dat het land zich neutraal had verklaard. Het ging hier duidelijk om een vorm van preventieve agressie. Iran werd door beide mogendheden opgesplitst: de Britten bezetten het zuiden met de rijke oliebronnen en het Rode Leger het noorden. De heersende sjah werd afgezet en zijn prowesterse zoon Mohammad Reza Pahlavi, die later door de Amerikanen in de steek werd gelaten, op de troon geplaatst. De bezetting van het land leidde tot een zware hongersnood in 1942 en 1943.

Tussen Iran en Hitler-Duitsland was voor de oorlog een innige band ontstaan, waarin economische belangen van doorslaggevend belang waren. Iran groeide uit tot een van Duitslands belangrijkste handelspartners. Hierbij gaven de enorme rijke Iraanse grondstofvoorraden de doorslag. Toen de oorlog in september 1939 uitbrak waren er honderden Duitse adviseurs, ingenieurs en andere technici in het land aanwezig. Een groot deel van de Iraanse bevolking sympathiseerde met de Duitsers, maar die was vooral gestoeld op hun afkeer voor de Britten en hun imperialisme. Duitsland zelf had zichzelf tegenover Iran nooit imperialistisch gedragen. De sjah zelf was een overtuigde Iraanse nationalist. In 1935 had hij zijn land Perzië herdoopt tot Iran, wat letterlijk "van de Ariërs" betekent. Heel wat nationaalsocialistische harten klopten hierdoor sneller.

Van 28 november tot 1 december 1943 vond in de Iraanse hoofdstad de zogenaamde Conferentie van Teheran plaats. De drie geallieerde leiders Churchill, Roosevelt en Stalin ontmoetten er elkaar voor het eerst (zie afbeelding). Voordien was al afgesproken dat Britten en Sovjets een half jaar na het einde van de wereldoorlog Iran zouden ontruimen. Stalin hield zich hier echter niet aan. Integendeel in november 1945 steunde hij communistische Iraniërs, die de Azerbeidzjaanse Volksrepubliek uitriepen, en in januari 1946 volgden Koerdische nationalisten met de Republiek Mahabad. Iraanse eenheden wilden in beide staatjes orde op zaken stellen, maar Sovjettroepen hielden hun tegen. Pas onder sterke druk van de Verenigde Naties ontruimden de Sovjets Iran. De Sovjet-Unie bezat toen nog geen atoombom en vreesden de militaire macht van de Verenigde Staten van Amerika. Zo trokken de Amerikanen het land binnen en behielden de Britten hun aandeel in de olie-industrie.

(Bron: Historisch Nieuwsblad 2024/nr.6)

woensdag 24 april 2024

Björn Rzoska: voorstelling boek

Gisteravond woonde ik de voorstelling in het ADVN in Antwerpen bij van het boek dat politicus Björn Rzoska, onder de titel Gedeelde grond (uitgeverij Ertsberg), over zijn beide grootvaders schreef. Een goede 85 belangstellenden, vrienden en kennissen woonden de interessante vernissage bij. Het is een boek waarbij Dichtung und Wahrheit beide aan bod komen. 

Schrijver stak zijn verbijstering niet onder stoelen of banken toen hij geconfronteerd werd met de waarheid. De ene grootvader was een Oostfronter en diste bij leven allerlei verhaaltjes op, die achteraf niet bleken te kloppen. Hij was in de eerste plaats een nationaalsocialist zonder enige connectie met de Vlaamse Beweging. Integendeel: voor de oorlog was hij lid van Rex en tijdens de bezetting van de Algemene-SS-Vlaanderen. Zijn andere grootvader was helemaal niet die Poolse vrijheidsstrijder voor wie hij zich uitgaf. Als katholiek en gewezen seminarist wilde hij uit schrik voor het communisme niet meer in Polen blijven wonen. Militair was hij nooit geweest. Uit puur levensbehoud kwam hij in België terecht, waar hij
integreerde en een gezin stichtte.

Het was in ieder geval een leerzame avond. De receptie achteraf moest ik echter voortijdig verlaten, gezien ik de laatste trein naar Kortrijk diende te halen.

zondag 7 april 2024

Huldeschrift Wils 95

Zopas verscheen het eerste nummer van de jaargang 2024 van het tijdschrift Wetenschappelijke Tijdingen. Het nummer is geheel gewijd aan leven en werk van de gewezen Leuvense hoogleraar Lode Wils die 95 jaar geworden is. We mogen gerust gewag maken van een "Huldeschrift Wils 95". Het speciale nummer telt immers meer dan 200 bladzijden en is verzorgd uitgebracht met tal van illustraties.

Zoals dat hoort in een feestnummer wordt de gehuldigde, hier Lode Wils, met veel toeters en bellen toegejuicht. Hoofdredacteur Bruno de Wever noemt hem zelfs de "zonder enige twijfel belangrijkste en meest invloedrijke historicus over de geschiedenis van de Vlaamse Beweging". In hun bijdragen bevestigen acolieten als Louis Vos, Lieve Gevers, Antoon Vrints en anderen dat beeld. Nu op zijn minst vind ik dat historici als Hendrik Jozef Elias en Karel van Isacker evenveel lof verdienen. Andere artikels zijn onder meer van de hand van Nico van Campenhout, Jos Verdoodt, Luc Vandeweyer en Chantal Kesteloot, die er zelfs in slaagt een Franstalig artikel in het Tijdschrift over de Geschiedenis van de Vlaamse Beweging gepubliceerd te krijgen. Niet voor niets pleit medewerker Vrints voor een betere kennis van de tweede landstaal "om de 'bondstrouw' in België te herwaarderen". Iedereen zijn gedacht, zullen we maar zeggen.

Zelf had ik diverse ontmoetingen met Lode Wils en eenmaal heb ik hem uitvoerig geïnterviewd (Tekos, 1995, nr.76, p. 21-28). Ik leerde hem kennen als een fair man die voor eenieder tijd vrij maakte om over boeken en geschiedenis te spreken. Zijn meningen stak hij nooit onder stoelen of banken. Zo hoor ik hem nog zeggen, als slot van een van zijn toespraken in een aula in Leuven: "Als ooit Bart de Wever aan de macht komt dan krijgen we hier Joegoslavische toestanden" (vrij geciteerd). 

Als je met Wils sprak over Vlaams-nationalisme of afvallige katholieken dat wist je bij voorbaat, dat je niet op zijn goedkeuring hoefde te rekenen. Enkel België en de katholieke partij vonden in zijn ogen genade. Dat mocht ik ondervinden toen ik mijn biografieën over Hendrik Jozef Elias en Leo Vindevogel, respectievelijk in 2005 en 2013 publiceerde. Ze werden door professor Wils uitvoerig in WT besproken. Ik mocht rekenen op zijn waardering voor het vele werk maar beide boeken vonden geen genade in zijn ogen. Ik schreef/schrijf nu eenmaal over figuren die in zijn visie geen plaats kregen. Wat niet wegneemt dat ik steeds met veel interesse zijn boeken en artikels las, al viel hij de laatste tijd nogal eens in herhaling. Iedere ontmoeting met hem was een festijn voor de geest met al of niet een sarcastisch intermezzo. 

Het feestnummer bevat uiteraard ook heel wat lezenswaardige passages die de huidige tijdsgeest zullen overleven, en stof zullen bieden voor zijn latere biografie.

zondag 31 maart 2024

Nieuwsbericht biografie Staf de Clercq

Vandaag ben ik begonnen met de werkzaamheden aan het 32ste hoofdstuk van mijn Staf de Clercq-biografie-in-wording. Hierna volgen nog twee hoofdstukken en dan zit het werk erop. Maar niet te vroeg gejuicht. Inleiding, dankwoord, besluit, bibliografie en register dienen nog geschreven of opgesteld te worden. En uiteraard volgen er nog drukproeven in diverse stadia. De vormgeving van de twee boekdelen zal door mijn echtgenote gedaan worden.

Tussendoor zal ik een pauze inlassen. Nee, niet om in mijn luie zetel te zitten lezen of naar thrillers of westerns te kijken maar wel
om de uitgave van het Oostfront-dagboek van 'commandant' Jef François in boekvorm te gieten. Dat werk zal mij wellicht zo'n drie maanden bezighouden. Ik hoop dan vanaf september terug aan de slag te kunnen met Staf. In de biografie zullen trouwens heel wat nieuwe feiten aangekaart worden.

De hier bijgevoegde illustratie is een Brits pamflet dat in de zomer van 1942 boven de Duitse troepen in Noord-Afrika afgeworpen werd. Het heeft een hele weg afgelegd eer het in mijn bezit kwam.

donderdag 22 februari 2024

Terreurbombardement op Pforzheim: 23 februari 1945

De ruïnestad in de zomer van 1946
Tot einde februari 1945 was de Zuid-Duitse stad Pforzheim, ongeveer tien keer kleiner dan Dresden, gevrijwaard van geallieerde bombardementen. Op militair vlak had de stad geen enkele waarde. Het mooie toeristische Pforzheim had ook niets wat het bombarderen waard was, en stond bekend omwille van haar ambachtelijke uurwerk- en porseleinnijverheid. Het centrum bestond in hoofdzaak uit vakwerkhuizen opgetrokken in hout. Luchtafweer was er in en rond de stad dan ook niet aanwezig.


Midden februari nam het commando van de Britse RAF het besluit om Pforzheim met brandbommen met de grond gelijk te maken. De operatie kreeg de deknaam 'Yellowfin', de verantwoordelijke Britse officier was een fervente hobbyvisser. In de nacht van 23 februari markeerden Mosquito-vliegtuigen eerst met lichtkaarsen het te bombarderen doelgebied. Daarna braakten 400 bombardementsvliegtuigen hun dodelijke lading uit. Binnen het tijdsbestek van 22 minuten was 83 % van het stadsgebied compleet verwoest - het hoogste cijfer tijdens een enkel bombardement op Duits grondgebied. Meer dan 20.000 burgers, haast uitsluitend vrouwen, kinderen en oude mensen, stierven tijdens dit terreurbombardement een gruwelijke vuurdood. Sommigen liepen als brandende toortsen rond, duizenden stierven in hun kelders de verstikkingsdood of verpulverden letterlijk. Al het voorradige water verdampte in een mum van tijd. Nogmaals duizenden liepen ernstige brandwonden op en stierven een uiterst pijnlijke dood.
Pforzheim rond 1967

Nadien werd de vernietiging van Pforzheim dikwijls vergeleken met de verwoesting van Hiroshima, en werd de Duitse stad wel eens mini-Hiroshima genoemd; zonder de radioactieve stralingen uiteraard. Beide steden hadden geen militaire betekenis maar bestonden grotendeels uit houten huizen, zodat een maximale graad aan verwoesting bereikt werd.

Na de oorlog werd een nieuw maar lelijker Pforzheim gebouwd, vooral bestaande uit wansmakelijke betonconstructies. De vakwerkhuizen verdwenen uit het stadsbeeld. Slecht hier en daar werd een historisch gebouw gerenoveerd of herbouwd. Het enige

Dezelfde straat in 1938 en in 1946

bombardement op Pforzheim eiste meer slachtoffers dan alle V-bommen samen, die op Belgische en Engelse bodem terecht kwamen.

maandag 12 februari 2024

Bizar: Amerikaanse en Duitse soldaten samen tegen de Waffen-SS

Na de oorlog dankte de directeur van de Weense Hofreitschule persoonlijk de Amerikaanse generaal George Patton voor de redding van de beroemde Lipizzaner paarden. Eenheden van de Wehrmacht en het Amerikaanse leger vochten toen samen tegen een SS-infanteriebataljon om de paarden in veiligheid te brengen.


Plaats van gebeuren was het dorp Hostau in het toenmalige Sudetenland (thans Hostoun in Tsjechië). Door de opmars van het Rode Leder dreigden de sierlijke witte paarden in handen te vallen van de Sovjet-Russen, wat het einde zou betekend hebben voor de Spaanse ruiterijschool van Wenen. De Duitsers namen toen contact op met de vanuit het westen oprukkende Amerikanen om de dieren in veiligheid te brengen. Generaal Patton, die een zwak had voor paarden, ging onmiddellijk akkoord. Zo gebeurde het dat tijdens de laatste dagen van de oorlog de zogenaamde operatie Cowboy tot een succes uitgroeide.

Amerikaanse en Duitse soldaten, gesteund door anticommunistische kozakken die als 'cowboys' optraden, brachten de waardevolle paarden in veiligheid. Enkel werden ze gehinderd door twee aanvallen van de Waffen-SS maar zonder veel erg. Er vielen een paar doden maar geen enkel paard ging tijdens deze gevechten verloren. Toen er ook nog enkele Sovjet-tanks van het type T-34 aan de horizon verschenen, staakten de SS'ers het gevecht en brachten zichzelf in veiligheid. 

Ook tijdens de 'slag' om het kasteel van Itter in Oostenrijk vochten Amerikanen en eenheden van de Wehrmacht samen tegen de Waffen-SS. Maar dat is weer een ander verhaal.

donderdag 25 januari 2024

Brinckman-leugens over Staf de Clercq

Bart Brinckman is een van de vele journalisten die werkzaam zijn bij de door de overheid gesubsidieerde krant De Standaard. U weet wel de krant die zichzelf durft een kwaliteitskrant te noemen. In het spoor van zijn leermeester Marc Reynebeau pleegt deze Brinckman zo af en toe een stuk over het Vlaams-nationalisme. Zijn gebrek aan kennis en scholing verstopt hij door het beweren van allerlei valse voorstellingen, fakenieuws en andere verdraaiingen van de geschiedenis.

Afgelopen woensdag, 24 januari was het weer zover. Onder de titel Waarom extreemrechtse flaminganten samenleggen om een praalgraf te kopen publiceerde hij een stuk vol roddels en kwaadsprekerij. Hierin werden de mensen van de Werkgroep Kesterheide in een verdacht daglicht geplaatst. Zelf kregen ze niet de kans om te reageren in het artikel. Hun mening was van geen tel. Neen, journalist Brinckman, u weet wel werkzaam bij een krant die zichzelf een kwaliteitskrant noemt, was voor geen zier geïnteresseerd in hun opinie. 

Brinckman was deze keer vooral gebeten op Staf de Clercq, de leider-stichter van het VNV. In zijn sensatiestuk, want meer is het niet, verkocht DS-journalist de meest grote onzin over deze historische figuur. Zo zou de VNV-leider in zijn partijkrant geschreven hebben dat de "joden geen recht hebben zich onder ons voor te doen als gelijkgerechtigden. Waar zij op straat, in de rijen voor de winkels, in de middelen van vervoer het woord willen nemen, moet hen het zwijgen worden opgelegd, niet alleen omdat zij principieel ongelijk hebben doch omdat zij joden zijn en geen stem in het kapittel hebben". Dit citaat zou dus van de hand van Staf de Clercq zijn, en verschenen zijn op 20 november 1941 in Volk en Staat. Nu dat klopt. Alleen is het citaat niet afkomstig uit de koker van de VNV-leider maar wel van de hand van Joseph Goebbels, Hitlers minister van Propaganda. Eenieder kan dit citaat terugvinden op de gedigitaliseerde versie van de krant op de webstek van de Koninklijke Bibliotheek (KBR-belgicapress) - met dank aan Johan Daelman van de Werkgroep Kesterheide

En dat De Clercq, als gevolg van de weigering van het Brusselse stadsbestuur om de joden een Davidsster te laten dragen zoals de bezetter dat eiste, woedend reageerde en tot een jacht op joden en verklikking bij de SS opriep, is ook een onwaarheid. Niet alleen was de SS de doodsvijand van de VNV-leider tijdens de bezetting maar Lieven Saerens, toch wel de specialist ter zake, maakt er nergens melding van in zijn boeken.

Het is de eerste en tevens laatste keer dat we hier aandacht besteden aan deze Brinckman en zijn leugens. We hebben wel wat beters te doen. Als straf zou Brinckman verplicht moeten worden enkele boeken van Goebbels te lezen. Van deze boer Brinckman lust ik alvast geen eieren meer. 


zaterdag 20 januari 2024

Strijd om de Baltische Eilanden in 1917

In deel 47 van de door uitgeverij Aspekt uitgegeven boekenreeks De Grote Oorlog. Kroniek 1914-1918 verscheen zopas mijn artikel over Operatie Albion, of de Duitse landing op de Baltische Eilanden (1917), p. 135-152. De strijd om de drie Baltische Eilanden werd na korte tijd ten voordele van de Duitsers beslist. Het is een kleine bijdrage aan een stukje onbekende geschiedenis van de Grote Wereldbrand.

vrijdag 19 januari 2024

August Heinrich Hoffmann von Fallersleben

Schilderij van Ernst Henseler
Vandaag is het 150 jaar geleden dat in 1874 de befaamde letterkundige August Heinrich Hoffmann von Fallersleben overleed. Hij staat vooral bekend als de tekstschrijver van het lied van de Duitsers ("Deutschland über alles"), waarin hij de Duitse vrijheidsdrang beschreef, en dat uitgroeide tot de Duitse nationale hymne. Hij schreef het op 26 augustus 1841 op het eiland Helgoland dat toen nog in Brits bezit was. Het lied was vooral gericht tegen Frankrijk en was een pleidooi voor Duitse eenheid en patriottisme. In tegenstelling tot zijn honderdste sterfdag in 1974 is er vandaag nauwelijks of geen belangstelling voor zijn 150ste sterfdag. 

Binnen de Vlaamse Beweging geniet hij de nodige bekendheid. Hoffmann von Fallersleben -de toevoeging is louter een verwijzing naar zijn geboorteplaats- was een van die Duitse dichters die de verwantschap tussen het Vlaams/Nederlands en het Duits wilden aantonen. Hij zag alles vanuit een pan-Germaans standpunt wat enigszins kenmerkend was voor de 19de eeuw. Als wandelende filoloog deed hij in België, Frankrijk en Nederland heel wat letterkundig onderzoek in archieven. Nagenoeg al zijn bevindingen op het terrein van de oude Nederlandse taal en dichtkunst liggen verzameld in zijn Horae Belgicae. Hieruit genieten zijn Loverkens wel de meeste bekendheid.

Ik herinner me nog goed de cursus van wijlen professor Ada Deprez aan de Gentse universiteit, waarin ze met de nodige passie een apart college wijdde aan Hoffmann von Fallersleben. Ook zij is thans in de grote ton van vergetelheid terecht gekomen.

zondag 14 januari 2024

Ans van Dijk

 Vandaag 76 jaar geleden werd Ans van Dijk op 14 januari 1948 in Fort Bijlmeer (Bijbelmeer) terechtgesteld. De 42-jarige was de enige Nederlandse vrouw die na de oorlog voor het vuurpeloton kwam te staan. 

Ze werd geboren in Amsterdam als dochter van joodse ouders, en verraadde tussen het voorjaar van 1943 en het voorjaar van 1945 vermoedelijk zevenhonderd mensen. Zelf hield ze tijdens de twee rechtszaken in 1947 vol dat het aantal veel lager lag. Zo rond de honderd gaf ze toe. Op Paasdag 1943 deed de Amsterdamse Sicherheitsdienst (SD) een inval bij de woning in de Amsterdamse Marco Polostraat waar Ans van Dijk ondergedoken zat. Om haar eigen veiligheid te beschermen, liet ze zich overhalen om in dienst van de SD te treden, en vormde ze een groep vrouwelijke collaborateurs. De vrouwen deden zich voor als leden van het verzet, en leverden hun slachtoffers uit aan de SD met alle gevolgen van dien.

(Bron: Historisch Nieuwsblad Scheurkalender)