Het woord 'haatprediker' sloeg oorspronkelijk op extreme moslims en imans die haat predikten en nog altijd prediken tegen het Westen, de westerse beschaving en het katholicisme. Na verloop van tijd werd het woord hier te lande misbruikt door linkse activisten en dito media.
Een mooi voorbeeld hiervan is het opiniestuk dat de gewezen BRT-journalist Marc van de Looverbosch gisteren in de krant De Standaard publiceerde. Hij heeft het daar over "En het waren geen goedgelovige pastoors die opriepen om aan het oostfront te gaan vechten tegen het goddeloze bolsjewisme. Het waren haatpredikers". Het staat daar 'haatpredikers'. Ja, goed maar tegen wie? Zeker, zij predikten haat tegen het communisme. Wat is daar nu verkeerd aan, tenzij Marc van de Looverbosch een aanhanger van het communisme is? Zowat de hele toenmalige katholieke kerk predikte haat tegen het communisme. "Rome of Moskou" luidde de boodschap. Vlaams-nationale priesters als Jozef van Opdenbosch, Cyriel Verschaeve, de paters Callewaert en Stracke, Modest van Assche... deden dat. Zoals heel wat moslims thans haat prediken tegen het Westen, predikten katholieke en andere priesters toen haat tegen het communisme.
Anti-Vlamingen misbruiken vandaag maar al te graag het woord om hun haat en afkeer tegen de Vlaamse Beweging en het Vlaams-nationalisme te spuien. Daarom hanteren ze het woord 'haatpredikanten' als ze het over Vlaamsgezinde priesters hebben. Vandaar dan ook het 'haatartikel' van Marc van de Looverbosch tegen 11 juli.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten