Posts tonen met het label Tweede Wereldoorlog. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Tweede Wereldoorlog. Alle posts tonen

woensdag 3 september 2025

Vandaag tachtig jaar geleden capituleerden laatste Duitse troepen

Op 8 mei 1945 vernam de Duitse bemanning van een meteostation in het onherbergzame en eenzame noordoosten van de Svalbardarchipel met Spitsbergen als grootste eiland, de capitulatie van het Derde Rijk. Hierna werd de verbinding verbroken. Het speciale Duitse commando onder de naam Haugegen (of houwdegen)op het arctische Spitsbergen werd verder aan zijn lot overgelaten. Er volgden geen verdere instructies. De soldaten werden ook niet afgehaald.

Het commando Haudegen was gelegerd in het NO van Svalbard
Gelukkig waren de elf soldaten die op 14 september 1944 door een speciaal uitgeruste ijsbreker aan land werden gezet, prima uitgerust. Het commando stond onder leiding van luitenant, pedagoog en geograaf Wilhelm Deege, die al in 1935, 1936 en 1938 ettelijke maanden op Spitsbergen had doorgebracht. Trouwens alle manschappen waren door en door getraind om te overleven bij temperaturen van min 50 °C. Daarnaast hadden ze allen een gedegen meteorologische en geografische opleiding gekregen, bezaten ze de nodige medische kennis en waren ze getraind voor oorlogsvoering in het gebergte en bij ijzige temperaturen. Hun voorraden bevonden zich in 1800 houten kisten en woog samen tachtig ton. Ook hadden ze zeven ton steenkool bij zich voor hun kachels en witte camouflagenetten. Daarnaast vijftig grote vaten met olie, petroleum en benzine. Wapens en munitie waren vanzelfsprekend. Ze hadden voldoende materiaal bij zich om twee arctische winters te doorstaan dus tot een eind in 1946. Ook ettelijke flessen buitgemaakte rum en cognac ontbraken niet.

Het werk dat ze uitvoerden was van belang voor de weervoorspelling onder meer voor de U-Boote die de geallieerde konvooien naar Sovjet-Rusland aanvielen. Iedere week werd tevens een weerballon tot op 8000 meter hoogte opgelaten. Nooit werd het commando Deege ontdekt. In totaal zonden de manschappen achthonderd gecodeerde berichten uit.

Begin september kwam hieraan een einde. Nadat ze de Britten op de hoogte hadden gebracht van hun verblijf op Svalbard, kwam in de nacht van 3 op 4 september 1945 het Noorse vissersschip 'Blaasel' luitenant Deege en zijn mannen ophalen. Deege bood aan de kapitein van het schip Ludwig Albertsen, een vooroorlogse kennis van hem, symbolisch zijn Mauserpistool als teken van
capitulatie aan. Vriendelijk vroeg Albertsen Deege of hij het wapen mocht houden als herinnering. Ludwig Deege overleed in 1979 en liet een immens archief na dat bewaard is gebleven.


zondag 15 juni 2025

Het Helle-incident

Na de bezetting van Albanië door de Italianen van Mussolini in april 1939 namen de spanningen tussen Griekenland en Italië zienderogen toe. Herhaaldelijk kwam het tot incidenten over en weer. Op 15 augustus 1940 -de Duce had inmiddels de oorlog verklaard aan Frankrijk en Groot-Brittannië- zonk onder mysterieuze omstandigheden de Griekse kruiser Helle, dat voor anker lag bij het eilandje Tinos in de Egeïsche Zee. 

In het wrak werden fragmenten van Italiaanse torpedo's aangetroffen. Nochtans ontkende Italië bij hoog en
laag iedere betrokkenheid. Later bleek dat de Italiaanse duikboot Delfino het Griekse oorlogsschip aangevallen had. Pas op 28 oktober 1940 verklaarde Italië de oorlog aan Griekenland. Naar aanleiding van de tiende verjaardag publiceerden de Griekse posterijen een speciale gedenkzegel. 

vrijdag 11 april 2025

Oostfronter Dries Coolens


In het boek Wilhelmus beschrijft Tim Berbers zijn zoektocht naar het verleden van zijn grootvader die in Nederland vrijwilliger bij de Waffen-SS was. Zelf had Wilhelmus Berbers met niemand over zijn verleden willen praten. Het is het verhaal van een moeizame reconstructie. Vele vragen blijven onbeantwoord. Onder meer vocht hij aan de rivier de Narwa, de grens tussen Estland en het huidige Rusland, en werd er in de zomer van 1944 gevangen genomen. Een van de zegsmannen van Tim Berbers was de inmiddels overleden Vlaamse Oostfronter Dries Coolens (1923-2021). Tim zocht hem in december 2019 op in het Duitse Metzingen waar hij het grootste deel van zijn leven woonde.
Het gesprek neemt in het boek 32 pagina's in beslag. Voor Oostfront-verzamelaars en belangstellenden beslist het lezen waard. Het boek Wilhelmus. Mijn grootvader bij de Waffen-SS werd bij De Arbeiderspers uitgegeven, telt 310 blz. en kost 24 euro.

woensdag 12 maart 2025

Poolse cavalerie tegen Panzer

Op de achtergrond rukken Duitse pantsers op
Een hardnekkige mythe omtrent Hitlers invasie van Polen is dat heroïsche cavalerie-eenheden met lansen op Duitse Panzer afstormden. Hen was immers gezegd dat ze van karton waren. Niets bleek echter minder waar. 

Op 1 september 1939 vond inderdaad een traditionele cavaleriecharge plaats bij het dorp Krojanty maar die was gericht op infanterie-eenheden, niet tegen pantsers. Dit verhaal werd in de wereld gezet door de Italiaanse oorlogscorrespondent Indro Montanelli, die paardenlijken in de buurt van de Panzer zag liggen en zijn pen de vrije loop liet gaan.

De Duitse propagandamachine maakte hiervan dankbaar gebruik om de Polen als waanzinnigen en paardenhaters af te schilderen. Waar of niet waar, het verhaal doet het nog steeds en werd al in talloze militair-historische geschriften vastgelegd. 

maandag 9 december 2024

Operatie 'Schamil' in de Kaukasus

Operatie 'Schamil' dat van 25 augustus tot 10 december 1942 plaatsvond in het berglandschap van de Kaukasus, was genoemd naar Iman sjeik Schamil die in de 19de eeuw in opstand kwam tegen de Russische bezetter. Zijn naam werd gebruikt door de Duitse Abwehr, afdeling buitenland als codenaam voor een geheime operatie in de Kaukasus.

Doel was het opzetten van een opstand van de Kaukasusvolkeren achter de linies van het Rode Leger. Met deze opstand hoopten de Duitsers ter plaatse talrijke troepen te binden, zodat hun eigen opmars richting olievelden en de Kaspische Zee ongehinderd kon doorgaan. Hiertoe voorzag de Abwehr in nauwe samenwerking met het leger een paar speciale eenheden. Zo was er het Bataljon Bergmann, dat grotendeels bestond uit geoefende en Duitsvriendelijke Kaukasuskrijgers, alsook het Frontaufklärungskommando 201 onder bevel van Erhard Lange dat zich in Tsetsjenië bevond.

De operatie startte al van in het begin onder een slecht gesternte. De bevoorrading per parachute van de eenheden die zich achter de Sovjet-Russische frontlinies bevonden, was een desaster. Een groot deel van de uitrusting kwam bij de vijand terecht. De jagers werden de gejaagden. Na korte tijd werd de operatie afgeblazen. Begin december bereikten Duitsers en Kaukasiërs terug de eigen linies en waren ze veilig. Enkele weken nadien dienden de Duitsers en hun bondgenoten in allerijl de aftocht te blazen, wilden ze niet in handen vallen van de Rode divisies.

zondag 1 december 2024

Voorstelling boek Jef François


 Vrijdagavond, 29 november vond in Zaal Trapsoet in Sint-Niklaas de voorstelling plaats van mijn boek Met Jef François aan het Oostfront. Het Ruslanddagboek van een officier van het Vlaams Legioen.

Er waren ruim 105 aanwezigen. Eenieder was tevreden en het was haast middernacht toen de laatste aanwezigen huiswaarts keerden met een boek. Hierbij vindt u enkele impressies in beeld. Met dank aan FDK en KDR.















woensdag 18 september 2024

Operatie Zwarte Tulp 1946

Na de Tweede Wereldoorlog moesten niet alleen collaborateurs het in Nederland ontgelden. Wraakgevoelens werden er geuit tegenover alle Duitsers, zelfs tegen die mensen die er al decennialang woonden. De Nederlandse regering besloot hen allen het land uit te zetten. Op 11 september 1946 ging hiertoe Operatie Zwarte Tulp (Black Tulip) van start.

Gelukkig kwam er meteen kritiek los. In de eerste plaats van de katholieke kerk, die vond dat het beleid in strijd was met de christelijke naastenliefde. Ook de westerse geallieerden in de westelijke bezettingszones van Duitsland opperden grote bezwaren tegen het Nederlandse voornemen.

In het licht van alle onvrede werd het beleid iets bijgesteld. Duitse vrienden van Nederland en Duitsers die aan het verzet hadden deelgenomen, mochten blijven. Maar de geallieerden bleven weigeren en stelden aan de Nederlandse overheid harde voorwaarden. Een hiervan was dat Duitsers die uitgezet zouden worden een adres in Duitsland moesten hebben waar ze terecht konden.

Uiteindelijk werden 3691 Rijksduitsers uit het land gezet van de oorspronkelijk geplande 17.000. Op 26 juli 1951 werd de staat van oorlog met Duitsland beëindigd en waren Duitsers officieel geen vijanden meer van de Nederlandse staat. In elk geval was Operatie Zwarte Tulp geen daad waar de Nederlandse overheid veel eer voor kreeg.

(Bron: Historisch Nieuwsblad)

zondag 28 juli 2024

Pétain-postzegels in Franse kolonies


Na de Duitse verovering van Frankrijk in mei-juni 1940 werd in het zuiden van het land de zogenaamde Vichy-zone ingericht, waar maarschalk Pétain het staatshoofd van werd. De Fransen hadden het er voor het zeggen tot aan de Duitse inval van november 1942 toen geheel Frankrijk bezet werd. Aanleiding hiervan waren de geallieerde landingen, diezelfde maand, in Frans Noord-Afrika. 

Frankrijk bezat in 1940 nog een groot koloniaal imperium. Slechts enkele van deze kolonies kozen toen de zijde van generaal Charles de Gaulle, die voor de meeste Fransen nog een grote onbekende was. Trouwens een militair gerecht had tegen hem de doodstraf uitgesproken. De meeste van deze Franse kolonies bleven in de periode 1940-1942 trouw aan het Vichy-regime. In deze gebieden werden er ook postzegels met Pétain-motief uitgebracht. Hiervan tonen we u enkele voorbeelden.





donderdag 20 juni 2024

Japanners bezetten in 1942 Amerikaans grondgebied

Wist u, lezer, dat tijdens de Tweede Wereldoorlog een Japanse strijdmacht Amerikaans grondgebied bezette? Ten zuiden van Alaska strekt zich als een pannensteel een resem eilanden uit van in totaal 1900 km. Deze eilandenketting Aleoeten genaamd, bezitten een strategische waarde en zijn Amerikaans grondgebied. De schaarse bewoners leefden er vooral van de jacht op zeedieren. 

De Amerikanen hadden de Aleoeten militair
schromelijk verwaarloosd toen op 7 juni 1942 een Japanse invasiemacht van 1140 soldaten door een vloot aan land werd gezet. Ze bezetten drie eilanden namelijk Attu, Agattu en Kiska. Op deze drie Aleoeten-eilanden woonden alles samen een honderdtal mensen, in hoofdzaak vissers en jagers. Later werd de Japanse krijgsmacht tot 7500 man opgevoerd. De Japanners beschouwden de bezetting als een afleidingsmaneuver voor de zeeslag die tegelijkertijd rond Midway woedde. Hierin slaagden ze ten volle.

Een inwoner van de Aleoeten
In de Verenigde Staten was men woedend dat Amerikaans grondgebied door de vijand bezet was. Men eiste onmiddellijke tegenmaatregelen. Makkelijker gezegd dan gedaan. We schreven al dat de Amerikanen de verdediging van de Aleoeten volkomen genegeerd hadden. In het begin werden de Japanners op de bezette eilanden bestookt door enkele vliegboten die vanuit Alaska vertrokken. Door de grillige weersomstandigheden kon men vaak niets uitvoeren. Pas geleidelijk aan legden de Amerikanen op de nabij gelegen eilanden vliegvelden aan. De Japanners waren daartoe niet in staan omdat het hen aan de nodige technische middelen en knowhow ontbrak. Groot was dan ook hun verrassing toen ze vanaf de late zomer van 1942 vanaf de naburige eilanden door Amerikaanse en Canadese vliegtuigen bestookt werden. De Japanners hadden noch vliegvelden, noch vliegdekschepen in de buurt.

Op 30 augustus landden de eerste Amerikaanse troepen op het Aleoeten-eiland Adak niet ver van Kiska. In april 1943 kwam de 7de Amerikaanse infanteriedivisie aan land op Attu. Daarmee was de herovering van de bezette Aleoeten-eilanden ingezet. Het kwam er tot hevige gevechten. Toen op 15 augustus 1943 Amerikaanse en Canadese regimenten op het laatste bezette eiland Kiska landden, troffen ze er niemand meer aan. De Japanners hadden veertien dagen eerder in alle stilte het eiland ontruimd. Daarmee kwam na een goed jaar een einde aan de bezetting van een deel van de Aleoeten.

maandag 6 mei 2024

Iran was ooit Duitsgezind

Op 5 augustus 1941 trokken troepen van het Britse Gemenebest en de Sovjet-Unie het Duitsgezinde Iran binnen, en dat ondanks het feit dat het land zich neutraal had verklaard. Het ging hier duidelijk om een vorm van preventieve agressie. Iran werd door beide mogendheden opgesplitst: de Britten bezetten het zuiden met de rijke oliebronnen en het Rode Leger het noorden. De heersende sjah werd afgezet en zijn prowesterse zoon Mohammad Reza Pahlavi, die later door de Amerikanen in de steek werd gelaten, op de troon geplaatst. De bezetting van het land leidde tot een zware hongersnood in 1942 en 1943.

Tussen Iran en Hitler-Duitsland was voor de oorlog een innige band ontstaan, waarin economische belangen van doorslaggevend belang waren. Iran groeide uit tot een van Duitslands belangrijkste handelspartners. Hierbij gaven de enorme rijke Iraanse grondstofvoorraden de doorslag. Toen de oorlog in september 1939 uitbrak waren er honderden Duitse adviseurs, ingenieurs en andere technici in het land aanwezig. Een groot deel van de Iraanse bevolking sympathiseerde met de Duitsers, maar die was vooral gestoeld op hun afkeer voor de Britten en hun imperialisme. Duitsland zelf had zichzelf tegenover Iran nooit imperialistisch gedragen. De sjah zelf was een overtuigde Iraanse nationalist. In 1935 had hij zijn land Perzië herdoopt tot Iran, wat letterlijk "van de Ariërs" betekent. Heel wat nationaalsocialistische harten klopten hierdoor sneller.

Van 28 november tot 1 december 1943 vond in de Iraanse hoofdstad de zogenaamde Conferentie van Teheran plaats. De drie geallieerde leiders Churchill, Roosevelt en Stalin ontmoetten er elkaar voor het eerst (zie afbeelding). Voordien was al afgesproken dat Britten en Sovjets een half jaar na het einde van de wereldoorlog Iran zouden ontruimen. Stalin hield zich hier echter niet aan. Integendeel in november 1945 steunde hij communistische Iraniërs, die de Azerbeidzjaanse Volksrepubliek uitriepen, en in januari 1946 volgden Koerdische nationalisten met de Republiek Mahabad. Iraanse eenheden wilden in beide staatjes orde op zaken stellen, maar Sovjettroepen hielden hun tegen. Pas onder sterke druk van de Verenigde Naties ontruimden de Sovjets Iran. De Sovjet-Unie bezat toen nog geen atoombom en vreesden de militaire macht van de Verenigde Staten van Amerika. Zo trokken de Amerikanen het land binnen en behielden de Britten hun aandeel in de olie-industrie.

(Bron: Historisch Nieuwsblad 2024/nr.6)

donderdag 22 februari 2024

Terreurbombardement op Pforzheim: 23 februari 1945

De ruïnestad in de zomer van 1946
Tot einde februari 1945 was de Zuid-Duitse stad Pforzheim, ongeveer tien keer kleiner dan Dresden, gevrijwaard van geallieerde bombardementen. Op militair vlak had de stad geen enkele waarde. Het mooie toeristische Pforzheim had ook niets wat het bombarderen waard was, en stond bekend omwille van haar ambachtelijke uurwerk- en porseleinnijverheid. Het centrum bestond in hoofdzaak uit vakwerkhuizen opgetrokken in hout. Luchtafweer was er in en rond de stad dan ook niet aanwezig.


Midden februari nam het commando van de Britse RAF het besluit om Pforzheim met brandbommen met de grond gelijk te maken. De operatie kreeg de deknaam 'Yellowfin', de verantwoordelijke Britse officier was een fervente hobbyvisser. In de nacht van 23 februari markeerden Mosquito-vliegtuigen eerst met lichtkaarsen het te bombarderen doelgebied. Daarna braakten 400 bombardementsvliegtuigen hun dodelijke lading uit. Binnen het tijdsbestek van 22 minuten was 83 % van het stadsgebied compleet verwoest - het hoogste cijfer tijdens een enkel bombardement op Duits grondgebied. Meer dan 20.000 burgers, haast uitsluitend vrouwen, kinderen en oude mensen, stierven tijdens dit terreurbombardement een gruwelijke vuurdood. Sommigen liepen als brandende toortsen rond, duizenden stierven in hun kelders de verstikkingsdood of verpulverden letterlijk. Al het voorradige water verdampte in een mum van tijd. Nogmaals duizenden liepen ernstige brandwonden op en stierven een uiterst pijnlijke dood.
Pforzheim rond 1967

Nadien werd de vernietiging van Pforzheim dikwijls vergeleken met de verwoesting van Hiroshima, en werd de Duitse stad wel eens mini-Hiroshima genoemd; zonder de radioactieve stralingen uiteraard. Beide steden hadden geen militaire betekenis maar bestonden grotendeels uit houten huizen, zodat een maximale graad aan verwoesting bereikt werd.

Na de oorlog werd een nieuw maar lelijker Pforzheim gebouwd, vooral bestaande uit wansmakelijke betonconstructies. De vakwerkhuizen verdwenen uit het stadsbeeld. Slecht hier en daar werd een historisch gebouw gerenoveerd of herbouwd. Het enige

Dezelfde straat in 1938 en in 1946

bombardement op Pforzheim eiste meer slachtoffers dan alle V-bommen samen, die op Belgische en Engelse bodem terecht kwamen.

maandag 12 februari 2024

Bizar: Amerikaanse en Duitse soldaten samen tegen de Waffen-SS

Na de oorlog dankte de directeur van de Weense Hofreitschule persoonlijk de Amerikaanse generaal George Patton voor de redding van de beroemde Lipizzaner paarden. Eenheden van de Wehrmacht en het Amerikaanse leger vochten toen samen tegen een SS-infanteriebataljon om de paarden in veiligheid te brengen.


Plaats van gebeuren was het dorp Hostau in het toenmalige Sudetenland (thans Hostoun in Tsjechië). Door de opmars van het Rode Leder dreigden de sierlijke witte paarden in handen te vallen van de Sovjet-Russen, wat het einde zou betekend hebben voor de Spaanse ruiterijschool van Wenen. De Duitsers namen toen contact op met de vanuit het westen oprukkende Amerikanen om de dieren in veiligheid te brengen. Generaal Patton, die een zwak had voor paarden, ging onmiddellijk akkoord. Zo gebeurde het dat tijdens de laatste dagen van de oorlog de zogenaamde operatie Cowboy tot een succes uitgroeide.

Amerikaanse en Duitse soldaten, gesteund door anticommunistische kozakken die als 'cowboys' optraden, brachten de waardevolle paarden in veiligheid. Enkel werden ze gehinderd door twee aanvallen van de Waffen-SS maar zonder veel erg. Er vielen een paar doden maar geen enkel paard ging tijdens deze gevechten verloren. Toen er ook nog enkele Sovjet-tanks van het type T-34 aan de horizon verschenen, staakten de SS'ers het gevecht en brachten zichzelf in veiligheid. 

Ook tijdens de 'slag' om het kasteel van Itter in Oostenrijk vochten Amerikanen en eenheden van de Wehrmacht samen tegen de Waffen-SS. Maar dat is weer een ander verhaal.

donderdag 25 januari 2024

Brinckman-leugens over Staf de Clercq

Bart Brinckman is een van de vele journalisten die werkzaam zijn bij de door de overheid gesubsidieerde krant De Standaard. U weet wel de krant die zichzelf durft een kwaliteitskrant te noemen. In het spoor van zijn leermeester Marc Reynebeau pleegt deze Brinckman zo af en toe een stuk over het Vlaams-nationalisme. Zijn gebrek aan kennis en scholing verstopt hij door het beweren van allerlei valse voorstellingen, fakenieuws en andere verdraaiingen van de geschiedenis.

Afgelopen woensdag, 24 januari was het weer zover. Onder de titel Waarom extreemrechtse flaminganten samenleggen om een praalgraf te kopen publiceerde hij een stuk vol roddels en kwaadsprekerij. Hierin werden de mensen van de Werkgroep Kesterheide in een verdacht daglicht geplaatst. Zelf kregen ze niet de kans om te reageren in het artikel. Hun mening was van geen tel. Neen, journalist Brinckman, u weet wel werkzaam bij een krant die zichzelf een kwaliteitskrant noemt, was voor geen zier geïnteresseerd in hun opinie. 

Brinckman was deze keer vooral gebeten op Staf de Clercq, de leider-stichter van het VNV. In zijn sensatiestuk, want meer is het niet, verkocht DS-journalist de meest grote onzin over deze historische figuur. Zo zou de VNV-leider in zijn partijkrant geschreven hebben dat de "joden geen recht hebben zich onder ons voor te doen als gelijkgerechtigden. Waar zij op straat, in de rijen voor de winkels, in de middelen van vervoer het woord willen nemen, moet hen het zwijgen worden opgelegd, niet alleen omdat zij principieel ongelijk hebben doch omdat zij joden zijn en geen stem in het kapittel hebben". Dit citaat zou dus van de hand van Staf de Clercq zijn, en verschenen zijn op 20 november 1941 in Volk en Staat. Nu dat klopt. Alleen is het citaat niet afkomstig uit de koker van de VNV-leider maar wel van de hand van Joseph Goebbels, Hitlers minister van Propaganda. Eenieder kan dit citaat terugvinden op de gedigitaliseerde versie van de krant op de webstek van de Koninklijke Bibliotheek (KBR-belgicapress) - met dank aan Johan Daelman van de Werkgroep Kesterheide

En dat De Clercq, als gevolg van de weigering van het Brusselse stadsbestuur om de joden een Davidsster te laten dragen zoals de bezetter dat eiste, woedend reageerde en tot een jacht op joden en verklikking bij de SS opriep, is ook een onwaarheid. Niet alleen was de SS de doodsvijand van de VNV-leider tijdens de bezetting maar Lieven Saerens, toch wel de specialist ter zake, maakt er nergens melding van in zijn boeken.

Het is de eerste en tevens laatste keer dat we hier aandacht besteden aan deze Brinckman en zijn leugens. We hebben wel wat beters te doen. Als straf zou Brinckman verplicht moeten worden enkele boeken van Goebbels te lezen. Van deze boer Brinckman lust ik alvast geen eieren meer. 


zondag 14 januari 2024

Ans van Dijk

 Vandaag 76 jaar geleden werd Ans van Dijk op 14 januari 1948 in Fort Bijlmeer (Bijbelmeer) terechtgesteld. De 42-jarige was de enige Nederlandse vrouw die na de oorlog voor het vuurpeloton kwam te staan. 

Ze werd geboren in Amsterdam als dochter van joodse ouders, en verraadde tussen het voorjaar van 1943 en het voorjaar van 1945 vermoedelijk zevenhonderd mensen. Zelf hield ze tijdens de twee rechtszaken in 1947 vol dat het aantal veel lager lag. Zo rond de honderd gaf ze toe. Op Paasdag 1943 deed de Amsterdamse Sicherheitsdienst (SD) een inval bij de woning in de Amsterdamse Marco Polostraat waar Ans van Dijk ondergedoken zat. Om haar eigen veiligheid te beschermen, liet ze zich overhalen om in dienst van de SD te treden, en vormde ze een groep vrouwelijke collaborateurs. De vrouwen deden zich voor als leden van het verzet, en leverden hun slachtoffers uit aan de SD met alle gevolgen van dien.

(Bron: Historisch Nieuwsblad Scheurkalender)

zondag 17 december 2023

Weetje

Iets wat ik nog niet wist. Zo'n 33 % van alle door de Japanse strijdkrachten tijdens de Tweede Wereldoorlog gemaakte krijgsgevangenen (Britten, Filipino's, Fransen, Amerikanen, Australiërs, Indiërs, Chinezen...) overleefden de oorlog niet. Toch staat het trieste record op naam van Sovjet-Rusland met meer dan 50 % doden (Duitsers, Russen, Italianen, Japanners, Roemenen...), waarvan velen letterlijk crepeerden van ellende; ziekte en honger. Een juiste cijfer is echter niet bekend. 

Ter vergelijking: van de door Duitse en Italiaanse troepen krijgsgevangen gemaakte soldaten overleefden 4 % hun krijgsgevangenschap niet.

Bron: Gary Bass, Het Tokiotribunaal (uitgeverij Hollands Diep) dat ik momenteel aan het lezen ben. In alle opzichten een verrijkend boek.

donderdag 16 november 2023

Operation Unthinkable

De Tweede Wereldoorlog in Europa was nauwelijks voorbij of de Britse oorlogspremier Winston Churchill plande al een nieuwe oorlog. Verbolgen over de houding en de mentaliteit van Stalin plande hij onder de codenaam Operation Unthinkable ('Ondenkbaar') in de zomer van 1945 een groots offensief tegen de Sovjet-Unie. Doel was de bevrijding van de Oost-Europese landen die Stalins Rode Leger bezet had. In het grootste geheim maar met medeweten van de Amerikanen had Churchill door zijn generale staf vanaf mei 1945 een aanvalsplan laten opstellen. 

Pikant detail: naast Amerikaanse en Britse divisies (47 in totaal) zouden ook 100.000 goed bewapende Duitse soldaten, allen veteranen van het Oostfront, aan het offensief deelnemen. Door een Sovjet-agent binnen de Britse staf was Stalin op de hoogte van het plan. Daar het Rode leger de beste troeven in handen had, plande hij daarop een eigen offensief richting Rijn en verder. Enkel toen hij vernam dat de Amerikanen de beschikking hadden over atoombommen, krabbelde hij terug. Ook Churchill moest van het offensief afzien. Zijn staf beoordeelde het plan als te fantasierijk en logistiek onuitvoerbaar. President Truman voelde er bovendien niets voor en wilde geen militaire confrontatie met de Sovjet-Unie aangaan. Pas in 1998 werd het plan voor het eerst onthuld in de Britse media. 

zondag 5 november 2023

Amerikaanse piloten en Israëlische bombardementen

In het nieuws wordt gewag gemaakt van Israëlische luchtaanvallen op Palestijnse Rode Kruis-wagens. Daarbij beweert het Israëlische legercommando dat deze ziekenwagens geen gewonden maar wel Hamaseenheden vervoeren. Niets nieuws onder de zon. Tijdens de oorlogsjaren 1944 en 1945 bestookten Britse en vooral Amerikaanse piloten volop Duitse Rode Kruis-konvooien. Ook toen beweerden de Amerikanen dat deze Rode Kruis-eenheden Duitse soldaten van het ene frontgebied naar het andere vervoerden. Leugens! Achteraf bleek duidelijk uit documenten en foto's dat het Duitse Rode Kruis uitsluitend gewonden vervoerde. Hetzelfde geschiedde met Duitse Rode Kruis-treinen en -schepen, die duidelijk als dusdanig gemarkeerd waren. Nochtans lieten neutrale Zwitserse waarnemers aan de Amerikanen weten dat het uitsluitend gewonde soldaten en burgers betrof, die vervoerd werden. De Amerikanen bleven doof en negeerden de Zwitsers. Over de Sovjet-Russen zullen we maar zwijgen. Deze erkenden het Rode Kruis niet eens.

zaterdag 28 oktober 2023

Repressie in de Oostkantons

Kort na de Belgische capitulatie van 28 mei 1940 werden de Oostkantons (sinds 1919 Belgisch) terug bij Duitsland gevoegd. Het betrof de kantons Eupen, Malmedy en Sankt-Vith. De inwoners werden Duitse burgers met als gevolg dat enkele duizenden jonge mannen dienst deden bij de Wehrmacht. In totaal vochten 8700 Oostkantonnezen in de rangen van de Wehrmacht (inclusief Waffen-SS). Na de bevrijding van het Belgische grondgebied werden deze onvrijwillige soldaten door de Belgische repressiewetten als militaire collaborateurs vervolgd. Tegen bijna een vierde van de bevolking van de terug bij België ingelijfde Oostkantons opende het militaire gerecht een onderzoek naar collaboratie.

Van de 15.623 verdachten kwamen er 3201 voor de rechter. Het militaire gerecht maakte duidelijk onderscheid tussen de gedwongen inlijvingen van de Duitstalige Belgen en de vrijwillige dienstnemingen van Vlamingen en Walen. Ongeveer de helft (1503) werd gestraft, de rest ging vrijuit. In totaal werd 2,4 % van de bevolking van de Oostkantons veroordeeld wegens collaboratie met de vijand (die eigenlijk geen vijand was), of vier keer meer dan het Belgisch gemiddelde van 0,6 %. In 90,8 % van deze strafdossiers kregen de veroordeelden een gevangenisstraf van minder dan vijf jaar, maar tegen minstens tien bewoners werd de doodstraf uitgesproken. Deze doodvonnissen werden echter allen omgezet in levenslange dwangarbeid of hechtenis. 

Onder de begenadigden bevonden zich lokale mandatarissen van de NSDAP, een spion van de Geheime Feldpolizei en enkele medewerkers van de Sicherheitsdienst. Allen dankten ze hun leven aan het eerder late tijdstip waarop



hun zaak behandeld werd, en niet aan de specifieke context van de Oostkantons. In acht op de tien dossiers dateert het genadebesluit namelijk uit de jaren 1948-1951. Indien hun zaak vroeger behandeld was geworden, dan waren enkelen onder hen ongetwijfeld aan de executiepaal gestorven. 

Bron: De laatste 242. De terechtstelling van collaborateurs na de Tweede Wereldoorlog. Tielt, Lannoo, 2023, p. 34-35.

vrijdag 28 juli 2023

Timoer Lenk en Unternehmen Barbarossa

 Timoer Lenk (1336-1405) werd geboren in het huidige Oezbekistan en veroverde een groot deel van Centraal-Azië. In zijn leven ging geen jaar voorbij zonder veldtocht. Nooit verloor de gehandicapte Timoer Lenk -Lenk betekent kreupel- een veldslag. Achtereenvolgens onderwierp hij Perzië, Mesopotamië en India. Verdere veldtochten brachten hem tot Astrachan, Ankara en Damascus. Zijn veroveringstochten gingen gepaard met wreedheden en slachtingen op grote schaal.

Na zijn dood werd hij bijgezet in een enorm mausoleum in Samarkand in Oezbekistan. Timoer was ook een gedreven bouwheer. Toen de Russische archeoloog Michail Gerasimov in juni 1941 zijn tombe wilde openen, stond er op de sarcofaag te lezen: "Degenen die mijn tombe opent zal een nog verschrikkelijkere veroveraar ontketenen dan ik". Gerasimov en zijn medewerkers ontdekten een skelet waarvan de verwondingen overeenkwamen met de wonden waaraan Timoer Lenk zou zijn bezweken. Op basis van de schedel maakte Gerasimov een gelaatsreconstructie.

Twee dagen na de opening van de graftombe vond de grootste landoperatie aller tijden plaats: Unternehmen Barbarossa of de grootscheepse Duitse invasie (met bondgenoten) van de Sovjet-Unie, die miljoenen slachtoffers zou eisen. De zogenaamde Vloek van Timoer Lenk, waarvoor bewoners Gerasimov gewaarschuwd hadden, werd bewaarheid.

zaterdag 15 juli 2023

Unternehmen Zitadelle. Het laatste Duitse offensief aan het Oostfront

Na de zware Duitse nederlagen van Stalingrad en in Tunesië besloot Hitler, samen met zijn generale staf, in 1943 geen grote offensieve operaties meer te ondernemen. De Duitse legers aan het Oostfront dienden zich te beperken tot een strategische defensie. De Führer en opperbevelhebber wilde zich beperken tot een enkele operatieve onderneming: het liquideren van de Sovjet-uitstulping in de Duitse frontlinie nabij Koersk, Kursk in het Duits (zie kaartje). Het offensief, thans tachtig jaar geleden, zou plaatsvinden onder de codenaam 'Zitadelle', 'Citadel'. Door het opdoeken van deze 'boog' zou het Duitse front met 240 km ingekort kunnen worden. Dat wist STAVKA, het Sovjet-Russische opperbevel, echter ook.

De Sovjet-generaals hadden de uitstulping volgestouwd met diverse gepantserde legers en elite-eenheden, verspreid over diverse verdedigingslinies. Waar er geen troepen lagen, waren er enorme mijnenvelden aangelegd. De Duitsers hadden de nodige voorzorgmaatregelen getroffen. Eerst hadden ze de aanvalsdata voor hun vier beschikbare legers, waaronder enkele elitepantserdivisies van de Waffen-SS, verschoven van 3 mei naar uiteindelijk 5 juli. Niet alleen werden de weersomstandigheden als excuus aangevoerd maar Hitler wilde absoluut de nieuwe Panzer V en VI in de strijd gooien. Panzer VI stond beter bekend onder zijn naam Tiger; een enorme kolos van 56 ton en voorzien van het befaamde 8,8 cm kanon. Hij ontwikkelde zich tot de beste pantser van de hele Tweede Wereldoorlog. Geen enkele Russische tank, ook de T-34 niet, was tegen hem opgewassen. Voor Zitadelle stonden er 133 ter beschikking. Maar zoals dat steeds het geval was bij de Duitsers werden er te weinig van geproduceerd. Per maand konden de Duitsers in 1943 niet meer dan 400 pantsers produceren; de Sovjets daarentegen haalden een maandproductie van 1500 tanks. Hierbij zijn de enorme Amerikaanse leveringen niet meegerekend. Slechts op het einde van juni werden de 200 spiksplinternieuwe Panzer V Panther geleverd. Maar zij waren niet ingewerkt en leden nog onder allerlei kinderziektes. De meeste Panthers raakten technisch defect nog vooraleer ze het slagveld bereikten. Slechts na verloop van tijd ontwikkelde de Panther zich tot een ideale middelzware gevechtspantser die zonder enig probleem de Sherman en de T-34 te lijf kon.


Op 5 juli ging Unternehmen Zitadelle in de hete Russische zomer van start. De Duitsers beschikten voor hun offensief over 780.000 soldaten, 2500 pantsers en 1400 vliegtuigen. De Sovjet-verdedigers over 1,9 miljoen soldaten, 5000 tanks en 3600 vliegtuigen. Een Duitse officier getuigde: "het was een aanval tegen een lawine. Nergens waren we in de meerderheid". Vanuit het zuiden (Belgorod) waar de Duitsers hun beste Panzer- en Waffen-SS-divisies gelegerd hadden, vlotte de aanval. Maar vanuit het noorden (Orel) ging het moeilijker. Daar lanceerde het Rode Leger haast onmiddellijk een tegenaanval. Toch maakte het Duitse leger langzaam maar zeker vorderingen. Ten koste van veel verliezen ruimden de Duitse regimenten hindernis na hindernis op. Na zeven dagen onafgebroken strijd hadden ze haast het hinterland bereikt en lag Koersk voor het grijpen. De noordelijke en de zuidelijke legers konden elkaar haast de hand reiken. Ook hadden de Duitsers de grootschalige pantserslag van Prochorowka gewonnen. Nog steeds beweren westerse historici, die zich op achterhaalde Sovjet-bronnen steunen, dat het omgekeerde het geval was. Op 13 juli dicteerde Hitler echter plots dat de strijd afgebroken diende te worden.

Wat was er gebeurd? Op 10 juli, te midden van het offensief, waren Amerikanen en Britten op Sicilië geland waardoor een aantal Duitse divisies, ook van het Oostfront, naar Italië dienden verplaatst te worden. Een dergelijke operatie vergde tijd. De hoofdreden was echter dat de Sovjets ten noorden van Orel en ten zuiden van Belgorod (regio Charkov) op hun beurt in het offensief waren gegaan. Hierdoor diende de Wehrmacht Zitadelle-divisies aan het front te onttrekken en naar de bedreigde frontgebieden te sturen. In 1943 beschikte het Duitse leger niet meer over voldoende reserves, waardoor de strijd afgebroken diende te worden.

Tactisch hadden de Duitsers Unternehmen Zitadelle gewonnen maar strategisch had het Rode Leger de slag gewonnen. De Duitsers dienden achtereenvolgens de steden Orel, Belgorod en Charkov te ontruimen. De verliezen waren vooral aan Sovjet-zijde enorm. In totaal verloren ze die zomer 1,1 à 1,6 miljoen soldaten en 7000 tanks; de Duitsers verloren 170.000 à 200.000 manschappen, waarvan 50.000 doden en vermisten, en 1200 pantsers en stormkanonnen (Sturmgeschütze). In tegenstelling tot de Sovjet-Russen konden de Duitsers deze verliezen niet meer compenseren. Zelfs al hadden de Duitsers deze veldslag ook strategisch gewonnen, de oorlog zelf konden ze toen niet meer winnen.